De arbeidskorting verlaagt de inkomstenbelasting voor mensen die werken.
Door een verhoging van de arbeidskorting gaat werken meer lonen voor mensen met een inkomen tot € 115.000 per jaar. Ook zorgt de verhoging aar maximaal € 500 netto per jaar ervoor dat meer werken aantrekkelijker wordt voor mensen met een inkomen tussen de € 11.000 en € 37.000. Door de hogere arbeidskorting houden zij meer over van het extra inkomen als zij meer uren gaan werken.
De verhoging van de arbeidskorting is een van de maatregelen om de inkomens van ondernemers, zelfstandigen en werknemers gelijker te belasten.
De arbeidskorting wordt vanaf 1 januari 2023 elk jaar verhoogd voor werkenden en ondernemers die inkomstenbelasting betalen. Het kabinet trekt hier jaarlijks € 500 miljoen voor uit. Het kabinet heeft van 2019 tot en met 2022 de arbeidskorting stapsgewijs verhoogd. En wil de arbeidskorting nu extra verhogen.
Arbeidskorting: bedrag grens 1, in 2022: € 470, in 2023: € 884
Arbeidskorting: bedrag grens 2, in 2022: € 3.887, in 2023: € 4.605
Arbeidskorting: bedrag grens 3, in 2022: € 4.260, in 2023: € 5.052
Arbeidskorting: bedrag grens 4, in 2022: € 0, in 2023: € 0
Arbeidskorting: afbouwpunt*, in 2022: € 36.649, in 2023: € 37.626
Arbeidskorting: afbouwpercentage, in 2022: 5,86%, in 2023: 6,51%
*Het afbouwpunt van de arbeidskorting is gekoppeld aan het WML en is pas definitief na vaststelling van het WML in november 2022.
Rekenvoorbeelden verhoging arbeidskorting
Wouter heeft een inkomen van € 23.000. De hogere arbeidskorting levert hem in 2023 € 472 op.
Amir heeft een inkomen van € 37.000. De hogere arbeidskorting levert hem in 2023 € 521 op.
Marlijn heeft een inkomen van € 70.000. De hogere arbeidskorting levert haar in 2023 € 313 op.
De hoogte van de arbeidskorting hangt af van de leeftijd en de hoogte van het arbeidsinkomen.
Stand van zaken wetsvoorstel
Dit voorstel is onderdeel van het Belastingplan 2023. Als de Tweede en Eerste Kamer dit voorstel goedkeuren, gaat het vanaf 1 januari 2023 in.