De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst op de d-grond. De werkneemster heeft recht op een transitievergoeding. Twistpunt is de hoogte van de transitievergoeding. Moet de werkgeversbijdrage levensloop en de bijdrage (bovenwettelijk) verlof worden meegerekend bij het bepalen van de hoogte van de transitievergoeding? Volgens de werkgever (een gemeente) niet, volgens de werkneemster wel. Wat zegt de rechter?
Werkneemster disfunctioneert
De gemeente heeft primair verzocht de arbeidsovereenkomst van de werkneemster wegens disfunctioneren te ontbinden.
De werknemer moet tijdig geïnformeerd worden over het feit dat hij volgens de werkgever disfunctioneert en de werknemer moet voldoende in de gelegenheid zijn gesteld om zijn functioneren te verbeteren. De wet bepaalt niet op welke wijze de werkgever de werknemer in de gelegenheid moet hebben gesteld zijn functioneren te verbeteren.
Tijdig geïnformeerd
Bezien tegen de achtergrond van dit toetsingskader is de kantonrechter van oordeel dat de werkneemster tijdig door de gemeente is geïnformeerd dat zij volgens de gemeente disfunctioneert.
In november 2019 is de werkneemster voor het eerst door de gemeente tijdens een functioneringsgesprek op haar functioneren aangesproken. De werkneemster heeft kenbaar gemaakt het daar niet mee eens te zijn. In de periode daarna is de werkneemster op verschillende momenten opnieuw op haar functioneren aangesproken, zoals in een gesprek op 8 februari 2021, in een e-mail van 22 april 2021 en tijdens een gesprek op 1 juni 2021.
Op verzoek van de werkneemster geeft haar leidinggevende in het gespreksverslag van 11 januari 2022 nog eens een uitgebreide toelichting (met verschillende concrete voorbeelden) waar het volgens de gemeente voor wat betreft het functioneren van de werkneemster aan schort, namelijk (i) communicatie, (ii) houding en gedrag en (iii) tijdigheid.
Serieuze en reële gelegenheid tot verbetering
Volgens de kantonrechter heeft de gemeente de werkneemster een serieuze en reële gelegenheid tot verbetering geboden. Eind januari 2022 heeft de gemeente een verbeterplan opgesteld voor de duur van zes maanden waarin verschillende doelstellingen en afspraken zijn opgenomen.
Verbetertraject kwam niet van de grond
Per e-mail van 10 mei 2022 is de werkneemster een laatste kans geboden constructief aan het verbetertraject mee te werken, maar deze kans heeft de werkneemster onbenut gelaten. De werkneemster heeft niet met een open vizier op haar eigen functioneren kunnen of willen reflecteren zonder daarbij continu ‘in de aanval’ te gaan en te wijzen op oorzaken die buiten zichzelf liggen. Onder deze omstandigheden acht de kantonrechter het begrijpelijk dat de gemeente na ongeveer drie maanden tot de conclusie kwam dat het verbetertraject niet van de grond kwam.
Ziekte niet van invloed van op functioneren
De ongeschiktheid van de werkneemster tot het verrichten van de bedongen arbeid is naar het oordeel van de kantonrechter niet het gevolg van ziekte of gebreken van de werkneemster. Toen er kritiek was op het functioneren van de werkneemster is zij weliswaar in verschillende perioden ziek geweest, maar onvoldoende gebleken is dat de ziekte van invloed is geweest op het functioneren. Ook in de perioden dat de werkneemster arbeidsgeschikt was, was er kritiek op haar functioneren.
Concluderend is de kantonrechter van oordeel dat sprake is van een redelijke grond als bedoeld in artikel 7:669 lid 3 sub d BW.
De arbeidsovereenkomst wordt met ingang van 1 juni 2023 ontbonden.
