De Wet vereenvoudiging beslagvrije voet regelt een bestaansminimum voor mensen bij wie op het inkomen beslag is gelegd. De minister besteedt in deze brief ook aandacht aan het vervolg van het programma Stroomlijning Keten voor Derdenbeslag.
Oplossing knelpunten
In de eerste helft van 2021 kwam een aantal knelpunten naar voren bij de uitvoering van de nieuwe wet. De Tweede Kamer is hierover geïnformeerd bij brief van 1 juni 2021 en bij de beantwoording van Kamervragen.
De beslagleggende partijen hebben snel en adequaat gehandeld. Zij hebben de rekenmodules voor de
berekening van de beslagvrije voet zo snel mogelijk aangepast. Daarnaast heeft het ministerie van SZW in samenwerking met de betrokken partijen een wetswijziging voorbereid om het knelpunt rond de vakantiebijslag van gemeentelijke uitkeringsgerechtigden duurzaam op te lossen. De wetswijziging trad op 1 januari 2022 in werking.
Eenvoudigere berekening beslagvrije voet
Jaarlijks worden honderdduizenden mensen geconfronteerd met beslag op hun inkomen. De nieuwe wet vereenvoudigt de berekening van de beslagvrije voet voor hen. Mensen hoeven niet langer zelf allerlei gegevens aan te leveren voor de berekening. Wel moeten zij hun beslagvrije voet kunnen controleren.
Burgerportaal en rekentool
Daarom is het online burgerportaal www.uwbeslagvrijevoet.nl ingericht en voorzien van een rekentool. Via de rekentool kunnen mensen hun beslagvrije voet narekenen, aan de hand van de modelmededeling die zij hebben gekregen van de beslaglegger.
In de modelmededeling staan de gegevens die de beslaglegger heeft gebruikt om de beslagvrije voet te berekenen. In 2021 is het portaal 107.503 keer bezocht en zijn met de rekentool 144.591 berekeningen uitgevoerd.
Onderzoek
Het ministerie van SZW heeft onderzoek laten doen naar de begrijpelijkheid en gebruiksvriendelijkheid van het burgerportaal en de modelmededeling.
Uit het onderzoek blijkt ook dat men begrijpt wat de beslagvrije voet en beslaglegging inhouden en dat de rekentool makkelijk is te doorlopen. Wel vindt men het taalgebruik soms te ingewikkeld. Het is voor mensen niet altijd duidelijk waar zij moeten beginnen. Ook is meer informatie nodig over de manier waarop mensen gegevens kunnen aanpassen.
Verbeterslag
De experts hebben verschillende suggesties gedaan over het burgerportaal en de rekentool. Zij stellen voor minder tekst te gebruiken en meer beeld te gebruiken. De aanbevelingen uit het onderzoek onder burgers en de sessies met experts zijn opgepakt. De minister verwacht dat de beoogde verbeterslag in de tweede helft van dit jaar wordt gerealiseerd.
Stakeholderbijeenkomst
Door het Ministerie van SZW is in december 2021 de eerste stakeholderbijeenkomst georganiseerd over de vereenvoudigde beslagvrije voet. Hiervoor zijn zestien organisaties uitgenodigd die zelf geen beslag leggen maar wel te maken hebben met de beslagvrije voet, bijvoorbeeld omdat zij mensen bijstaan die te maken hebben met beslag op hun inkomen.
Deelnemers vinden de nieuwe wet een verbetering. Wel signaleren zij onder meer ongewenste gevolgen van de wet voor AOW’ers en rond woonlasten.
Het ministerie zal de bijeenkomst twee keer per jaar blijven organiseren samen met beslagleggende
partijen. De inbreng van stakeholders wordt ook betrokken bij de voorbereiding van de eerste evaluatie van de wet die in 2022/2023 plaatsvindt.
Keten voor Derdenbeslag
Met de inwerkingtreding van de wet is een nieuwe keten ontstaan: de Keten voor Derdenbeslag. De beslagleggende partijen werken hierin samen om ervoor te zorgen dat de beslagvrije voet op uniforme wijze in de verschillende rekenmodules wordt berekend.
Verder werken zij samen om het coördinerend deurwaarderschap goed te kunnen uitvoeren en de burger op eenduidige wijze te informeren over de beslagvrije voet via het burgerportaal en de modelmededeling.
Ketenbureau
Om de gezamenlijke ketendoelstellingen te bereiken is een ketenbureau in oprichting dat vooral de samenwerking tussen de ketenpartijen helpt te organiseren en faciliteren.
Onvoorziene, ongewenste gevolgen van de wet
In de loop van 2021 werd duidelijk dat de wet op onderdelen anders uitwerkt dan bij de voorbereiding ervan was voorzien. Het gaat om de beslagvrije voet voor AOW’ers en om woonlasten.
