Werkgevers moeten voldoen aan de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag. Daarnaast zijn er verplichtingen voor de wijze van betalen van het loon, het overleggen van de administratie ten aanzien van loonbetalingen en restricties op het gebied van inhoudingen op het loon.
Het wettelijk minimumloon en de wettelijke minimumvakantiebijslag gelden als minimumbeloning voor werk dat in Nederland in dienstbetrekking wordt verricht. De Nederlandse Arbeidsinspectie controleert of werkgevers zich hieraan houden en deelt boetes uit als werknemers worden onderbetaald.
Wettelijk minimumuurloon
Sinds 1 januari 2024 is de werkgever verplicht om werknemers per uur minimaal het wettelijk minimumuurloon te betalen. Er geldt altijd één vast minimumuurloon voor alle werknemers van 21 jaar en ouder. Voor werknemers onder de 21 jaar gelden vaste minimumjeugdlonen per uur.
Verbod op inhoudingen of verrekeningen
Het is sinds 1 januari 2017 verboden om inhoudingen of verrekeningen te doen die van het minimumloon afgaan. De werknemer moet minimaal het nettodeel van het minimumloon ontvangen op zijn bankrekening.
De werkgever is verplicht ten minste het bedrag van het minimumloon via de bank te betalen en om onkostenvergoedingen op de loonstrook te specificeren. Hierdoor kan de Inspectie beter controleren of het minimumloon daadwerkelijk wordt uitbetaald.
Uitzondering: onder voorwaarden mag de werkgever geld inhouden van het minimumloon om de huisvestingskosten of de zorgverzekeringspremie voor de werknemer te betalen.
Onderbetaling
Als een werkgever zijn werknemers onderbetaalt, krijgt hij per werknemer een bestuurlijke boete. De hoogte van de boete hangt af van de duur en het percentage van onderbetaling. Het laagste boetenormbedrag is € 500, het hoogste € 10.000.
Geen/te weinig vakantiebijslag
Betaalt een werkgever zijn werknemers geen vakantiebijslag of een vakantiebijslag die minder is dan 8 procent van het minimumloon, dan bedraagt het boetenormbedrag minimaal € 250 en maximaal € 2.000. De boetebedragen zijn afhankelijk van het percentage van de onderbetaling.
Dwangsom bij niet (op tijd) betalen
De werkgever wordt bij constatering van een onderbetaling van het loon en/of de vakantiebijslag door de inspecteur van de Nederlandse Arbeidsinspectie, schriftelijk op de hoogte gebracht. De werkgever moet binnen vier weken na dagtekening van deze brief het achterstallige loon en/of de achterstallige vakantiebijslag aan de werknemer(s) betalen.
Doet hij dat niet, dan kan de werkgever een dwangsom krijgen van maximaal € 500 per werknemer voor elke dag dat het achterstallige loon en/of de achterstallige vakantiebijslag niet is betaald. Het maximale bedrag dat een werkgever per werknemer aan dwangsom kan worden opgelegd, bedraagt € 40.000. Deze dwangsom vervangt niet de plicht tot nabetaling van het loon.
Niet-girale/contante betaling
Het is niet toegestaan om het minimumloon contant uit te betalen. Als een werkgever het minimumloon niet giraal uitbetaalt, krijgt hij per werknemer een bestuurlijke boete. De hoogte van de boete hangt af van de duur van de overtreding. Het laagste boetebedrag is € 500, het hoogste € 1.250.
Niet (tijdig) overleggen van gevorderde bescheiden
Als de Inspectie de werkgever vordert bescheiden over een bepaalde periode te overleggen, waaruit blijkt welk loon en vakantiebijslag is voldaan aan de werknemer(s) en hoeveel uren door hen is gewerkt, moet de werkgever deze bescheiden binnen de gestelde termijn aanleveren. Doet hij dat niet, dan kan de Inspectie een hoge boete van € 12.000 per werknemer opleggen.
Ernstige overtredingen
Bij ernstige overtredingen kan er in geval van herhaling van (soortgelijke) overtredingen tot preventieve stillegging van een onderneming worden overgegaan.
Ernstige overtredingen op grond van de Wml zijn:
- overtredingen door niet of niet tijdig overleggen van gevorderde bescheiden;
- 25 procent of meer onderbetaling van het minimumloon of vakantiebijslag bij meer dan 20 werknemers
- 50 procent of meer onderbetaling van het minimumloon of vakantiebijslag
Herhaling/recidive overtreding
Als sprake is van herhaling van een overtreding (recidive) kan er na een derde (soortgelijke) overtreding ook tot preventieve stillegging over worden gaan. Ook kan de boete worden verhoogd bij herhaling van een overtreding. Een preventieve stillegging kan door een daadwerkelijke stilleging worden gevolgd. Overtreding van deze stillegging wordt strafrechtelijk vervolgd.
Natuurlijke personen
In geval van een natuurlijk persoon wordt de boete verlaagd met 50 procent.
Voor meer informatie over de mogelijke hoogte van een boete raadpleeg de Beleidsregel bestuursrechtelijke handhaving Wml.