Ook gaat de minister in op thuiswerken na corona.
De meest recente cijfers van het coronadashboard van het RIVM laten zien dat 71 procent van de werknemers aangeeft volledig thuis te werken als dat kan. Dit cijfer is de laatste maanden vrij stabiel. De inzet van het kabinet is erop gericht om de mensen die nu nog veel naar kantoor gaan, te stimuleren om thuis te gaan werken. Daar valt nog winst te boeken en daar vraagt de minister blijvende aandacht voor.
Besmettingen op werk
Met de derde NEA COVID meting, waarvan de uitkomsten in april worden verwacht, komt ook meer zicht op de besmettingen op de werkvloer. Dan volgt onder meer ook informatie over de vraag in welke sectoren en beroepen besmette werknemers werkzaam zijn. Daardoor zijn, in afstemming met werkgevers en werknemers, nog gerichter eventuele maatregelen per sector en beroepsgroep nemen om het aantal besmettingen verder terug te dringen.
Algemene criteria
Het kabinet heeft samen met sociale partners gewerkt aan algemene criteria voor thuiswerken. Deze algemene criteria helpen individuele werkgevers en werknemers bij het maken van afwegingen of een werknemer thuis of op locatie kan werken en kunnen onduidelijkheden wegnemen. De criteria zijn
te vinden op Rijksoverheid.nl. Het uitgangspunt voor de criteria is ‘Werk thuis, tenzij het niet anders kan’.
Aard van het werk
In veel sectoren kunnen mensen niet of slechts gedeeltelijk thuiswerken, bijvoorbeeld door de aard van het werk of vanwege persoonlijke situaties waarbij een afweging aan de orde kan zijn.
Daarnaast gaat het ook om werknemers die nodig zijn voor de voortgang van een noodzakelijk bedrijfsproces op locatie of werknemers die bedrijfsvertrouwelijke informatie moeten gebruiken die enkel op locatie in te zien is. Dit is ook zo opgenomen in de algemene criteria.
Persoonlijke omstandigheden
Naast de aard van het werk zijn er ook situaties waarin mensen (deels) thuis of op locatie kunnen werken, vanwege dringende persoonlijke omstandigheden. Hier kan sprake van zijn wanneer werknemers door het thuiswerken dusdanige mentale klachten ervaren dat het voor hun mentale gezondheid noodzakelijk is dat ze hun werk (deels) op locatie doen of wanneer de fysieke thuiswerksituatie niet toereikend is en niet toereikend gemaakt kan worden. De werkplek op locatie moet wel voldoen aan de coronamaatregelen van het RIVM.
Afspraken over (thuis)werk
Deze algemene criteria dienen ertoe om onduidelijkheden weg te nemen bij werkgevers en werknemers. De uitwerking hiervan per individuele organisatie is aan de ondernemer in samenspraak met de medezeggenschap.
Het is belangrijk dat werkgevers en werknemers al bestaande afspraken over naar het werk komen met deze criteria in de hand opnieuw tegen het licht houden. Uitgangspunt is dat ze samen goede afwegingen maken over thuiswerken en tot oplossingen komen.
Veilige werkplek
De werkgever zorgt voor een gezonde en veilige arbeidsplaats. In verband met het coronavirus moeten er op grond van Arbowet- en regelgeving maatregelen genomen worden. Het laten thuiswerken kan een van de maatregelen zijn, waarmee de werkgever de werkplek veiliger kan maken.
Inspectie SZW
Niet thuiswerken is op zichzelf geen overtreding. Een ongezonde en onveilige arbeidsplaats is daarentegen wel een overtreding. De Inspectie SZW kan handhaven als op de arbeidsplaats onvoldoende maatregelen zijn genomen om de werknemer te beschermen, bijvoorbeeld wanneer er geen afstand kan worden gehouden, er onvoldoende hygiënemaatregelen zijn getroffen etc. De aanpak van de Inspectie SZW is gericht op gedragsaanpassing door de werkgever en/of werknemers.
Meldingen
Sinds eind januari zijn er 432 meldingen over thuiswerken binnengekomen bij Inspectie SZW. Hiervan zijn er 376 doorgezet voor verder onderzoek. Van deze 376 meldingen hadden er 33 ook betrekking op andere coronamaatregelen, de rest alleen op het niet mogen thuiswerken.
Van deze 343 meldingen over thuiswerken zijn er inmiddels 277 voorzien van een eerste interventie. Nu de criteria bekend zijn, zal de inspectie die bij haar interventies betrekken en hierover in haar reguliere verantwoording rapporteren.
Steunpakketten
Om werkgevers en werknemers te ondersteunen om het vitaal thuiswerken te bevorderen heeft het kabinet €5 miljoen vrijgemaakt. Nu de criteria zijn opgesteld, neemt het ministerie van Sociale Zaken op korte termijn het initiatief om samen met sociale partners tot een gericht pakket van activiteiten te komen.
In het steunpakket voor sociaal en mentaal welzijn en leefstijl wordt ook ingezet op activiteiten gericht op de mentale weerbaarheid van (thuis)werkenden. Ook hier gaat het kabinet snel aan de slag om de acties verder uit werken.
Tot slot wijst Koolmees in dit verband op de brief over de uitbreiding van het economisch
steun- en herstelpakket van 21 januari jl. waarin wordt ingegaan op de fiscale behandeling van thuiswerken en de betrokkenheid van maatschappelijke organisaties en sociale partners in deze.
Gedragsfactoren
Gedragsfactoren die een positief effect hebben bij werknemers zijn bijvoorbeeld de mate waarin thuiswerken in de omgeving de norm is, maar ook het stimuleren van thuiswerken door de werkgever. Voor werkgevers zijn positieve factoren de eerdere positieve ervaring met thuiswerken en de mate van verbondenheid tussen werkgever en werknemer.
Werknemers tussen 18 en 34 jaar hebben de laagste intentie om thuis te werken en vormen ook de groep die minder thuiswerkt. Dit komt onder meer doordat zij persoonlijk minder dreiging ervaren van het coronavirus.
Ook bedrijfsgrootte speelt een rol in de mate van thuiswerken. Zo werken werknemers uit kleine bedrijven (tot 20 werknemers) het minst thuis, maar zien ze wel voordelen in thuiswerken zoals minder reistijd en beter werk-privébalans.
Thuiswerken na corona
Thuiswerken in combinatie met werken op kantoor (hybride werken) blijft waarschijnlijk voor veel werkgevers en werknemers in de toekomst belangrijk. Zo blijkt uit onderzoek dat werkenden die thuis goed hun werk kunnen doen in de toekomst een tot drie dagen per week thuis willen werken. Het is daarom essentieel om nu al vooruit te kijken naar het bereiken van een goede balans tussen thuiswerken en op locatie werken en wat daar voor nodig is.
Het kabinet werkt daarom toe naar een agenda voor de toekomst van thuiswerken, waarmee we als samenleving, maar ook als overheid, werkgevers en werkenden de lessen van het thuiswerken nu benutten en kunnen anticiperen op de periode na corona.
Het kabinet wil in maart 2021 een adviesaanvraag indienen bij de SER over de toekomst van hybride werken.
Algemene criteria thuiswerken: ‘werk thuis, tenzij het niet anders kan’
Stimuleren van thuiswerkgedrag onder werkend Nederland – rapportage