
De klant is werkzaam in de autobranche en heeft als gevolg hiervan diverse voordelen ten opzichte van een ‘normale’ berijder. Naar zijn mening dient de bijtelling gelijk te zijn aan de werkelijke autokosten. Naar onze mening moet als fiscale waarde gewoon worden uitgegaan van de waarde zoals vermeld in het RDW-register. Heeft iemand ervaring met een afwijkende waarde ten opzichte van de RDW-waarde?
Cataloguswaarde
De grondslag voor de bijtelling privégebruik auto is de cataloguswaarde zoals vermeld op de site van de RDW. Dat geldt ook voor ondernemers of werknemers in de autobranche.
Dit staat in artikel 13bis, lid 1 en 5, sub b Wet LB 1964.
Artikel 13bis
1 Indien ook voor privédoeleinden een auto ter beschikking is gesteld, wordt het voordeel op kalenderjaarbasis gesteld op ten minste:
a. 22% van de waarde van de auto indien de auto niet meer dan 15 jaar geleden voor het eerst in gebruik is genomen;
b. 35% van de waarde van de auto indien de auto meer dan 15 jaar geleden voor het eerst in gebruik is genomen.
De auto wordt in ieder geval geacht ook voor privédoeleinden ter beschikking te zijn gesteld tenzij blijkt dat de auto op kalenderjaarbasis voor niet meer dan 500 kilometer voor privédoeleinden wordt gebruikt.
5 Voor de toepassing van dit artikel en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
(,,,)
b. waarde van de auto: catalogusprijs in de zin van artikel 9 van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 vermeerderd met de belasting van personenauto’s en motorrijwielen ingevolge de artikelen 9 tot en met 9c van die wet, met dien verstande dat de waarde van een auto die meer dan vijftien jaar geleden voor het eerst in gebruik is genomen, wordt gesteld op de waarde in het economische verkeer.
Bron: Forum Salaris
Zie ook Handreiking privégebruik auto