
Het kabinet heeft allerlei voorstellen gedaan in het Belastingplan 2023 en andere financiële wetgeving. Op het laatste moment is nog een verruiming in het lage-inkomensvoordeel (LIV) voorgesteld. De oppositie is niet per definitie positief over deze verruiming.
In dit debat reageren minister Schouten en staatssecretaris Van Rij op de inbreng van de Tweede Kamer.
Koopkracht
De hoge inflatie en energieprijzen leiden tot zorgen bij mensen, betoogt minister Schouten. Daarom komt kabinet onder meer met een “historisch” koopkrachtpakket en een energieprijsplafond. Een belangrijke maatregel daarbij is de verhoging van het minimumloon, en daarmee de AOW en de bijstand.
Het kabinet verzacht hiermee de pijn niet, omdat de inflatie te laag wordt ingeschat, betoogt Mulder (PVV). Een maatregel als het energieprijsplafond staat echter los van de inflatiecijfers en geeft daarmee zekerheid aan huishoudens, verwacht Schouten. Zij wijst erop dat ook de zorgtoeslag en huurtoeslag worden verhoogd.
Een koopkrachtravijn. Dat verwacht Nijboer (PvdA) vanwege de inflatie en de energieprijzen, zeker als de tijdelijke maatregelen voor 2023 zijn afgelopen. Hij wil daarom dat de regering zich inzet om het minimumloon naar €14 te brengen. De minister benadrukt dat werkgevers een dergelijke verhoging moeten opbrengen en dat het minimumloon al wordt verhoogd met 10% per 1 januari 2023.
Compensatie voor werkgevers
Schouten vindt het belangrijk dat bedrijven die de versnelde verhoging van het minimumloon moeten opbrengen, daarvoor worden gecompenseerd. Het kabinet verruimt daarom tijdelijk het lage-inkomensvoordeel (LIV), een jaarlijkse tegemoetkoming voor werkgevers die werknemers in dienst hebben met een laag loon.
Alkaya (SP) spreekt van “wanbestuur” omdat dit instrument daar helemaal niet voor bedoeld is. Ook laakt hij de late indiening van dit voorstel, namelijk enkele dagen voor het debat. Maatoug (GroenLinks) vreest dat hiermee werkgevers juist beloond worden voor het onderbetalen van hun personeel.
Amendement
Maatoug:
“We hebben het niet kunnen doen in het debat omdat de nota van wijziging zo laat kwam en daarom ga ik dit moment er nog even voor gebruiken. Collega’s, ik heb een amendement dat ervoor pleit om met terugwerkende kracht het LIV en de LIV-verhoging voor die twee jaar niet door te voeren. Waarom? Omdat dat LIV ook naar het grootbedrijf gaat. En wat hebben we nou gezien? Ik heb in mijn inbreng de evaluaties genoemd. We zagen daarin dat het vooral gaat naar bedrijven met lage lonen. We zien dat het vooral gaat naar bedrijven als distributiecentra. Het beloont die bedrijven die slecht omgaan met hun medewerkers. Het beloont die bedrijven die vooral leunen op arbeidsmigratie. We zien dan een gigantische weglek.
Ik snap de zoektocht naar hoe je het mkb kunt ontlasten. Ik snap ook dat het moeilijk is om de knop te vinden, maar die Aof-premie is heel gericht. Die is voor het kleinbedrijf, voor ieder bedrijf met 25 werknemers. Het betekent dat je het kunt delen met een groep in dat klein- en middenbedrijf. Mijn voorstel met dat amendement is een betere invulling voor die gelden. Het is ook meer in lijn met wat het kabinet zelf van plan was. Ten slotte gebruik je dan ook niet een instrument dat eigenlijk afgeschaft moet worden. Ik zou de collega’s, zeker die van de coalitie, daarop willen wijzen. Het amendement is al in omloop. Ik zal nog even een dubbelcheck doen of het technisch goed is, want ik hoop echt dat hij het haalt. Ik ben heel benieuwd wat de collega’s morgen stemmen.”
