
Meer uren werken biedt een werkende ook meer financiële zelfstandigheid, kan zorgen voor meer ontwikkelingsmogelijkheden en een betere balans tussen genoeg uitdaging en een werkdruk die niet te hoog ligt. Daarom roept het kabinet werkgevers op om het gesprek aan te gaan en samen met werknemers te kijken wat mogelijk is.
Dat laat minister van Gennip van SZW weten in antwoord op vragen over het bericht ‘Werkgevers niet happig om mensen meer in te zetten, ondanks personeelstekort’.
Wet flexibel werken
Het gesprek aangaan met de werknemer ziet het kabinet als een belangrijk onderdeel van goed werkgeverschap. Daarnaast is er een wettelijke basis voor het verzoek van werknemers om hun uren te veranderen. Op grond van de Wet flexibel werken (Wfw) kunnen werknemers hun werkgever verzoeken om meer of minder uur te werken, hun roostertijden aan te passen of hun werkplaats te wijzigen.
Zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen
Een werkgever kan een dergelijk verzoek van een werknemer geheel of gedeeltelijk weigeren wegens zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen. Hiervoor moet echter wel een goede reden zijn. Bij verzoeken om vermeerdering van het aantal uren gaat het dan om bijvoorbeeld:
- Er is niet voldoende werk of geld;
- Het geeft problemen met het werkrooster;
- Er is geen ruimte in de personeelsformatie.
Niet verplichten
Het kabinet kan echter werkgevers niet verplichten om werknemers altijd voltijdcontracten of meer uren werk aan te bieden als zij erom vragen en dit standaard te maken. Het standaard maken van grotere of voltijdscontracten is namelijk niet altijd mogelijk, en zou bovendien de contractuele vrijheid van werkgevers en werknemers te veel beperken.
Wet werken waar je wilt
Uit de evaluatie van de Wet flexibel werken blijkt dat deze bij veel werknemers onvoldoende bekend is. Daarom gaat het kabinet de bekendheid van de Wet flexibel werken vergroten bij de inwerkingtreding van de Wet werken waar je wilt. Dit omdat de nieuwe wet een aanpassing van de Wet flexibel werken is. Het wetsvoorstel hiervoor ligt nu ter behandeling in de Eerste Kamer.
Wet werken waar je wilt – vragen over redelijk en billijk en thuiswerkplek
Flexibele werktijden
Flexibele werktijden dragen bij aan regelmogelijkheden voor werknemers die hun werk combineren met zorg voor kinderen, hun huishouden of andere privétaken. Door een betere afstemming tussen werk en privé mogelijk te maken kan ruimte ontstaan voor uitbreiding van het aantal werkzame uren.
Gendergelijkheid
In de motie Van Beukering-Huijbregts/Smals wordt verzocht om een onderzoek te verrichten naar de rol die meer flexibele arbeidstijden kunnen spelen in het verbreken van de deeltijdcultuur en de obstakels die dit in de weg staan voor werknemers en werkgevers, en om met aanbevelingen te komen om deze obstakels weg te nemen. Deze motie wordt betrokken bij de maatschappelijke dialoog over gendergelijkheid op de arbeidsmarkt. De dialoog wordt gevoerd tot eind 2024.
Combinatiebanen
Het stimuleren van combinatiebanen is belangrijk voor de zorg, de kinderopvang en het onderwijs. Via regionaal slimme combinaties wordt dit soms al mogelijk gemaakt, zoals een verpleegkundige in de wijk die ook in de dagbesteding werkt.
Er zijn ook voorbeelden van combinatiebanen tussen kinderopvang en basisonderwijs, waarbij een bso-medewerker tijdens schooltijd een basisschoolklas kan ondersteunen als onderwijsassistent. Zo kunnen medewerkers in de kinderopvang grotere arbeidscontracten en meer uitdaging krijgen en kunnen leraren zich meer richten op onderwijs geven en ontwikkelen.
Werkzoekenden die ondersteuning nodig hebben bij het zoeken naar (meer) werk kunnen hulp krijgen van gemeenten of het UWV. Bij het stimuleren van combinatiebanen speelt ook een aantal praktische vraagstukken die het combineren van banen mogelijk moeten maken, zoals passende werktijden en reistijden tussen verschillende werklocaties.
