De ATR adviseert om de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel niet voort te zetten.
De Voorzitter van de Tweede Kamer heeft ATR om advies gevraagd over het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet flexibel werken in verband met het bevorderen van flexibel werken naar arbeidsplaats (Wet werken waar je wilt). Het is een initiatiefwetsvoorstel van Tweede Kamerleden dat de huidige Wet flexibel werken wijzigt.
Wet flexibel werken
De wet biedt aan werknemers de mogelijkheid om hun werkgever te verzoeken om te mogen thuiswerken of meer te gaan werken op een werklocatie van het bedrijf. De wet kent geen afwijzingsgronden als de werkgever het verzoek niet wil honoreren. Het wetsvoorstel brengt hierin verandering en verplicht de werkgever om de afwijzing te motiveren en een afwijzing is alleen toegestaan in geval van zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen.
Het doel is werknemers meer rechten te geven en te komen tot een betere balans tussen werken thuis en op een werklocatie van het bedrijf.
Toetsingskader
ATR beoordeelt de gevolgen voor de regeldruk aan de hand van het volgende toetsingskader:
- Nut en noodzaak: is er een taak voor de overheid en is regelgeving het meest aangewezen instrument?
- Zijn er minder belastende alternatieven mogelijk?
- Is gekozen voor een uitvoeringswijze die werkbaar is voor de doelgroepen die de wetgeving moeten naleven?
- Zijn de gevolgen voor de regeldruk volledig en juist in beeld gebracht?
Ernstige tegemoetkomingen
Het wetsvoorstel kent volgens ATR ernstige tekortkomingen in de probleemstelling, analyse en onderbouwing van de noodzaak tot aanpassing van de wet. De probleemanalyse schiet tekort, omdat niet aannemelijk is gemaakt dat er problemen zijn gelegen in de mate waarin verzoeken worden afgewezen en de gebruikte redenen voor afwijzing van de verzoeken.
Evenmin hebben de initiatiefnemers de meerwaarde van introductie van nieuwe afwijzingsgronden boven een toetsing van afwijzingen aan de al bestaande verplichtingen van de werkgever aangetoond. De keuze voor wetgeving sluit ook niet goed aan bij de uitkomsten van de evaluatie van de Wet flexibel werken.
Afzien van wetswijziging
Werknemers ervaren geen belemmeringen in de gesprekken met de werkgever over flexibel werken. De cultuur in een onderneming of instelling is hierin bepalend en niet de wet. Hooguit is er daarom behoefte aan een voorlichtingscampagne om flexibel werken (verder) te promoten. Een minder belastend alternatief is daarom het afzien van wetswijziging. In de toelichting ontbreken verder een beschrijving en een raming van de gevolgen voor de regeldruk van bedrijven, instellingen en werknemers.
Het wetsvoorstel maakt volgens de ATR onvoldoende duidelijk wat precies het probleem is bij verzoeken om aanpassing van de arbeidsplaats en de oorzaak ervan. Niet duidelijk is waarom een nieuwe wet nodig is.
De onderbouwing van het wetsvoorstel is niet voldoende voor goed afgewogen besluitvorming. Daarom vindt ATR dat de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel niet moet worden gecontinueerd.
ATR advies aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal – Wet werken waar je wilt
Wet werken waar je wilt: gevolgen voor werkgevers en werknemers