Hierdoor zijn loonsancties op basis van medisch verschil van inzicht tussen de bedrijfsarts en verzekeringsarts niet meer mogelijk. Deze wetswijziging biedt werkgevers meer zekerheid over de loondoorbetalingsverplichting bij zieke werknemers. Daarnaast gaan vooral kleine ondernemers profiteren van een tegemoetkoming voor de kosten van loondoorbetaling bij ziekte.
Het voorstel regelt dat UWV de inschatting van de bedrijfsarts van het ziektegeval, zoals blijkt uit het re-integratieverslag, als grondslag hanteert voor de RIV-toets.
Werkgevers zijn verplicht het loon van een zieke werknemer de eerste twee jaar voor het grootste deel door te betalen. Daarnaast geldt een re-integratieplicht om werknemers weer terug aan het werk te krijgen.
Deze verplichtingen vormen voor veel kleine ondernemers een drempel om werknemers aan te nemen. Minister Koolmees van Sociale Zaken en werkgeversorganisaties hebben daarom afspraken gemaakt die het makkelijker, duidelijker en goedkoper maken om loon door te betalen bij ziekte.
Advies bedrijfsarts leidend
Onderdeel van de afspraken is dat dat het advies van de bedrijfsarts over de belastbaarheid van de werknemer leidend wordt bij de toets op de re-integratie inspanningen (RIV-toets) door UWV. De verzekeringsarts zal dit advies niet langer beoordelen.
Werknemers kunnen nog wel steeds een second opinion laten doen door een andere bedrijfsarts of een deskundigenoordeel van UWV aanvragen.
Arbeidsdeskundige aan zet
De arbeidsdeskundige van UWV beoordeelt of werkgever en werknemer de re-integratie-inspanningen hebben gepleegd die passend zijn bij het advies van de bedrijfsarts over de belastbaarheid van de werknemer. Op basis van dit oordeel bepaalt UWV of de inspanningen voldoende zijn geweest of dat een verlenging van de loondoorbetalingsverplichting wordt opgelegd
Werkgevers lopen hiermee niet meer tegen loonsancties aan als gevolg van een medisch verschil van inzicht tussen de bedrijfsarts en de verzekeringsarts.
Voor werknemers heeft het voorstel tot gevolg dat werknemers in die gevallen dan eerder bij de WIA-claimbeoordeling komen dan in de huidige situatie. Het leidt tot maximaal één extra jaar minder
re-integratie inspanningen. Indien van toepassing krijgen werknemers dan mogelijk eerder een
WIA-uitkering in plaats van een extra jaar loondoorbetaling of ziekengeld.
Oordeel verzekeringsarts
De verzekeringsarts van UWV blijft (ongewijzigd) de sociaal-medische claimbeoordeling voor het recht op een WIA-uitkering uitvoeren.
Om te stimuleren dat het advies van de bedrijfsarts en het medisch oordeel van de verzekeringsarts gebaseerd zijn op gelijke uitgangspunten investeert de regering in verdergaande samenwerking tussen de beroepsgroepen.
Ook zal de regering de mogelijke verschillen tussen het oordeel van de verzekeringsarts bij de WIA-claimbeoordeling en het actueel oordeel van de bedrijfsarts in het re-integratieverslag monitoren.
Wetsvoorstel en memorie van toelichting RIV toets UWV door arbeidsdeskundigen
Lastenverlichting kleine bedrijven
Een wetsvoorstel dat begin september aan de Tweede Kamer is aangeboden, regelt dat per 1 januari 2022 de Aof-premie gedifferentieerd wordt naar grootte van de werkgever.
Het kabinet stelt in totaal €450 miljoen per jaar beschikbaar voor deze tegemoetkoming aan kleine werkgevers voor de kosten van loondoorbetaling en ziekte.
Kleine werkgevers krijgen eenmalig een extra verlaging van hun Aof-tarief van €300 miljoen in 2022 en €150 miljoen in 2023 bovenop de jaarlijkse €450 miljoen.
Gedifferentieerde Aof-premie en extra verlaging kleine werkgevers