
In de Nederlandse gelijkebehandelingswetgeving wordt seksuele intimidatie als een vorm van discriminatie op grond van geslacht aangemerkt (artikel 1a van de Algemene wet gelijke
behandeling).
Mensen voelen zich het vaakst gediscrimineerd op grond van: handicap/chronische ziekte, ras en geslacht.
Opvallend in de monitor is het grote aantal klachten en meldingen over de rechten van mensen met een beperking. Zij kunnen reizen, meedoen aan activiteiten of een baan hebben op de arbeidsmarkt, als organisaties aanpassingen treffen. De monitor laat nu al voor de zesde keer op rij zien dat dit te weinig gebeurt.
Ongeveer de helft van de meldingen betrof zogenoemde ‘massale meldingen’: meldingen over één onderwerp. Deze gingen onder andere over de coronamaatregelen, de toegankelijkheid van de Tweede Kamerverkiezingen voor mensen met een beperking en hoogbegaafdheid in het onderwijs.
De meeste vragen en meldingen over gelijke behandeling kwamen in 2021 binnen via e-mail (82 procent). Dit percentage is flink hoger dan het jaar ervoor. Dit komt omdat alle massale meldingen schriftelijk via e-mail zijn gedaan.
Discriminatiegronden
De discriminatiegronden die zijn vastgelegd in de gelijkebehandelingswetgeving zijn: geslacht, handicap of chronische ziekte, ras, leeftijd, godsdienst, nationaliteit, seksuele gerichtheid, burgerlijke staat, levensovertuiging, politieke overtuiging, arbeidsduur (voltijds of deeltijd) en het soort arbeidscontract (tijdelijk of vast).
De discriminatiegrond geslacht omvat ook onderscheid op grond van zwangerschap, bevalling of moederschap en ook onderscheid op grond van geslachtskenmerken, genderidentiteit en genderexpressie. Ook seksuele intimidatie valt onder deze grond.
Seksuele intimidatie
De meldingen bij het College voor de Rechten van de Mens en de grote maatschappelijk aandacht voor enkele opvallende seksuele intimidatiezaken, zijn reden om deze vorm van discriminatie dit jaar extra uit te lichten in de monitor Discriminatiezaken over 2021.
We spreken van seksuele intimidatie bij enige vorm van verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag met een seksuele connotatie, dat als doel of gevolg heeft dat de waardigheid van de persoon wordt aangetast, in het bijzonder wanneer een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving wordt gecreëerd.
Seksuele intimidatie op de werkvloer vormt een wijdverspreid probleem. In de afgelopen 10 jaar heeft 16 procent van de Nederlandse werknemers hiermee te maken gehad. Vrouwen
worden twee keer zo vaak getroffen als mannen.
Gemelde gronden
Van de 5.286 geregistreerde vragen en meldingen over gelijke behandeling hadden 2.268 vragen en meldingen betrekking op een of meer gronden uit de gelijkebehandelingswetgeving. Sommige
vragen en meldingen, 231 in 2021, hadden te maken met meer dan één grond, bijvoorbeeld als een melder zich beklaagt over discriminatie op grond van leeftijd én handicap. In die gevallen registreert het College alle gronden die van toepassing zijn.
De top 3 gemelde gronden is ongewijzigd ten opzichte van 2020:
- handicap of chronische ziekte
- ras; en
- geslacht.
De top 7 gemelde discriminatiegronden in 2021:
- Handicap op chronische ziekte (776)
- Ras (575)
- Geslacht (453)
- Leeftijd (314)
- Nationaliteit (183)
- Godsdienst (94)
- Seksuele gerichtheid (51)
Veel meldingen over werk
2.006 van de 5.286 vragen en meldingen gingen over een of meer terreinen uit de gelijkebehandelingswetgeving.
46 procent ging over werk, zoals werving en selectie, arbeidsomstandigheden of arbeidsvoorwaarden.
45 procent ging over het leveren van goederen en diensten, zoals verzekeringen, leningen, diensten van een ziekenhuis, sportscholen, vervoer of horeca en winkels.
12 procent van de vragen en meldingen ging over het onderwijs en 10 procent over het terrein sociale bescherming.
Vragen om oordeel
Iedereen die vermoedt te maken te hebben met discriminatie kan het College vragen hierover een oordeel uit te spreken: is sprake van verboden onderscheid of niet? In 2021 ontving het College 739 verzoeken om een oordeel: het hoogste aantal verzoeken sinds de oprichting van het College in 2012.
Het College sprak in 2021 156 oordelen uit. De meeste oordelen gingen over vermoedelijke discriminatie op grond van handicap of chronische ziekte, geslacht of ras. In 34 procent van de oordelen werd discriminatie vastgesteld.
De meeste oordelen, 49 procent van het totaal, hadden betrekking op een terrein gerelateerd aan arbeid.
Monitor Discriminatiezaken over 2021: extra aandacht voor seksuele intimidatie