De kennismigrantenregeling werkt erg goed voor de meeste Nederlandse bedrijven. Jonge, innovatieve bedrijven kunnen deze regeling vaak juist niet gebruiken voor het aantrekken van internationaal talent. Zij kunnen in de opstartfase van het bedrijf nog niet het kennismigrantensalaris te betalen. Zij belonen hun medewerkers met een (relatief laag) basissalaris. Daarnaast krijgen deze medewerkers van hun werkgever een aandeel in het bedrijf via medewerkersparticipatie.
Deze medewerkers zijn dus in loondienst, maar delen ook in het nemen van de risico’s en kansen met de ondernemers van de start-up. Voor die medewerkers bestaat nu geen verblijfsregeling. Zij kunnen niet via de kennismigrantenregeling worden aangenomen, maar hebben ook niet voldoende aandeel in het bedrijf om in aanmerking te komen voor de start-up verblijfsvergunning.
Het kabinet is daarom van plan een verblijfsregeling voor dergelijk essentieel personeel van start-ups te creëren in de vorm van een pilot. Deze pilot zal een looptijd van drie jaar kennen en tussentijds worden geëvalueerd.
Voor wie?
De regeling is bedoeld voor jonge, innovatieve bedrijven voor wie het niet kunnen inzetten van beschikbaar talent van buiten de EU een belemmering vormt voor verdere groei. Zowel Nederlandse start-ups als buitenlandse start-ups die zich in Nederland vestigen kunnen gebruik maken van de regeling.
De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) zal alle startups, die gebruik willen maken van de regeling, aan de hand van een toetsingskader beoordelen.
Voorwaarden
Uit de draagkracht van de onderneming moet blijken dat de start-up nog geen kennismigrantensalarissen kan betalen. Daarvoor zal onder meer -gekeken worden naar de hoogte van de salarissen van de huidige medewerkers van de start-up en of nog geen investeringen zijn opgehaald die het mogelijk maken om wel hogere salarissen te betalen.
Daarnaast mag de start-up uit niet meer dan 15 personeelsleden bestaan.
Start-ups kunnen ook maximaal vijf internationale medewerkers via deze regeling aannemen.
Aanvragers moeten voldoen aan het verlaagd salariscriterium dat geldt voor kennismigranten die vanuit het ‘zoekjaar hoogopgeleiden’ een baan als kennismigrant vinden. Momenteel is dit salariscriterium 2.364 euro (bruto per maand, zonder vakantiegeld).
Naast dit salaris, moet de werkgever aan kunnen tonen dat de medewerker een medewerkersparticipatie, bijvoorbeeld aandelenopties, certificaten van aandelen of stemrechtloze aandelen, in het bedrijf heeft. Deze beloningsconstructies moeten aantoonbaar juridisch zijn vastgelegd. Parallel aan de kennismigrantenregeling zal er geen opleidingsvereiste aan de medewerker worden gesteld.
Kamerbrief over verblijfsregeling essentieel personeel start-ups