De zaak kwam in een stroomversnelling vanwege het feit dat de vrouw in april 2020 zonder geldige reden plotseling op straat werd gezet door Het Balletorkest, na jarenlang te hebben gespeeld als tweede hoboïste. Ze was vaste invaller en aanvulling bij grote producties. Toen de werkgever plotseling liet weten dat de vrouw niet meer gevraagd zou worden, wendde zij zich tot haar vakbond, de Kunstenbond.
Volgens de Wet DBA had de hoboïste een dienstverband bij het Balletorkest. Maar zij had geen arbeidsovereenkomst omdat Het Balletorkest tot die tijd alleen maar met freelancers op basis van opdrachtovereenkomsten wilde werken. In feite was sprake van schijnzelfstandigheid. De Kunstenbond spande hierop een rechtszaak aan tegen het Balletorkest, met als eis dat de opzegging van de arbeidsovereenkomst wordt vernietigd en het salaris volledig wordt doorbetaald, inclusief rente.
Dienstverband is bewezen
De kantonrechter oordeelde op 10 februari 2021 dat hier duidelijk sprake is van een arbeidsovereenkomst en niet van een opdrachtovereenkomst. Zo was sprake van arbeid gedurende enige tijd, van loon én van een gezagsverhouding. Dit betekent dat de hoboïste in dienst blijft van de werkgever (Het Balletorkest) en recht heeft op achterstallig loon. Volgens de wet is dan sprake van een dienstverband.
Volgens de rechter is het irrelevant is of de vrouw en het orkest de intentie hadden een dienstverband aan te gaan, of een opdrachtovereenkomst. Een dienstverband ontstaat als de wijze waarop de werkzaamheden worden uitgevoerd voldoen aan criteria van de arbeidsovereenkomst volgens de wet.
Deze uitspraak bewijst dat individuele rechtszaken tot arbeidsovereenkomsten kunnen leiden. Dit kan betekenen dat veel meer freelancers feitelijk werknemer zijn en daarmee ook rechten opbouwen die afdwingbaar zijn. De samenloop met de uitspraak rondom schijnzelfstandigheid bij Deliveroo versterkt de indruk dat deze oneigenlijke arbeidsrelatie haar einde nabij is, aldus de Kunstenbond.
Hof: overeenkomst maaltijdbezorgers Deliveroo is arbeidscontract
Bron: Kunstenbond.nl