Tot aan de coronacrisis leek de doelstelling om deze kabinetsperiode 200.000 extra forenzen op de fiets te krijgen goed haalbaar en was het aantal fietsforenzen al met 135.000 gestegen. Sinds de coronacrisis is (naast meer lopen) er meer gebruik gemaakt van de fiets. Ook de verkopen van e-bikes zijn toegenomen.
Meer (e-)fietsgebruik
Uit onderzoek van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) blijkt dat het relatieve aandeel fiets hoger ligt dan voor de coronacrisis. Dit komt onder meer door een stijging in e-fietsgebruik:
De coronacrisis in 2020 heeft gezorgd voor een aanzienlijke verandering in de mobiliteit. In een enquête onder ruim 2.000 Nederlanders heeft het KiM de eerste effecten omstreeks eind maart en begin april onderzocht. Vervolgens heeft het KiM de effecten beschreven van de coronacrisis op mobiliteitsgedrag en mobiliteitsbeleving eind juni en begin juli aan de hand van een tweede enquête onder dezelfde Nederlanders.
Reisgedrag
“Het aantal verplaatsingen en de totale afgelegde afstand zijn weer toegenomen sinds het begin van de coronacrisis, maar liggen nog steeds lager dan voorheen. Momenteel worden er 29% minder reizen gemaakt dan vóór de coronacrisis, waarbij 37% minder afstand wordt afgelegd. Het aandeel fiets ligt hoger dan voor de coronacrisis, dit komt onder andere door een stijging in e-fietsgebruik;
Van de reizigers die nu minder met de trein reizen gebruikt 46% vaker de auto en 14% vaker de fiets ter vervanging van de treinreis.
Ook nadat de coronamaatregelen zijn opgeheven verwacht een deel van de mensen nog gebruik te maken van een alternatieve vervoerwijze. Van de mensen die nu vaker de fiets gebruiken ter vervanging van het OV, verwacht 52% dit na de coronacrisis ook nog vaker te doen.
Momenteel verwacht ongeveer 28% minder gebruik te gaan maken van het OV na de coronacrisis dan zij vóór de coronacrisis deden, tegenover 8% die een toename verwacht. 26% denkt vaker te gaan fietsen en 23% denkt vaker te gaan lopen, terwijl respectievelijk slechts 4% en 3% verwachten dit minder vaak te gaan doen.”
De staatssecretaris zet in op het vasthouden van deze gedragsverandering en het stimuleren van het gebruik van de fiets en lopen.
Samen met de regionale werkgeversnetwerken blijft Van Veldhoven inzetten op het stimuleren van de fiets in het woon-werkverkeer bij bedrijven waar medewerkers niet thuis kunnen werken, zoals bij ziekenhuizen en de politie, door met werkgevers hierover afspraken te maken.
Fietsmissie
Zo zet de staatssecretaris met de ‘Fietsmissie’ werkgevers via verschillende (online) kanalen aan om het hun medewerkers nog eenvoudiger te maken met de fiets naar het werk te komen. Ook is vanuit het Rijk een netwerk van fietsambassadeurs opgezet.
Inmiddels stimuleren 17 fietsambassadeurs hun werknemers om meer te fietsen naar hun werk en deze ambassadeurs inspireren ook andere werkgevers in hun regio en/of branchegenoten om hun voorbeeld te volgen.
Kamerbrief voortgang duurzame mobiliteit
Nieuwe inzichten mobiliteit en coronacrisis