Veel werkgevers weigeren nog steeds om de arbeidsovereenkomst met een langdurig zieke werknemer op te zeggen (slapend dienstverband) en een transitievergoeding uit te betalen, nu zij nog geen recht op compensatie krijgen.
Er zijn inmiddels veel uitspraken over een slapend dienstverband verschenen. Lang niet altijd krijgt de werknemer een vergoeding. In deze recente uitspraak moet de werkgever wel betalen.
De kantonrechter veroordeelt Menzis de arbeidsovereenkomst met een duurzaam arbeidsongeschikte werkneemster op te zeggen en haar de transitievergoeding van ruim 45.000 euro te betalen. De werkgever heeft in strijd met goed werkgeverschap gehandeld.
De werkneemster is na 35 jaar in dienst sinds augustus 2015 volledig en duurzaam arbeidsongeschikt als gevolg van een ernstige, progressief verlopende ziekte. UWV heeft haar daarom op 1 augustus 2017 een volledige IVA-uitkering toegekend.
De werkneemster heeft Menzis een aantal keer verzocht om de arbeidsovereenkomst op te zeggen en een transitievergoeding toe te kennen. Menzis heeft aangegeven dit niet te willen. Zonder eerdere opzegging eindigt de arbeidsovereenkomst op 18 november 2019, omdat de werkneemster dan de pensioengerechtigde leeftijd bereikt. Dan kan zij geen aanspraak meer maken op een transitievergoeding.
Goed werkgever
Ondanks dat de wet geen verplichting voor werkgevers kent om in dit soort gevallen de arbeidsovereenkomst op te zeggen, is het ‘niet opzeggen’ en het ‘niet betalen van de transitievergoeding’ in strijd met wat van Menzis als goed werkgever verwacht mag worden. De rechtbank veroordeelt Menzis daarom de arbeidsovereenkomst op te zeggen en de werkneemster de transitievergoeding van ruim 45.000 euro te betalen.
Nieuwe regelgeving
De regelgeving met betrekking tot slapende dienstverbanden wordt met ingang van 1 april 2020 gewijzigd. Dan krijgen werkgevers recht op een compensatie van de transitievergoeding voor langdurige ziekte werknemers. De regeling heeft terugwerkende kracht tot 1 juli 2015.
Uitspraak Rechtbank Gelderland, 29 juli 2019, ECLI:NL:RBGEL:2019:3440