In het amendement staat het volgende:
“Dit amendement regelt dat de voorgenomen verruiming van het lage-inkomensvoordeel (LIV) voor 2024 wordt geschrapt uit het wetsvoorstel. Het kabinet heeft immers met goede reden aangekondigd dat het lage-inkomensvoordeel per 2025 volledig afgeschaft wordt. Het lage-inkomensvoordeel is een ondoelmatige en ineffectieve regeling, die werkgevers een prikkel biedt om lonen laag te houden.
Budgettair
Volgens de nota van wijziging waarin de verruiming van het LIV is opgenomen kost deze maatregel in 2024 € 156 miljoen. Deze kosten worden met dit amendement dus bespaard. De indieners stellen voor de vrijgekomen middelen bijvoorbeeld te gebruiken voor verlaging van de lagere aof-premie voor kleine werkgevers.”
Schouten betoogt dat het een tijdelijke, snelle en gerichte maatregel is. Staatssecretaris Van Rij erkent dat het “niet fraai” is dat de Kamer hier niet eerder over heeft kunnen spreken. Als een Kamermeerderheid de intensivering van het LIV uit wetsvoorstel wil halen, waarbij de opbrengst wordt besteed aan een lagere Aof-premie, zal het kabinet dat uitvoeren, zegt de staatssecretaris.
Invulling mkb-envelop
In de Kamerbrief reactie op informatieverzoek invulling MKB-enveloppe gaat staatssecretaris van Rij in op hoe de invulling van de MKB-enveloppe tot stand is gekomen. Specifiek gaat het om de manier waarop het LIV (lage inkomensvoordeel) in het pakket terecht is gekomen.
Naar aanleiding van gesprekken met MKB-NL en VNO-NCW heeft het kabinet besloten om de invulling van het pakket aan maatregelen aan te passen. Onderdeel van de gesprekken met MKB-NL en VNO-NCW was het verhogen van het budget van het LIV in 2023 en 2024. Zij gaven aan een voorkeur te hebben voor het verhogen van het LIV, omdat hier een deel van de kostenstijging van het hogere minimumloon gemitigeerd kon worden. Ook gaven zij aan dat zij om die reden op korte termijn een voorkeur te hebben voor verhoging van het LIV ten opzichte van een lagere Aof-premie voor kleine werkgevers. Het kabinet ziet dat een tijdelijke verhoging van het LIV ten goede komt aan werkgevers met medewerkers op en net boven minimumloonniveau. De kosten van de versnelde stijging van het minimumloon worden daardoor in zekere mate gedempt. Daarmee helpt een tijdelijke verhoging van het LIV die werkgevers die het meest voelen van de gevolgen van de versnelde verhoging van het minimumloon. De intensivering van het LIV in 2023 en 2024 doet niets af aan het uitgangspunt van het kabinet dat het LIV per 2025 wordt afgeschaft. Ook blijft in het MKB-pakket structureel € 195 mln beschikbaar voor lagere lasten op arbeid via de lagere Aof-premie voor kleine werkgevers.
De Tweede Kamer stemt op 10 november over het Belastingplan 2023 en de ingediende moties en amendementen.
De staatssecretaris geeft in een brief een overzicht met appreciatie moties en amendementen pakket Belastingplan 2023.
Van Rij geeft aan dat hij het gewijzigde amendement van Maatoug ten aanzien van het lage-inkomensvoordeel (Kamerstuknummer 36208, nr. 13) naar aanleiding van het debat graag oordeel Kamer wil geven.
Aangenomen
De Tweede Kamer heeft op 10 november 2022 het pakket Belastingplan 2023 en het amendement aangenomen.
Bron: Tweedekamer.nl, debat van Tweede Kamer op 10 november 2022
Tweede Kamer akkoord met Belastingplan 2023 – geen hogere LIV in 2024