Dat laat minister Kaag van Financiën weten in een Kamerbrief over het begrotingsproces.
Prinsjesdag is op dit moment het herkenbare moment waarop de Rijksbegroting voor volgend jaar wordt ingediend. De Troonrede en de traditie van het ‘koffertje’ geven hieraan herkenbare en zichtbare aandacht. Daarnaast is er in de huidige situatie in het begin van het jaar voorbereidingstijd voor een nieuw pakket Belastingplan.
Huidig begrotingsproces
Het huidige begrotingsproces kenmerkt zich door een periode van meerdere maanden tussen de besluitvorming over de uitgaven in het voorjaar en het aanbieden van de Miljoenennota en ontwerpbegrotingen aan het parlement. Dit komt omdat eerst de ontwerpbegroting en de augustusbesluitvorming worden afgerond voordat de behandeling in het parlement plaatsvindt. Doordat de uitkomsten van het hoofdbesluitvormingsmoment op Prinsjesdag worden gedeeld, heeft het parlement circa drie maanden voor de parlementaire behandeling van de begrotingswetsvoorstellen.
Krap proces
Deze parlementaire behandeling van de Rijksbegroting en het pakket Belastingplan in het najaar wordt ervaren als een krap proces. Het kabinet acht het daarom passend om al in het voorjaar de informatie te delen over de voorgenomen beleidswijzigingen, waardoor de Tweede Kamer meer tijd krijgt om de voorstellen te beoordelen. In elk van de drie uitgewerkte varianten is voorzien dat het parlement conform het advies van de Raad van State tijdiger ‘aan de bal’ komt.
Brief in voorjaar
Het kabinet wil de Tweede Kamer in het voorjaar informeren over de hoofdlijnen van de begroting van het volgende jaar. Hierbij past dat het kabinet in het voorjaar ook een brief stuurt met een toelichting op de voorlopige inhoud van het pakket Belastingplan en de planning van fiscale wetgeving. Op die manier krijgt de Tweede Kamer meer tijd in het vormen van een standpunt over de invulling van de voorgenomen fiscale wetgeving.
Meerjarige Voorjaarsnota
In variant 1 (voorkeursvariant kabinet) komt er in het voorjaar één hoofdbesluitvormingsmoment van het kabinet over zowel de uitgaven- als lastenkant. De besluitvorming over het volgende jaar (t+1) en de jaren daarna wordt gepubliceerd in de Voorjaarsnota, in plaats van alleen de gevolgen voor het lopende jaar. Hierdoor heeft de Tweede en de Eerste Kamer meer tijd om te studeren op de voorstellen. Tegelijkertijd blijft hiermee de continuïteit bewaard van het huidige begrotingsproces. Dit betekent dat er in augustus nog een update plaatsvindt van de besluitvorming van het kabinet voor de koopkracht op basis van de macro-economische cijfer.
Definitieve voorstellen op Prinsjesdag
De definitieve voorstellen voor de Rijksbegroting worden ingediend met de Miljoenennota op Prinsjesdag. De Algemene Politieke Beschouwingen (APB) en Algemene Financiële Beschouwingen (AFB) volgen zoals nu het geval is daarna.
Vormgeving pakket Belastingplan
Het kabinet stelt bij deze voorkeursvariant ook voor om de inhoud van het pakket Belastingplan eerder bekend te maken via een brief in het voorjaar (basisvariant B1). Dit biedt het parlement meer tijd om zich te beraden op de voorgenomen wetswijzigingen.
Mogelijke voordelen
- Deze variant is eenvoudig en goed uitvoerbaar.
- Betrekt de Staten-Generaal eerder bij de besluitvorming.
- De koppeling van Prinsjesdag, de Miljoenennota en de ontwerpbegrotingen blijft bestaan.
- Een hoofdbesluitvormingsmoment in het voorjaar maakt het mogelijk om in meer integrale samenhang te besluiten over de uitgaven en de lasten.