Btw-afdracht op uitleen personeel
Ook speelt voor werkgevers het punt dat er in veel gevallen btw wordt gerekend op de uitleen van personeel. Voor combinatiebanen tussen kinderopvang en onderwijs is er een handreiking over btw-afdracht op uitleen van personeel gemaakt. Hier zal begin dit jaar nog een update op volgen.
Voltijdsbonus en meerurenbonus
Het kabinet kijkt naar de voltijdsbonus en meerurenbonus als maatregel om meer uren werken te stimuleren. Daarbij heeft het kabinet besloten zich eerst te richten op de zorg en het onderwijs, omdat in deze sectoren vaak in deeltijd wordt gewerkt.
Kabinet overweegt voltijdbonus, maar stuit wel op praktische bezwaren
Vignettenstudie
De minister voor Langdurige Zorg heeft in december 2022 de Kamer geïnformeerd over de stappen die worden genomen in de zorg in het mogelijk maken van een voltijdsbonus of een variant daarop. In deze Kamerbrief staat aangekondigd dat er wordt gestart met een vignettenstudie om te onderzoeken wat de meest effectieve vorm van een meerurenbonus is. Dit om het meer uren werken – voor wie dat wil en kan – zo gericht mogelijk te kunnen stimuleren.
De verwachting is dat deze vignettenstudie in het voorjaar van 2023 gereed zal zijn, waarna de Tweede Kamer informatie krijgt over de uitkomsten.
Contractuitbreiding
Het kabinet onderneemt diverse acties om meer uren werken te stimuleren. In samenwerking met de stichting Het Potentieel Pakken wordt onderzocht hoe de deeltijdfactor in de kinderopvang, de zorg en het onderwijs kan worden verhoogd, en hoe belemmeringen die daarbij spelen, aangepakt kunnen worden. In de kinderopvang is bijvoorbeeld vorig jaar met subsidie van SZW een proeftuin gestart op één locatie waar interventies worden getest om contractuitbreiding te realiseren.
Meer uren werken loont
Het kabinet vindt het belangrijk dat werken en meer uren werken loont. Het kabinet heeft daarom de lasten op arbeid substantieel verlaagd, waar alle werkenden profijt van hebben. Ook heeft het kabinet het minimumloon met ruim 10% verhoogd. Daarnaast kijkt het kabinet naar de voltijdsbonus als maatregel om meer uren werken te stimuleren.
Voor de kortere termijn heeft het kabinet naar aanleiding van de motie Palland c.s. opnieuw gekeken naar de extremen in de marginale druk.
Het kabinet werkt ook voor de langere termijn aan maatregelen om werken en meer uren werk meer te laten lonen. Daarbij wordt ook het evenwicht tussen lasten op arbeid en lasten op vermogen meegenomen.
Toeslagen afschaffen
Het kabinet blijft verder werken aan het evenwichtig belasten van arbeid en vermogen. Ook heeft het kabinet in het coalitieakkoord de ambitie vastgelegd om op de lange termijn de toeslagen af te schaffen. Voor 2025 is daarvoor al een overgang aangekondigd op een inkomensonafhankelijke vergoeding voor
de kinderopvang. Daarnaast werkt het kabinet mede op verzoek van de Tweede Kamer aan een contourennota met varianten.
Marginale druk verlagen
Het verlagen van de marginale druk is geen eenvoudige opgave. Er is altijd sprake van een afruil: de mate van inkomensondersteuning, de hoogte van de marginale druk en de gezondheid van de
overheidsfinanciën zijn met elkaar verbonden. Deze afruil is ook zichtbaar in het recente koopkrachtpakket. Door de zeer hoge inflatie was een omvangrijk maatregelenpakket noodzakelijk. Dit gaat voor sommige mensen gepaard met een hogere marginale druk, maar ook met een
lagere gemiddelde druk.
Door de verhoging van toeslagen krijgen nieuwe groepen mensen recht op toeslag wat de gemiddelde druk verlaagt. Maar tegelijk verhoogt de inkomensafhankelijke afbouw van toeslagen de
marginale druk.