Hoogte transitievergoeding
Tussen partijen staat niet ter discussie dat de werkneemster recht heeft op een transitievergoeding. Partijen verschillen wel van mening over de hoogte van de transitievergoeding, in het bijzonder over de vraag of een werkgeversbijdrage levensloop moet worden meegerekend bij het bepalen van de hoogte van de transitievergoeding.
Individueel Keuzebudget (IKB)
Het bruto maandsalaris van de werkneemster is € 5.072,00 en daarnaast heeft zij recht op een Individueel Keuzebudget (IKB), bestaande uit 8% vakantietoeslag, 6,75% eindejaarsuitkering, 1,5% werkgeversbijdrage levensloop en 0,8% (bovenwettelijk) verlof.
Voor de berekening van de hoogte van de transitievergoeding rekent de gemeente – naast het maandelijkse brutoloon van € 5.072,00 – alleen de vakantietoeslag en eindejaarsuitkering mee, terwijl de werkneemster zich op het standpunt stelt dat ook de werkgeverbijdrage levensloop en de bijdrage (bovenwettelijk) verlof moeten worden meegenomen in de berekening.
Begrip ‘loon’
Het begrip ‘loon’ dat geldt voor de berekening van de transitievergoeding (art. 7:673 lid 2 BW) is op grond van art. 7:673 lid 10 BW nader uitgewerkt in het Besluit loonbegrip vergoeding aanzegtermijn en transitievergoeding. Aan het Besluit is nader uitvoering gegeven in de Regeling looncomponenten en arbeidsduur.
Bruto uurloon x overeengekomen arbeidsduur per maand
Uit artikel 2 Besluit volgt dat onder loon wordt verstaan het bruto uurloon vermenigvuldigd met de overeengekomen arbeidsduur per maand. In artikel 3 lid 1 Besluit wordt het loonbegrip vervolgens uitgebreid. Het loon, bedoeld in artikel 2, wordt voor de dat geldt voor de berekening van de transitievergoeding vermeerderd met:
- de vakantiebijslag en de vaste eindejaarsuitkering waar de werknemer binnen twaalf maanden aanspraak op zou hebben bij voortzetting van de arbeidsovereenkomst, gedeeld door twaalf;
- de overeengekomen vaste looncomponenten verschuldigd in de twaalf maanden voorafgaand aan het moment waarop de arbeidsovereenkomst eindigt, gedeeld door twaalf;
- de overeengekomen variabele looncomponenten verschuldigd in de drie kalenderjaren voorafgaande aan het jaar waarin de arbeidsovereenkomst eindigt, gedeeld door zesendertig.
Vaste looncomponenten
In artikel 4 van de Regeling is vervolgens limitatief geregeld wat vaste looncomponenten zijn: overwerkvergoeding en ploegentoeslag.
Variabele looncomponenten
In artikel 5 van de Regeling zijn bonussen, winstuitkeringen en eindejaarsuitkeringen als variabele looncomponenten aangewezen. Zoals uit de toelichting bij de Regeling (Stcrt. 2014, 36823) blijkt, worden looncomponenten die niet in de Regeling zijn aangewezen niet meegenomen in de berekening van de hoogte van de transitievergoeding.
Niet aangewezen, dus telt niet mee
De werkgeverbijdrage levensloop en de bijdrage (bovenwettelijk) verlof zijn niet in de regeling als (vaste of variabele) looncomponenten aangewezen en tellen dus niet mee. Kortom, alleen de vakantietoeslag en eindejaarsuitkering dienen te worden meegenomen bij de berekening van de hoogte van de transitievergoeding.
Ruim € 11.000 transitievergoeding
Uitgaande van een bruto maandloon van € 5.072, 8% vakantietoeslag, 6,75% eindejaarsuitkering en ontbinding van de arbeidsovereenkomst per 1 juni 2023 bedraagt de transitievergoeding € 11.160,55 bruto. De gemeente wordt veroordeeld tot betaling van dit bedrag.
Uitspraak Rechtbank Rotterdam, 20 april 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:4859