Voor de werkgever en de aspirant-werknemer moet duidelijk zijn welke afspraken zijn gemaakt over de essentialia van een arbeidsovereenkomst, zoals de hoogte van het salaris en de duur van de functie. Daarvan is geen sprake in een recente uitspraak van de kantonrechter.
In deze zaak gaat het om de vraag of tussen partijen een arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen. Volgens de sollicitante is haar onmiddellijk na een sollicitatietraject op 6 april 2023 een aanbod gedaan en heeft zij dat ook aanvaard. Daarmee is volgens haar een arbeidsovereenkomst tot stand gekomen.
Volgens Randstad is er geen arbeidsovereenkomst tot stand gekomen. Wel heeft Randstad gezegd de sollicitante een aanbod te gaan doen maar heeft zij zich bedacht omdat de sollicitante niet de beste kandidaat was, aldus Randstad.
De kantonrechter is van oordeel dat er door Randstad geen aanbod is gedaan: de essentialia van de (arbeids)overeenkomst waren nog niet duidelijk op 6 april 2023. Dan kan er ook nog geen overeenkomst tot stand komen.
Aanbod na sollicitatietraject
De kantonrechter overweegt dat de sollicitante een presentatie heeft gegeven die bedoeld was als sluitstuk van een sollicitatietraject. Deze presentatie is duidelijk goed ontvangen door Randstad. Vast is komen te staan dat zij is gefeliciteerd en haar is door verschillende gesprekspartners medegedeeld dat haar een aanbod (offer) gedaan zou worden.
‘You got the job’
Volgens de sollicitante (maar niet volgens Randstad) is ook tegen haar gezegd aan het einde van het gesprek: you got the job. Maar zelfs als die woorden zijn gebruikt is daarmee geen aanbod gedaan in de zin van de wet. Daarvoor is dit onvoldoende bepaald. Het moet immers voor partijen duidelijk zijn welke afspraken worden gemaakt over de essentialia van een (arbeids)overeenkomst. In dit geval is hiervan geen sprake.
Nog geen concrete afspraak over hoogte salaris
In de eerste plaats is er nog geen concrete afspraak gemaakt over de hoogte van het salaris. Er is in het eerste gesprek van 16 maart 2023 en in latere gesprekken door Randstad alleen een salarisindicatie gegeven. Volgens de sollicitante heeft zij hierop gezegd ook genoegen te nemen met minder omdat zij een gebrek had aan staffing ervaring. Dat de sollicitante , zoals zij stelt, hiermee had gecommuniceerd dat zij elk aanbod boven een bepaald minimum alvast had aanvaard, maakt niet dat er op 6 april 2023 een voldoende bepaald aanbod is gedaan. Aan de sollicitante is ook expliciet gecommuniceerd dat het aanbod nog zou volgen: de offerletter zou immers haar kant nog op komen.
Duur functie nog niet vastgelegd
In de tweede plaats stond nog niet vast voor welke duur de functie zou worden aangeboden. Dat dit voor onbepaalde tijd zou zijn, zoals door de sollicitante gesteld, kan nergens uit worden afgeleid. Dit volgt in ieder geval niet uit de vacaturetekst. Dat dit wel is opgenomen in een andere vacaturetekst maakt dit voor onderhavige functie geen gegeven.
Waar en wanneer nog niet bekend
In de derde plaats wordt overwogen dat evenmin vast is komen te staan bij welke Randstad-entiteit de sollicitante in dienst zou treden. Daarmee staat nog niet vast waar de gezagsverhouding komt te liggen. Evenmin is vast komen te staan wat de ingangsdatum zou zijn van de functie: door Randstad wordt immers betwist dat dit 1 mei zou zijn zoals de sollicitante, zonder verdere onderbouwing daarvan, stelt.
Belangrijkste elementen onvoldoende bepaald
Kortom, de belangrijkste elementen van een arbeidsovereenkomst waren op 6 april 2023 onvoldoende bepaald. Van een aanbod dat door aanvaarding leidt tot een arbeidsovereenkomst was daarom geen sprake. De uitlatingen die gedaan zijn op 6 april 2023 door Randstad kunnen alleen worden gezien als een uitnodiging om in onderhandeling te treden over de arbeidsvoorwaarden. Zover is het echter uiteindelijk niet gekomen.
Uitspraak Rechtbank Amsterdam, 23 januari 2024, ECLI:NL:RBAMS:2024:267