De Aof-premie voor kleine werkgevers wordt voor 2023 vastgesteld op 5,82 procent. In de Rijksbegroting voor 2023 stond 5,49 procent. Met werkgevers is afgesproken om het pakket aan lastenverlichting voor het mkb anders in te vullen, waardoor de Aof-premie voor kleine bedrijven minder omlaag gaat dan eerder gemeld.
De Regeling tot vaststelling premiepercentages werknemers- en volksverzekeringen, maximumpremieloon werknemersverzekeringen en opslag kinderopvangtoeslag 2023 is op 1 december 2022 gepubliceerd in de Staatscourant.
- Het premiepercentage voor de algemene ouderdomsverzekering is voor het jaar 2023 17,90%.
- Het premiepercentage voor de nabestaandenverzekering is voor het jaar 2023 0,10%.
- Het maximum premieloon bedraagt voor het jaar 2023 voor een loontijdvak van een jaar € 66.956.
- Premiepercentages Algemeen Werkloosheidsfonds
Het premiepercentage, lage premie, is voor het jaar 2023 2,64%.
Het premiepercentage, hoge premie, is voor het jaar 2023 7,64%. - Het premiepercentage Uitvoeringsfonds voor de overheid is voor het jaar 2023 0,68%.
- Premiepercentages Arbeidsongeschiktheidsfonds
Het hoge premiepercentage is voor het jaar 2023 7,11%.
Het lage premiepercentage is voor het jaar 2023 5,82%. - Opslag tot dekking kinderopvangtoeslag
De premieopslag is voor het jaar 2023 0,50%. - Minimumloonsomgrens Whk sector Grootwinkelbedrijf
In bijlage 1, onderdeel 19, Grootwinkelbedrijf, van de Regeling Wfsv wordt ‘€ 6.727.406’ vervangen door ‘€ 6.922.501’.
Toelichting
Het premiepercentage voor de Algemene Oudersdomswet bedraagt ten hoogste 18,25%. Het kabinet heeft besloten het premiepercentage Aow te handhaven op het niveau van 17,90%.
Het premiepercentage voor de Algemene nabestaandenwet wordt op hetzelfde niveau vastgesteld als in 2022, namelijk op 0,10%. Hiermee wordt het vermogensoverschot langzaam afgebouwd.
Maximumpremieloon
Het maximumpremieloon wordt herzien naar de mate waarin het minimumloon wordt herzien. Dat gebeurt elk half jaar, omdat het minimumloon op 1 januari en op 1 juli wordt aangepast. Voor de premieheffing geldt echter het hele jaar hetzelfde maximumpremieloon, dat van januari. Bovendien wordt voor de premieheffing het maximumpremieloon (naar beneden) afgerond op hele euro’s.
Voor 2023 wordt het maximumpremieloon voor de premieheffing vastgesteld op 66.956 euro. Dat is een stijging van 12,1 procent ten opzichte van 2022. Dit weerspiegelt het feit dat het minimumloon is gestegen met 1,81 procent (juli 2022) en met 10,15 procent (januari 2023). Voor de berekening van het maximumdagloon per januari wordt uitgegaan van het onafgeronde maximumpremieloon. Het maximumdagloon is dan gelijk aan 1/261e van 66.956,94 euro, oftewel 256,54 euro.
Het maximumbijdrageloon voor de inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zorgverzekeringswet is door de minister van VWS vastgesteld op hetzelfde bedrag als het maximumpremieloon voor de werknemersverzekeringen.
Maximum bijdrageloon en inkomensafhankelijke bijdrage Zvw in 2023
Premieheffing AWf
Voor de premieheffing ten behoeve van het AWf worden twee premiepercentages vastgesteld. Een lage premie wordt geheven over loon uit schriftelijke arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd niet zijnde oproepovereenkomsten (vaste contracten), loon uit schriftelijke overeenkomsten op grond van de beroepsbegeleidende leerweg, loon van werknemers tot 21 jaar met niet meer dan 48 verloonde uren per 4 weken of 52 verloonde uren per maand, en voor AWf-premie over uitkeringen.
De hoge premie is van toepassing op loon uit overige dienstbetrekkingen en ingeval van herziening van de lage AWf-premie naar de hoge AWf-premie met terugwerkende kracht (flexcontracten). De hoge premie is 5 procentpunt hoger dan de lage premie.
De percentages voor de premie voor het AWf worden voor 2023 vastgesteld op 2,64 procent (laag tarief) en 7,64 procent (hoog tarief).
Ufo-premie
Het percentage voor de premie voor het Uitvoeringsfonds voor de overheid blijft hetzelfde als in 2022, namelijk 0,68%.
Gedifferentieerde Aof-premie
Met ingang van 2022 is een gedifferentieerde premie voor het Arbeidsongeschiktheidsfonds vastgesteld met twee premiepercentages. Het lage premiepercentage is van toepassing op kleine werkgevers.
Als kleine werkgever wordt aangemerkt de werkgever te wiens laste in het tweede kalenderjaar dat aan het kalenderjaar waarvoor de premie wordt vastgesteld vooraf is gegaan, een premieplichtig loon is gekomen dat gelijk is aan of minder bedraagt dan 25 maal het gemiddelde premieplichtige loon per werknemer, in dat kalenderjaar. Het hoge premiepercentage is van toepassing op overige werkgevers en op uitkeringen.
De Aof-premie wordt voor 2023 vastgesteld op 7,11 procent (hoog tarief) en 5,82 procent (laag tarief).
In de Rijksbegroting voor 2023 was een geraamd laag tarief van 5,49 procent opgenomen. In samenspraak met werkgevers is het voorgenomen pakket aan lastenverlichting voor het mkb anders ingevuld, waardoor de Aof-premie voor kleine bedrijven minder omlaag gaat dan eerder gemeld.
Het percentage van de opslag voor de dekking van de uitgaven voor de kinderopvangtoeslag, is een opslag op de premie voor het Arbeidsongeschiktheidsfonds. Het percentage blijft gehandhaafd op het niveau van 0,50%.
Loongrens Grootwinkelbedrijf
De loongrens voor de sector Grootwinkelbedrijf wordt jaarlijks geïndexeerd aan de hand van de ontwikkeling van de contractlonen. De sectorindeling is vanaf 2020 niet meer van belang voor de WW-premie, maar is nog van belang voor de heffing van premies voor de Werkhervattingskas (Whk) voor kleine en middelgrote werkgevers.
De loongrens wordt met terugwerkende kracht per 1 januari 2022 geïndexeerd met 2,90 procent op basis van de gemiddelde contractloonontwikkeling van bedrijven over 2022 zoals die in de Macro Economische Verkenning 2023 van het Centraal Planbureau (CPB) is opgenomen.
Premiepercentages sociale verzekeringen 2023: hoge en lage WW-premie