
Een vervelende levensgebeurtenis, zoals een scheiding of het verlies van een baan, heeft vaak grote gevolgen voor iemands inkomen. Gemiddeld is het primaire inkomen vijf jaar na de gebeurtenis nog steeds 20% tot 50% lager. Uit onderzoek van het Centraal Planbureau (CPB) blijkt dat het Nederlandse stelsel van belastingen en sociale zekerheid de daling van het besteedbaar inkomen aanzienlijk beperkt. Na vijf jaar is het besteedbaar inkomen gemiddeld 10% lager dan voor de gebeurtenis.
Het CPB onderzocht hoe het inkomen van mensen in Nederland wijzigt in de vijf jaar na scheiding, overlijden van partner, baanverlies, arbeidsongeschiktheid en ziekte. Het CPB keek zowel naar het primaire inkomen als het besteedbaar inkomen na verrekening van belastingen, toeslagen en uitkeringen.
Grote inkomensdaling
In het jaar dat de levensgebeurtenis plaatsvindt, is er een grote daling van inkomen van 17% tot 57%. Na vijf jaar is het primaire inkomen nog steeds 20% tot 50% lager. De dalingen in primair inkomen verschillen daarnaast behoorlijk per groep. Zo gaan alleenstaanden er na baanverlies gemiddeld 40% in primair inkomen op achteruit en minstverdienende partners 20%.
Het besteedbaar inkomen daalt minder, aangezien belastingen, toeslagen en uitkeringen de schok dempen. Gemiddeld is het besteedbaar inkomen na vijf jaar 7% tot 12% lager. Door het publiek stelsel verschilt de daling in besteedbaar inkomen dus ook maar klein tussen groepen.
Gemiddeld genomen daalt het besteedbaar inkomen ongeveer 10% in de vijf jaar na de gebeurtenis. Het onderzoek laat zien dat het stelsel van belastingen en sociale zekerheid in Nederland goed helpt bij het verminderen van verlies in besteedbaar inkomen na een vervelende levensgebeurtenis, en verschillen in inkomensverlies egaliseert.
The effect of adverse life-events on income trajectories
ESB-artikel: Inkomensverlies bij levensgebeurtenis opmerkelijk consistent gedekt