Met ingang van 1 januari 2023 moet je wel de hoge AWf-premie toepassen voor een werknemer die de Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) volgt, waarbij sprake is van een uitzendbeding in de praktijkovereenkomst of in een daarmee samenhangende arbeidsovereenkomst.
Tijdelijke urenuitbreiding of wisselende arbeidsomvangen
Als voor een arbeidsovereenkomst met de werknemer op grond van de contractindicaties de lage AWf-premie geldt (bij indicaties ‘onbepaalde tijd’, ‘schriftelijk’ en ‘geen oproepovereenkomst’, ofwel met indicaties J/J/N), blijft de lage AWf-premie ook voor deze arbeidsovereenkomst gelden als je daarin een tijdelijke urenuitbreiding opneemt of wisselende arbeidsomvangen afspreekt. Dit als gevolg van een eind 2021 gewijzigd standpunt van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Nog geen wijziging per 2023
Met ingang van 1 januari 2023 zouden er nadere regels komen voor de toepassing van de hoge of de lage AWf-premie in geval van zulke arbeidsovereenkomsten. Voor 2023 is dat echter nog niet het geval: de regels zoals die in 2022 gelden, blijven ook in 2023 gelden.
Zie voor deze regels paragraaf 7.2 Premie AWf in Handboek Loonheffingen 2022.
In het Handboek Loonheffingen 2022 staat het volgende:
Tijdelijke urenuitbreiding
Het gewijzigde standpunt houdt in dat de Belastingdienst een tijdelijke urenuitbreiding op de bestaande arbeidsovereenkomst niet meer ziet als een aparte arbeidsovereenkomst.
Wel aparte arbeidsovereenkomst
Soms is de tijdelijke urenuitbreiding nog wel een aparte arbeidsovereenkomst. Dat is zo in de volgende situaties:
- De werkzaamheden of arbeidsvoorwaarden voor de urenuitbreiding verschillen wezenlijk van die van de bestaande arbeidsovereenkomst.
- Je bent met de werknemer voor de urenuitbreiding om een andere reden dan het hiervoor genoemde standpunt van SZW en de Belastingdienst een aparte arbeidsovereenkomst overeengekomen.
In deze situaties verandert er niets. Op deze aparte arbeidsovereenkomst is en blijft de hoge AWf-premie van toepassing.
Meerdere arbeidsomvangen
Een arbeidsovereenkomst waarin de werkgever met de werknemer meerdere arbeidsomvangen met een aantal uren per dag, week, vier weken, of een maand hebt afgesproken, ziet de Belastingdienst niet meer als een oproepovereenkomst. Je kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan een arbeidsovereenkomst waarin is opgenomen dat de werknemer gedurende de wintermaanden 36 uur per week werkt en in de zomermaanden 28 uur per week.
BBL-overeenkomsten met uitzendbeding
Je moet vanaf 2023 de hoge AWf-premie toepassen voor een werknemer die de Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) volgt, waarbij sprake is van een uitzendbeding in de praktijkovereenkomst of in een daarmee samenhangende arbeidsovereenkomst. Tot en met 2022 mag je in een zo’n situatie nog de lage AWf-premie toepassen, mits aan de overige voorwaarden wordt voldaan.