Het netto vakantiegeld valt voor modale inkomens (modaal: 2.816 euro per maand en 1,5 modaal: 4.225 euro per maand) een paar euro’s lager uit als gevolg van aangepaste belastingtarieven. Werknemers met een inkomen van drie keer modaal leveren het meeste in.
Minimumloners en werknemers met een parttime inkomen tot aan het minimumloon (1.685 euro per maand) profiteren echter juist wel van de wijzigingen en krijgen zo’n 15 euro meer vakantiegeld. Dat heeft payrolldienstverlener ADP laten weten.
Drie keer modaal
Het grootste verschil met een jaar eerder is te zien bij inkomens van drie keer modaal. Zij leveren maar liefst 487 euro van het vakantiegeld in. Deze achteruitgang wordt veroorzaakt door de gewijzigde afbouw van de arbeidskorting. Over het vakantiegeld moet deze groep werknemers 6 procent meer belasting betalen in vergelijking met vorig jaar. Daar staat tegenover dat zij met ingang van 2021 maandelijks wel meer profiteren van de arbeidskorting. Deze nettostijging van 37 euro per maand wordt echter volledig tenietgedaan door het vakantiegeld dat flink lager uitvalt.
Uitstel vakantiegeld geen optie
Voor werkgevers die ondanks de steunmaatregelen van de overheid in financiële problemen dreigen te komen, zal de uitbetaling van het vakantiegeld een behoorlijke opgave zijn. In 2020 leidde dit tot veel discussie over de vraag of de werkgever de betaling van het vakantiegeld kon uitstellen. Dit kan echter niet zomaar. Werkgevers zijn wettelijk verplicht om het vakantiegeld uiterlijk in juni uit te keren.
“Sterker nog, als het contractueel is vastgelegd dat het in mei wordt uitgekeerd, dan moet het ook in mei betaald worden. Ook als mei niet in het contract wordt genoemd, kan er sprake zijn van gewoonterecht”, legt Dik van Leeuwerden, verantwoordelijk voor wet- en regelgeving bij ADP Nederland, uit.
“Wettelijk is er misschien geen ruimte om eenzijdig te besluiten het vakantiegeld uit te stellen, maar werkgevers zijn altijd vrij om hierover met werknemers in gesprek te gaan om samen tot een oplossing te komen.”
Werkgevers en werknemers kunnen hebben afgesproken dat het loon werd verlaagd in verband met de huidige coronacrisis en eventuele financiële problemen voor de werkgever. Zo’n verlaging werkt dan ook door naar het vakantiegeld.
Vakantiegeld bij loonbeslag
Ook de vakantiebijslag valt onder het loonbeslag. De werknemer heeft wel recht op een beslagvrije voet. De beslagvrije voet is het minimumbedrag dat moet overblijven om in de basiskosten van het levensonderhoud te voorzien. Meestal wordt hier echter al in het reguliere loon rekening mee gehouden. In dat geval valt de volledige vakantiebijslag onder het loonbeslag.
Van Leeuwerden laat weten:
“Alleen als de werknemer minder verdient dan de beslagvrije voet, is dit anders. Verdient de werknemer per maand bijvoorbeeld 30 euro minder dan de voor hem geldende beslagvrije voet, dan mag hij 360 euro van de netto vakantiebijslag houden. Het restant moet dan alsnog naar de deurwaarder.”
IKB’s blijven populair
Sinds steeds meer sectoren en bedrijven een individueel keuzebudget (IKB) hebben ingevoerd, wordt het traditionele vakantiegeld in mei minder populair.
Bij een individueel keuzebudget stort de werkgever een evenredig deel van het vakantiegeld en eventuele eindejaarsuitkering maandelijks in een spaarpotje. Het is aan de werknemer, binnen de spelregels van het keuzebudget, wanneer en hoe het bedrag wordt uitgekeerd.
Van Leeuwerden:
“Je kunt er bijvoorbeeld voor kiezen om het te laten uitbetalen vanwege een onverwachte grote uitgave of belastingvrij opnemen in verband met de kosten van een studie. Juist in deze tijd van financiële onzekerheid kan dit werknemers een uitkomst bieden.”