Het Ministerie van SZW onderzoekt of de onvoorziene gevolgen voor AOW’ers, bij beslag door een andere partij dan de SVB, kunnen worden opgelost en zoekt met beslagleggende partijen naar mogelijkheden om deze groep tegemoet te komen. De minister informeert de Tweede Kamer hier nader over in de volgende voortgangsbrief.
Woonlasten
Daarnaast heeft de wet onvoorziene gevolgen als het gaat om woonlasten in de berekening van de beslagvrije voet.
Bij de berekening wordt ervan uitgegaan dat iemand huurtoeslag ontvangt. Als iemand een koopwoning heeft, kan de beslagvrije voet op verzoek worden verhoogd met het bedrag dat iemand ongeveer aan huurtoeslag zou ontvangen als de koopwoning een huurwoning zou zijn.
In de praktijk blijkt dat mensen die huren en geen recht hebben op huurtoeslag onder het bestaansminimum kunnen komen, omdat de beslagvrije voet voor deze groep niet wordt verhoogd. Dit was bij het opstellen van de wet niet voorzien.
Ook voor huurders zonder huurtoeslag
Het gaat om mensen die een kamer, woonboot, woonkeet, loods, recreatiewoning of tijdelijke woonruimte huren. Schouten is van plan de regels voor deze groep te wijzigen, door de regels voor woningbezitters ook toe te passen bij huurders zonder huurtoeslag. De wetswijziging treedt naar verwachting op 1 januari 2023 in werking.
Vooruitlopend hierop gaat het Ministerie van SZW met de beslagleggende partijen in gesprek over de mogelijkheden om huurders zonder recht op huurtoeslag tegemoet te komen.
Beslagvrije voet verhogen
Voor mensen die vanwege de hoogte van hun inkomen geen recht hebben op toeslagen, bestaat de beslagvrije voet uit een vast bedrag. Mensen met woonlasten die hoger zijn dan 110 procent van de sociale huurgrens kunnen de beslaglegger verzoeken de beslagvrije voet voor zes maanden te verhogen.
Bij de totstandkoming van de wet werd verondersteld dat hoge woonlasten vrijwel alleen voorkomen bij hogere inkomens. Er zijn echter ook veel mensen zijn met lagere inkomens die hoge woonlasten hebben. Bij de voorbereiding van de wet in 2016 is dit niet voorzien. Dit laat zich extra gevoelen in de huidige woningmarkt.
Ook voor mensen met lager inkomens
Met de wetswijziging wil Schouten regelen dat ook mensen met lagere inkomens een beroep op verhoging van de beslagvrije voet kunnen doen. Verder stelt de minister voor de termijn van zes maanden te vervangen door een bij ministeriële regeling te bepalen termijn, zodat deze eenvoudiger met de situatie op de woningmarkt kan meebewegen.
Inkomensgrenzen eigenwoningbezitters
Bij de berekening van de beslagvrije voet wordt ervan uitgegaan dat woonlasten boven een bepaalde norm worden gecompenseerd door middel van huurtoeslag.
Eigenwoningbezitters ontvangen geen huurtoeslag. Daarom bepaalt de wet dat deze groep een verhoging van de beslagvrije voet kan krijgen, vergelijkbaar met de huurtoeslag die zij zouden ontvangen als zij de woning zouden huren.
Passende inkomensgrenzen
De wettelijke regeling bevat abusievelijk een verwijzing naar inkomensgrenzen die sinds 1 januari 2020 niet langer worden gebruikt bij de bepaling van huurtoeslag. Om dit op de lossen wordt de bestaande verwijzing in de Verzamelwet SZW 2023 vervangen door passende inkomensgrenzen.
Deze omissie is eind 2021 ontdekt bij het voorbereiden van de aanpassing van de normwaarden per 1 januari 2022. Daarbij wordt geanticipeerd op de voorgestelde wetswijziging, zodat de betreffende passende inkomensgrenzen direct konden worden toegepast.
Wet stroomlijning Keten voor Derdenbeslag
De Wet vereenvoudiging beslagvrije voet is een grote stap voorwaarts in de bescherming van het bestaansminimum van mensen op wiens inkomen beslag wordt gelegd. We zijn er daarmee nog niet.
Verbeterde informatie-uitwisseling
Voor de grote groep mensen die te maken heeft met meerdere beslagen is verbeterde informatie-uitwisseling nodig tussen de beslagleggende partijen. In die gevallen moeten de beslagleggende partijen van elkaar weten dát er meerdere partijen zijn die aanspraak maken op die ene aflossingscapaciteit van de burger. Daarvoor is het wetsvoorstel Wet stroomlijning keten voor derdenbeslag in voorbereiding.
Naar verwachting kan het wetsvoorstel na de zomer bij de Tweede Kamer worden ingediend en kan dan worden begonnen met de bouw van de ICT-voorziening.
Kamerbrief met stand van zaken uitvoering Wet vereenvoudiging beslagvrije voet