De werkgever kan een onbelaste vergoeding geven voor de intermediaire kosten of met de werknemer een onbelaste zakelijke transactie sluiten.
De Kennisgroep loonheffing algemeen van de Belastingdienst heeft de vraag beantwoord of een vergoeding voor het opladen van de auto van de zaak door de werknemer thuis op basis van de consumentenprijs of de eindverbruikersprijs buiten de loonsfeer blijft.
Het standpunt KG:204:2023:7 wordt hierbij ingetrokken.
Situatie
Aan een werknemer is een elektrische auto ter beschikking gesteld. De werknemer laadt de auto bij zijn woning op.
Voor het jaar 2023 geldt een prijsplafond voor alle huishoudens en andere afnemers met een kleinverbruikersaansluiting op elektriciteits- en gasnet of een aansluiting op een warmtenet. Het prijsplafond voor elektriciteit bedraagt (inclusief belasting) € 0,40 per kWh tot een gebruik van 2900 kWh. Voor het energieverbruik boven het plafond betalen huishoudens en andere kleinverbruikers het tarief uit het energiecontract.
Vraag en antwoord
Hoe hoog is de vergoeding die de werkgever onbelast mag geven aan de werknemer?
De werkgever kan een onbelaste vergoeding geven voor de werkelijke uitgaven van de werknemer (intermediaire kosten) of met hem een onbelaste zakelijke transactie sluiten.
Werkelijke kosten
De werkgever mag de integrale kostprijs van de elektriciteit onbelast vergoeden aan de werknemer. De integrale kostprijs wordt bepaald door de variabele en vaste kosten van de werknemer te delen door het aantal door de werknemer verbruikte kWh. Tot die kosten kan ook een evenredig deel van de afschrijving van zonnepanelen behoren. Het prijsplafond voor energie kan de integrale kostprijs verlagen.
Zakelijke transactie
Als een werkgever en een werknemer afspraken maken over de doorlevering van energie onder zakelijke voorwaarden dan vindt deze transactie ook plaats buiten de loonsfeer. Bij deze zakelijke transactie kan de werknemer ook de door zonnepanelen opgewekte energie meeleveren.
Intermediaire kosten
Een vergoeding voor intermediaire kosten vormt geen loon, voor zover de vergoeding niet hoger is dan het bedrag van de werkelijke uitgaven die de werknemer heeft gemaakt. De wet geeft geen definitie van intermediaire kosten. Volgens de Staatssecretaris van Financiën zijn intermediaire kosten uitgaven die de werknemer niet voor zichzelf doet, maar (1) namens de werkgever en (2) voor diens rekening. Zie hiervoor het besluit van de Staatssecretaris van Financiën van 29 december 2014, Stcrt. 2014, 36871 (onderdeel 3.3.2).
Elektriciteitskosten die de werknemer betaalt aan zijn energiemaatschappij voor het opladen van de auto van de zaak zijn een voorbeeld van intermediaire kosten. De kosten van de auto zijn kosten van de werkgever.
Vergoeding kosten is geen loon
In de casus levert de werknemer als het ware elektriciteit door aan zijn werkgever. De vergoeding van deze kosten door de werkgever behoort niet tot het loon. De kosten bestaan uit de prijs die de werknemer verschuldigd is aan zijn energiemaatschappij voor de elektriciteit voor de auto van de zaak (kostprijs).
Voor zover de werknemer zelf – via eigen zonnepanelen – opgewekte energie meelevert, zijn alleen de daarmee gepaard gaande kosten te beschouwen als intermediaire kosten.
Kostprijs elektriciteit
De vraag is of de kostprijs alleen bestaat uit de extra kosten die de werknemer verschuldigd is aan de energiemaatschappij of dat moet worden uitgaan van de integrale kosten per kWh. Naar de mening van de kennisgroep moet worden uitgegaan van integrale kosten.
De uitgaven aan elektriciteit voor de auto van de zaak hangen voor de werknemer immers niet alleen af van de variabele kosten, maar ook van de vaste kosten. De prijs die de werknemer per kWh betaalt, wordt bepaald door zijn variabele en vaste kosten te delen door het aantal door hem verbruikte kWh.
De vermindering van de energiebelasting kan buiten beschouwing worden gelaten voor zover deze al wordt opgebruikt door het privégebruik van de stroom door de werknemer. Tot die kosten kan ook een evenredig deel van de afschrijving van zonnepanelen behoren, omdat afschrijvingen onderdeel uitmaken van de integrale kostprijs.
Integrale kostprijs
Bij de berekening van de integrale kostprijs moet ook rekening worden gehouden met het prijsplafond. Door toepassing van het prijsplafond kan de integrale kostprijs per kWh dalen en daardoor ook de vergoeding die de werkgever onbelast kan geven.
Als de werknemer voor het opladen van de auto van de zaak gebruik maakt van een openbare laadpaal bij zijn woning kan de werkgever de kosten die de werknemer betaalt voor dat opladen, onbelast vergoeden.
Zakelijke transactie ook buiten loonsfeer
Als een werkgever en een werknemer afspraken maken over de doorlevering van energie onder zakelijke voorwaarden dan vindt deze transactie ook plaats buiten de loonsfeer (zakelijke transactie). Bij deze zakelijke transactie kan de werknemer ook de door zonnepanelen opgewekte energie meeleveren. Ook in dat geval speelt de vergoeding zich af buiten de loonsfeer. Zie ook het besluit van de Staatssecretaris van Financiën van 6 september 2022, Stcrt. 2022, 24901 (onderdeel 5.3):
“Bij gebruik van zonnepanelen kan een werkgever een vergoeding geven die overeenkomt met het bedrag dat een energiemaatschappij in rekening zou brengen. Een dergelijke overeenkomst heeft geen gevolgen voor de vaststelling van het loon en daarmee de loonheffingen.”
Om de zakelijkheid van de afspraken te kunnen beoordelen, zal het tarief in combinatie met de duur van het contract marktconform moeten zijn. Daarbij moet worden gekeken naar de energiemarkt op het moment van het maken van de afspraken tussen partijen. Zie ook KG:204:2024:13.
Hogere vergoeding dan zakelijke transactie of intermediaire kosten
Bij twijfel ligt het op de weg van de inspecteur om aannemelijk te maken dat sprake is van een hogere vergoeding dan een vergoeding onder zakelijke voorwaarden of van een vergoeding van de intermediaire kosten.