- In combinatie met B1 of B2 kan er meer spreiding zijn van (fiscale) wetgeving met meer tijd voor zorgvuldige toetsing.
Door in augustus nog de mogelijkheid te bieden van besluitvorming over de lastenverdeling (waaronder koopkrachtronde) sluiten de effecten aan bij de meest actuele economische cijfers.
Mogelijke nadelen
- Er wordt minder nieuws bekendgemaakt op Prinsjesdag.
- Karakter troonrede verandert, aangezien al een eerste debat is geweest over de beleidsvoornemens.
De andere twee varianten:
- V2: Voorjaarsnota krijgt karakter huidige Miljoenennota.
- V3: Het volledige begrotingsproces vervroegen naar het voorjaar.
Inhoud pakket Belastingplan eerder gedeeld
In variant B1: Inhoud pakket Belastingplan wordt eerder gedeeld (voorkeursvariant kabinet) stuurt het kabinet in het voorjaar een brief met daarin de fiscale voornemens voor het pakket Belastingplan (variant B1) en de planning voor andere fiscale wetgeving. Dit maakt het voor het parlement mogelijk om het debat te voeren over de voorgenomen fiscale wetgeving en biedt ook tijd om de wetgeving verder uit te werken voordat het pakket Belastingplan daadwerkelijk in september wordt ingediend. Ook zijn eventuele wensen vanuit het parlement dan in een eerder stadium kenbaar, zodat hier meer rekening mee gehouden kan worden voordat het pakket Belastingplan wordt ingediend. Overigens streeft het kabinet er naar wetgeving zoveel als mogelijk gespreid in te dienen.
Mogelijke voordelen
- Biedt meer gelegenheid voor het parlement om de beleidsvoornemens in het pakket Belastingplan te beoordelen.
- Komt tegemoet aan de wensen van beide Kamers en adviesorganen zoals de Raad van State om het parlement meer gelegenheid te bieden hun parlementaire rol te vervullen.
Mogelijke nadelen
Aandachtspunt is de hogere piekbelasting tussen het voorjaar en Prinsjesdag indien er tussentijds meer vragen en wensen tot beleidswijziging volgen. Ook zal in het voorjaar de impact voor de uitvoering nog maar beperkt beschikbaar zijn.
Alleen parameters
Variant B2: pakket Belastingplan wordt een enkel wetsvoorstel met alleen parameters.
Deze variant heeft alleen betrekking op het fiscale deel van de Miljoenennota – het wetsvoorstel pakket Belastingplan – en kan worden doorgevoerd los van de andere varianten.
De indiening van wetsvoorstel het Belastingplan blijft in deze variant op de derde dinsdag van september (Prinsjesdag). Deze datum wordt gehandhaafd omdat zo rekening kan worden gehouden met de laatste ontwikkelingen op bijvoorbeeld het gebied van koopkracht.
Verbetering huidig begrotingsproces
Het kabinet geeft dus de voorkeur aan variant 1 en is van mening dat het in het voorjaar openbaar maken van de voorgenomen besluitvorming via een meerjarige Voorjaarsnota (V1) en een brief over het pakket Belastingplan (B1) leidt tot een verbetering van het huidige begrotingsproces. Daarbij blijft tegelijkertijd de continuïteit van het huidige begrotingsproces zoveel mogelijk gewaarborgd. Minister Kaag gaat hierover graag met de Tweede Kamer het gesprek aan.
Een meerjarige Voorjaarsnota zorgt ervoor dat het parlement eerder wordt betrokken bij de besluitvorming. Tegelijkertijd is er in deze variant voldoende tijd om ook te werken aan de ontwerpbegrotingen, blijft de mogelijkheid bestaan om op basis van de meest actuele economische cijfers nog een koopkrachtronde te doen en wordt het karakter van Prinsjesdag gewaarborgd.