Daarna bleek dat de CFO/lid hoofddirectie zich jarenlang door de ondergeschikte op een buitensporige manier had laten fêteren. Zo betaalde de ondergeschikte, een adjunct-directeur, voor het directielid en zijn gezin reisjes met een privéjet naar Abu Dhabi, waar ze verbleven in luxe hotels en op een privé-jacht en bezoekjes brachten aan de Grand Prix.
Hoewel onderzoek uitwees dat het directielid niet zelf heeft gefraudeerd, verweet de reder hem wel dat hij zijn ondergeschikte zijn gang liet gaan. De directeur kon weten dat de ondergeschikte die reisjes niet van zijn salaris kon betalen maar controleerde diens creditcardbestedingen en interne ‘leningen’ niet.
De kantonrechter concludeert dat de CFO/lid hoofddirectie mag worden ontslagen en geen recht heeft op een transitie- of ontslagvergoeding. Ook heeft de man geen recht op een billijke vergoeding.
Fraude
Naar aanleiding van de fraude van de adjunct-directeur voert Integis een forensisch (accountants)onderzoek uit. Integis concludeert dat de CFO niet op de hoogte was van de fraude en dat niet vast staat dat hij dat (wel) had moeten zijn. Daar gaat het de werkgever in deze procedure ook niet om.
Vrije teugel
De werkgever verwijt het de CFO dat hij zich heeft laten fêteren door een ondergeschikte gedurende een aantal jaren, dat hij daarmee in strijd handelde met de geldende Code of Conduct, terwijl hij als CFO hiervoor wel een voorbeeldfunctie heeft en dat dit ‘zich laten fêteren’ er blijkbaar toe geleid heeft dat de adjunct-directeur, zijn ondergeschikte, de vrije teugel heeft gelaten, onvoldoende diens financiële reilen en zeilen heeft onderzocht terwijl daar, gelet op het bestedingsgedrag van de man zeker aanleiding toe was. Kortom: de werkgever maakte zich kwetsbaar voor chantage en beïnvloeding, aldus de werkgever.
Feiten en omstandigheden
Volgens de kantonrechter leveren de door de werkgever naar voren gebrachte feiten en omstandigheden een redelijke grond voor ontbinding op, als bedoeld in artikel 7:669 lid 3 sub e BW (verwijtbaar handelen). Daartoe overweegt de kantonrechter het volgende:
Vaststaat dat de CFO een aantal keren op uitnodiging van zijn ondergeschikte, een adjunct-directeur, een vlucht heeft gemaakt in een privéjet, terwijl hij daar niet voor heeft hoeven betalen. In ieder geval heeft de CFO drie keer met een privéjet gevlogen naar Abu Dabi om daar het Gran Prix race-circuit te bezoeken. De adjunct-directeur regelde dan toegangskaarten tot de Gran Prix en verblijf in een hotel dan wel op een privéjacht. Niet bestreden is dat de overnachtingen in het hotel dan wel het privéjacht € 7.500 tot € 10.000 per nacht kostten en dat de privéjet-vluchten ongeveer € 20.000 aan waarde (per vlucht) vertegenwoordigden.
Wederdiensten
Vaststaat ook dat de echtgenote dan wel de vriendin, en de kinderen van de CFO en diens vriendin, op kosten van de man mee mochten. De CFO had niet moeten openstaan voor deze gunsten van een ondergeschikte. Hij had zich moeten realiseren dat zijn ondergeschikte wellicht wederdiensten verwachtte of althans dat hij erop uit was dat de CFO hem uit de wind zou houden, niet of minder zou controleren of hem anderszins de vrije teugel zou geven.
Omvangrijke bedragen
De gunsten verleend door de ondergeschikte bedragen al met al een paar ton – terecht spreekt de werkgever in dit verband van het ‘zich op buitensporige wijze laten fêteren’ – hetgeen niet in verhouding staat tot het salaris dat de man verdiende. Dit had de CFO moeten brengen tot het stellen van vragen en doen van nader onderzoek.
Tegenover Integis heeft de CFO ook verklaard dat het hem opviel dat het soms om omvangrijke bedragen ging en dat het op zijn lijstje stond om de man daarnaar te vragen, maar dat dit nog niet was gebeurd. Het heeft er dan ook alle schijn van dat de CFO inderdaad door de gunsten niet de normale alertheid heeft betracht in de richting van zijn ondergeschikte. Daardoor kon de man zijn gang gaan. Dit kan de werknemer worden toegerekend.
Reputatieschade
Gelet op de bij de werkgever geldende Code of Conduct en hetgeen daarin is bepaald over ‘conflict of interest’ en ‘to induce a person’ alsmede gezien de opleiding en ervaring van de CFO en zijn positie, had de werknemer beter moeten weten. Ook omdat het zich laten fêteren uitstrekt over meerdere jaren (zes trips in de periode 2015-2020) en de werkgever door zijn handelen reputatieschade heeft geleden, kunnen de werknemer ernstige verwijten worden gemaakt.
Ontbinding op e-grond
Van de werkgever kan niet in redelijkheid worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren (de ‘e-grond’).
De conclusie is dat de kantonrechter het verzoek van de werkgever toewijst en dat de arbeidsovereenkomst wordt ontbonden met ingang van 1 november 2021.
Uitspraak Rechtbank Amsterdam, 17 september 2021, ECLI:NL:RBAMS:2021:5443