Onderdeel van de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) zijn de wijzigingen wat betreft de oproepovereenkomst. Deze wijzigingen treden per 1 januari 2020 in werking.
Dit kennisdocument gaat in op de nieuwe wet- en regelgeving met betrekking tot ‘oproep’.
De volgende vragen worden beantwoord:
- Leidt overwerk nu tot een oproepovereenkomst?
- Geldt voor parttimers die regelmatig overwerken dat er ook een aanbod voor een vaste arbeidsomvang moet worden gedaan na 12 maanden?
- Tellen alle typen arbeidsovereenkomsten mee voor de berekening voor de periode van 12 maanden waarna een aanbod moet worden gedaan?
- Een contract met een jaarurennorm is geen oproepovereenkomst. Maar is een jaarurennorm niet in strijd met de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag?
- Hoe moet de oproep- en afzegtermijn van 4 (kalender)dagen in lid 2 en 3 worden geïnterpreteerd?
- In de dertiende maand van de arbeidsovereenkomst moet de werkgever een vaste arbeidsomvang aanbieden waarbij geen sprake mag zijn van een uitsluiting van de loondoorbetalingsverplichting. Wanneer gaat de nieuwe arbeidsomvang gelden?
- Op grond van lid 5 moet een aanbod worden gedaan voor een vaste arbeidsomvang die ten minste gelijk is aan de gemiddelde arbeidsomvang van de afgelopen 12 maanden. Bij de bepaling van de gemiddelde omvang gaat het om alle verloonde uren (ook ingetrokken uren). Stel dat door veelvuldige intrekking van uren het gemiddelde arbeidsomvang hoger ligt dan toegestaan volgens de Arbeidstijdenwet. Hoe moet er dan worden gehandeld?
Ad 1 en 2. Overwerk
Nee. Als er een vaste arbeidsomvang is afgesproken (per week, per maand, of per jaar met een gelijkmatige loonspreiding), dan is geen sprake van een oproepovereenkomst (mits er ook geen onvergoede beschikbaarheids-/consignatiediensten zijn afgesproken). Overwerk leidt dus niet tot het aannemen van een oproepovereenkomst, ook niet als er veel wordt overgewerkt.
Ad 3. Aanbod na 12 maanden
Als er 12 maanden een arbeidsovereenkomst is geweest, moet verplicht een aanbod worden gedaan voor een vaste arbeidsomvang, als na die periode sprake is van een oproepovereenkomst.
Hierbij worden verschillende arbeidsovereenkomsten samengeteld. Ook arbeidsovereenkomsten, die niet gelden als oproepovereenkomsten, tellen mee voor de berekening van de periode van 12 maanden en de tussenpoos.
Ad 4. Jaarurennorm
Artikel 11 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (Wml) voorziet in de mogelijkheid om een jaarurensystematiek te hanteren als dat bij cao is overeengekomen.
Ad 5. Oproeptermijn
Er moet ten minste 4 dagen van tevoren worden opgeroepen. De werkdag telt niet mee. Als op vrijdag wordt gewerkt, moet uiterlijk maandag worden opgeroepen. Dat kan ook ‘s avonds zijn. Zekerheidshalve is het prima als een werkgever 96 uur aanhoudt. Bij cao kan overigens een andere (ook langere of kortere) termijn gelden.
Ad 6. Nieuwe arbeidsomvang
Na aanvaarding van de werknemer geldt de nieuwe arbeidsomvang. Daarvoor heeft de werknemer een maand de tijd, dus het moment van aanvaarding is leidend
Ad 7. Gemiddelde arbeidsomvang
Het is aan de werkgever en werknemer om ervoor te zorgen dat de gemiddelde arbeidsomvang niet hoger ligt dan toegestaan volgens de Arbeidstijdenwet. Een eventuele strijdigheid met de Arbeidstijdenwet beïnvloedt niet van rechtswege de geldigheid van een tussen de partijen gesloten en geldende arbeidsovereenkomst.
Kennisdocument oproep in het kader van Wet arbeidsmarkt in balans