Het pensioenakkoord betreft een totaalpakket aan afspraken. De verschillende maatregelen binnen dit pakket hebben echter verschillende tijdpaden.
De minister geeft in deze brief een overzicht van de planning van onder meer:
- de AOW-leeftijd, duurzame inzetbaarheid en ‘zware beroepen’;
- de uitwerking van de afspraken inzake het tweede pijlerpensioen en de overige pensioenonderwerpen.
AOW-leeftijd
In het pensioenakkoord is het kabinet met de sociale partners overeengekomen dat de AOW-leeftijd vanaf 2020 in een vertraagd tempo zal stijgen en pas in 2024 op 67 jaar zal komen. Het wetsvoorstel dat dit regelt is in juli 2019 door het parlement aanvaard en gepubliceerd in het Staatsblad.
Na 2024 is de verhoging van de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. Het kabinet en sociale partners hebben afgesproken dat de stijging van de AOW-leeftijd met ingang van 2025 voor 2/3 gekoppeld wordt aan de stijging van de resterende levensverwachting op 65 jaar.
Deze aangepaste koppeling gaat na 2024 ook gelden voor de pensioenrichtleeftijd, waardoor ook deze minder snel zal stijgen. Hiertoe moeten de AOW en fiscale wetgeving gewijzigd worden. De voorbereidingen voor het wetsvoorstel zijn gestart. De Tweede Kamer wordt voor de zomer van 2020 geïnformeerd over de voortgang.
Onderzoek uittreden na aantal dienstjaren
Sociale partners en het kabinet gaan onderzoeken of het mogelijk is om het moment van uittreden onder voorwaarden te koppelen aan het aantal dienstjaren, bijvoorbeeld 45. Het voornemen is om dit onderzoek in 2020 af te ronden.
Duurzame inzetbaarheid en zware beroepen
Het kabinet en sociale partners hebben afspraken gemaakt om ervoor te zorgen dat werkenden in Nederland gezond naar hun pensioen kunnen toewerken. Dit betreft zowel overgangsmaatregelen op de korte termijn als structurele maatregelen voor de langere termijn.
Voor de overgangsmaatregelen is als ingangsdatum 1 januari 2021 afgesproken. Wet- en regelgeving worden aangepast om ervoor te zorgen dat de fiscale ruimte wordt vergroot voor verlofsparen en er tijdelijk (5 jaar) een drempelvrijstelling komt in de RVU-heffing.
Fiscale behandeling VUT-regelingen
De fiscale behandeling van regelingen voor vervroegde uittreding is afhankelijk van de vormgeving van de regeling door sociale partners én de individuele omstandigheden van de vervroegde uittreder.
De minister wil graag binnen de gegeven kaders samen met sociale partners zoeken naar een optimale variant, waarbij ruimte blijft voor maatwerk.
De regering heeft het plan het voorstel voor de wetswijziging voor de zomer van 2020 bij de Tweede Kamer in te dienen.
Daarnaast heeft het kabinet vanaf 2021 4 x 200 miljoen euro gereserveerd voor het stimuleren van duurzame inzetbaarheid en het wegnemen van knelpunten bij het realiseren van regelingen die vrijgesteld zijn van de RVU-heffing. De komende maanden gaat Koolmees in samenspraak met sociale partners een regeling uitwerken.
Koolmees informeert de Tweede Kamer in de eerste helft van 2020 over de vormgeving en voorwaarden van deze regeling, zodat sociale partners op tijd afspraken kunnen maken in sectoren en bedrijven.
Investeringsprogramma
In het pensioenakkoord is per 2020 structureel 10 miljoen euro beschikbaar gesteld voor een meerjarig investeringsprogramma voor duurzame inzetbaarheid en leven lang ontwikkelen. Ik zal uw Kamer in de eerste helft van 2020 informeren over de opzet van het investeringsprogramma.
Vernieuwing tweede pijlerpensioen
Vernieuwing tweede pijler betreft onder meer wettelijk kader nieuwe contracten, afschaffing doorsneesystematiek, transitiekader en kanteling fiscaal kader.
De intentie is om de Tweede Kamer medio 2020 te informeren over de uitkomsten van de uitwerking van het pensioenakkoord. Dit gebeurt in in de vorm van een notitie waarin de hoofdlijnen van het vernieuwde pensioenstelsel nader uiteengezet worden. Op basis van deze hoofdlijnennotitie wordt vervolgens een wetsontwerp opgesteld. De minister streeft ernaar dit wetsvoorstel begin 2021 bij de Kamer in te dienen.
Pensioenopbouw zelfstandigen
Het kabinet gaat bekijken hoe zelfstandigen, die in één sector of bij één onderneming werken, zich vrijwillig kunnen aansluiten bij de pensioenregeling in de sector of de onderneming waar zij werken, ook als zij voordien niet als werknemer hebben deelgenomen. Ook zal het kabinet bezien hoe zelfstandigen, die in verschillende sectoren werken, zich vrijwillig bij een pensioenregeling kunnen aansluiten.
In overleg met zelfstandigenorganisaties onderzoekt de pensioensector of en hoe dit is te realiseren. Een hoofdlijnennotitie volgt hierover.
Bedrag ineens
Elke deelnemer krijgt de keuze om op pensioeningangsdatum maximaal 10 procent van de waarde van het opgebouwde pensioen op te nemen als een bedrag ineens. Dit sluit aan bij de ambitie van het kabinet om in het pensioenstelsel meer keuzemogelijkheden te introduceren. In lijn hiermee is het kabinet gestart met de voorbereiding van een wetsvoorstel dat dit regelt.
Voor oudedagsvoorzieningen opgebouwd in de derde pijler en pensioenen in eigen beheer wordt voorgesteld dezelfde keuzemogelijkheid op ingangsdatum aan te bieden. De wetswijziging waarmee het bedrag ineens mogelijk wordt gemaakt, wordt gecombineerd met de wijzigingen van de fiscale wetten voor de drempelvrijstelling bij de RVU-heffing en de verruiming van de fiscale ruimte voor verlofsparen.
Het gecombineerde wetsontwerp wordt naar verwachting dit najaar voor internetconsultatie opengesteld. Het streven is het wetsvoorstel voor de zomer van 2020 in te dienen bij de Tweede Kamer.
Verkenning verdergaande keuzemogelijkheden
Aanvullend op afspraken met sociale partners om opname van een bedrag ineens op pensioendatum mogelijk te maken, is Koolmees van plan om andere keuzemogelijkheden te verkennen die op termijn kunnen worden toegevoegd aan het tweede pijler pensioenstelsel.
Wet verbeterde premieregeling
De ervaringen die worden opgedaan bij de evaluatie van de Wet verbeterde premieregeling kunnen worden gebruikt om te verkennen of de keuze tussen een vaste of variabele pensioenuitkering ook bij andere pensioencontracten interessant is. Deze evaluatie komt binnenkort. De uitkomst van de verkenning van de keuzemogelijkheid tussen een vaste en een variabele uitkering wordt meegenomen in de hoofdlijnennotitie.
Arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen
Het kabinet heeft de Stichting van de Arbeid verzocht om in overleg met vertegenwoordigers van zelfstandigenorganisaties in het begin van 2020 een uitvoerbaar voorstel uit te werken dat betaalbaar en voor iedereen toegankelijk is. Het streven is om vóór de zomer van 2020 een voorstel naar de Kamer te sturen.
Planning uitwerking pensioenakkoord-roadmap