UWV kan namelijk niet bewijzen wanneer het – uitsluitend – digitaal genomen besluit in de Berichtenbox van de man op Mijn UWV is geplaatst. UWV heeft de man hierover niet per e-mail geïnformeerd. Daarom is de wettelijke termijn van zes weken om bezwaar te maken, pas gaan lopen nadat de man van het besluit kennis had genomen. Het bezwaarschrift is binnen die termijn ontvangen dus mocht het UWV dit niet afwijzen.
Wat is de zaak?
De man heeft op 24 november 2020 digitaal een WW-uitkering aangevraagd. Op 30 november 2020 heeft UWV geweigerd de man een WW-uitkering toe te kennen, omdat hij verwijtbaar werkloos is. Vervolgens heeft UWV de bestreden besluiten genomen.
Melding per e-mail
In het bestreden besluit staat dat de communicatie tussen UWV en burgers op grond van de wet als hoofdregel elektronisch plaatsvindt. Als de man zich heeft aangemeld voor de Berichtenbox van MijnOverheid, ontvangt hij standaard een melding per e-mail als in Mijn UWV een brief voor hem klaarstaat.
Digitale post te laat gelezen
De man heeft zijn digitale post te laat gelezen en dit komt voor zijn rekening en risico; ook als die melding ontbreekt, omdat de man gebruik kon maken van de op de website van UWV aan te vinken e-mailmogelijkheid.
Bekend met digitale berichten UWV
De man is bekend met de digitale berichten van UWV. Hij heeft op 2 februari 2016 digitaal een WW-uitkering aangevraagd, die hem op 19 februari 2016 werd toegekend. Op 30 november 2020 heeft de man telefonisch contact gezocht met UWV en is hem verteld dat zijn WW-aanvraag is afgewezen. De man was toen dus op de hoogte van het besluit op zijn aanvraag of had dat redelijkerwijs kunnen zijn en had de mogelijkheid dit besluit via het portaal Mijn UWV in te zien. V
Volgens UWV is niet gebleken van bijzondere omstandigheden waardoor de man niet tijdig een bezwaarschrift kon indienen.
Wat oordeelt de rechter?
De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken. De termijn start met ingang van de dag na die waarop het besluit op de voorgeschreven wijze is bekendgemaakt.
UWV stelt zich op het standpunt dat het besluit van 30 november 2020 op die datum in de Berichtenbox van de man op Mijn Uwv is geplaatst, dat de bezwaartermijn op 1 december 2020 is gaan lopen en op 11 januari 2021 is geëindigd.
Nog bericht per post
De man betwist niet dat het besluit van 30 november in zijn Berichtenbox is geplaatst, maar stelt dat hij in de derde week van december 2020 telefonisch bij UWV heeft geïnformeerd of al op zijn aanvraag van 24 november 2020 was beslist en dat hem toen werd meegedeeld dat zijn aanvraag was afgewezen en dat hij hierover nog per post zou worden bericht.
Vaststaat dat de man de aanvraag van 24 november 2020 digitaal heeft ingediend. Niet ter discussie staat dat UWV de man niet per gewone post over zijn aanvraag heeft bericht en dat UWV hem niet met een e-mailnotificatie heeft geïnformeerd over het in de Berichtenbox plaatsen van het besluit van 30 november 2020.
Geen bewijs
UWV heeft op de zitting toegelicht dat het niet kan bewijzen dat het besluit van 30 november 2020 op die datum in de Berichtenbox van de man op Mijn Uwv is geplaatst. De rechtbank heeft in de stukken geen aanknopingspunten gevonden om vast te stellen wanneer UWV het besluit van 30 november 2020 in de Berichtenbox heeft geplaatst. Daarmee kan niet worden vastgesteld dat dit besluit op 30 november 2020 op de voorgeschreven wijze is bekendgemaakt.
Bezwaartermijn pas begin 2021 gestart
Dit betekent dat de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift niet is gaan lopen. De man stelt dat hij pas kennis nam van het besluit van 30 november 2020 toen hij in januari 2021 op eigen initiatief de Berichtenbox opende. De bezwaartermijn is dus pas in januari 2021 gaan lopen.
Niet te laat
UWV ontving op 2 februari 2021 het bezwaarschrift van eiser gedateerd 29 januari 2021. De man was toen dus ongeacht op welke dag in januari 2021 de termijn is aangevangen, niet te laat met het maken van bezwaar. Dit betekent dat UWV het bezwaar ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard.
Uitspraak Rechtbank Amsterdam, 11 januari 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:83