
Als iemand een schuld heeft, kan hij te maken krijgen met beslag op het inkomen. Hij krijgt dan ook te maken met de beslagvrije voet: een minimumbedrag dat je overhoudt om van te leven.
Loonbeslag
Het kan gebeuren dat beslag wordt gelegd op het inkomen van een werknemer. De werkgever heeft dan een belangrijke rol om te zorgen dat de werknemer de beslagvrije voet ontvangt.
De beslagvrije voet is het gedeelte van het inkomen waarop beslagleggers geen beslag mogen leggen. De wetgeving hiervoor is sinds 1 januari 2021 vereenvoudigd. Dit maakt de manier van berekening voor iedereen gelijk. Daarmee zijn de rechten voor de werknemer overzichtelijk en goed beschermd.
Samenloop
Soms leggen meerdere partijen loonbeslag op het inkomen van de werknemer: samenloop van beslaglegging. In zo’n geval is de eerste beslaglegger meestal de coördinerend deurwaarder.
Een andere beslaglegger kan voorrang krijgen bij het aflossen van de schuld, zoals de Belastingdienst. Deze partij neemt dan de rol van coördinerend deurwaarder over. Wil je weten hoe loonbeslag met meerdere beslagleggers verloopt? Download de infographic ‘Kennis over samenloop bij loonbeslag’.
Deurwaarder
De beslagvrije voet is het bedrag dat de deurwaarder niet mag inhouden op het inkomen. De hoogte van de beslagvrije voet hangt af van het inkomen en met wie iemand samenwoont. De beslagvrije voet kan daarom wijzigen als de situatie verandert. Je kunt een rekentool gebruiken om de beslagvrije voet te berekenen.
De deurwaarder berekent minimaal één keer per jaar de beslagvrije voet. Hiervoor vraagt hij de gegevens op bij instanties zoals UWV, de gemeente en de Belastingdienst.
De deurwaarder laat de betreffende persoon weten met welke gegevens hij de beslagvrije voet berekent. Wijzigen deze gegevens tijdens het beslag? Dan is het belangrijk dit door te geven aan de deurwaarder, want de beslagvrije voet kan hierdoor omhoog of omlaag gaan.
De beslagvrije voet mag niet hoger zijn dan 95 procent van het inkomen. Zo houdt de persoon 5 procent van het inkomen over om schulden mee af te lossen.
Maximumbedragen
De nieuwe maximumbedragen voor de beslagvrije voet zijn in de Staatscourant gepubliceerd, zoals voorgeschreven door het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
De beslagvrije voet, bedoeld in artikel 475da, eerste lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, bedraagt ten hoogste per 1 januari 2023:
- voor een alleenstaande: maximaal € 1.872,81;
- voor een alleenstaande ouder: maximaal € 2.015,84;
- voor gehuwden of samenwonenden zonder kinderen: maximaal € 2.470,03;
- voor gehuwden of samenwonenden met een of meer kinderen: maximaal € 2.509,97.
Woonkosten
Huishoudens met schulden die te maken hebben met een langlopend beslag op hun inkomen, mogen vanaf 1 januari 2023 langer doen over het aanpassen van hun woonkosten aan hun lagere inkomen. De periode van een half jaar is verruimd tot achttien maanden en kan daarna nog eenmaal worden verlengd met zes maanden. Hiertoe is besloten omdat het snel vinden van nieuwe, passende woonruimte niet realistisch is, gezien de huidige schaarste op de woningmarkt. (Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid)
Rekentool bereken uw beslagvrije voet
Meer financiële ruimte bij mensen met schulden door hoger minimumloon