Het aantal mensen dat geen vakantiegeld krijgt, is flink hoger dan vorig jaar: toen kreeg 8 procent geen vakantiegeld. Een stevige verdubbeling dus, aldus CNV-voorzitter Piet Fortuin.
‘Dit zijn schokkende cijfers. Het betekent dat 1,7 miljoen werkenden geen vakantiegeld krijgen. Terwijl vakantiegeld een recht is. Het kan niet zomaar worden ingehouden door de werkgever.’
Uitschieters
Vooral werkenden in sectoren die te lijden hebben onder de crisis, kunnen fluiten naar hun vakantiegeld. Uitschieter is de evenementensector: daar krijgt 70 procent geen vakantiegeld. Ook in de horeca/toerismesector (25 procent), ICT (21 procent) en retail (19 procent) krijgt de werknemer vaak geen vakantiegeld.
Zwaar weer
Fortuin: ‘We begrijpen dat veel ondernemers in zwaar weer verkeren. Tegelijkertijd is de steun die veel ondernemers krijgen vanuit de overheid royaal. Die is juist bedoeld voor het doorbetalen van de salarissen, waar het vakantiegeld onderdeel van is.’
(Geen) begrip
Ruim 1 op de 3 ondervraagden (35 procent) heeft begrip voor ondernemers die geen vakantiegeld uitkeren, tegenover 48 procent die dat niet heeft. Een kwart is bereid om een deel van het vakantiegeld in te leveren als dat nodig is.
Minder WW
Het CNV roept werkenden op om niet zomaar akkoord te gaan met het inleveren van vakantiegeld.
‘Vakantiegeld inleveren betekent uiteindelijk ook minder WW bij ontslag. In de sectoren waar men geen vakantiegeld krijgt, dreigen juist veel mensen ontslagen te worden. Tot twee jaar na je ontslag kan dit je fors minder inkomsten opleveren. Ga dus niet zomaar akkoord met dit loonoffer. Maar check of je werkgever het vakantiegeld later kan uitkeren of in termijnen kan uitbetalen.’
Feiten en fabels
Mark Bloem, directeur bij SD Worx Nederland, deelt twee fabels en twee feiten over het vakantiegeld.
Feit: 8 procent over brutoloon
De meest voorkomende regeling voor berekening van vakantiegeld, is een opbouw van 8 procent over het brutoloon voor elke maand die de werknemer werkt gedurende het ‘vakantiegeld jaar’. Je reserveert dus eigenlijk maandelijks een bedrag aan vakantiegeld en deze reservering wordt vervolgens in de maand mei uitbetaald. Vaak komt de vakantiegeldreservering op de loonstrook tet staan, zodat de werknemer door het jaar heen kan bijhouden wat hij al aan vakantiegeld heeft opgebouwd.
Het precieze verloop van het ‘vakantiegeldjaar’ is afhankelijk van de cao of bedrijfsregeling die voor de organisatie van toepassing is. Meestal loopt zo’n jaar van juni vorig jaar tot en met mei van het lopende jaar, maar het komt ook voor dat het jaar loopt van januari tot en met december van het lopende jaar. In het laatste geval krijg je dan in mei feitelijk het vakantiegeld 7 maanden vooruitbetaald.
Fabel: vakantiegeld zomaar uitstellen
De werkgever mag de betaling van het vakantiegeld niet zomaar uitstellen. Schriftelijk een ander moment van uitbetaling afspreken mag wel. Dat kan bijvoorbeeld handig zijn als de werkgever (tijdelijke) betalingsproblemen heeft. Duidelijke afspraken maken dus over wanneer het vakantiegeld dan wel overgemaakt wordt.
Werkgevers zijn wettelijk verplicht om vakantiegeld uit te betalen en mogen het niet zomaar in het loon ‘verstoppen’. Mei is alleen niet de enige maand waarin de werkgever het bedrag mag uitkeren. Het mag bijvoorbeeld ook in de maand juni, of het mag in termijnen worden uitbetaald. Zolang het totale bedrag maar binnen de afgesproken termijn op de rekening staat.
Feit: ook vakantiegeld bij ziekte
Het vakantiegeld wordt berekend over het brutoloon. Als iemand in loondienst werkt, betaalt de werkgever het salaris door als de werknemer ziek is vanwege de loondoorbetalingsplicht van twee jaar. Ook in dat geval blijft de werknemer dus vakantiegeld opbouwen over jouw salaris.
Bij langdurige ziekte kan de werknemer maar 70 procent van het brutosalaris krijgen uitbetaald. Daarmee wijzigt het brutosalaris. Dat heeft effect op het totale bedrag aan vakantiegeld. Dan ontvangt de werknemer dus ook alleen over die 70 procent van het salaris vakantiegeld.
Fabel: voor overwerk geen vakantiegeld
De hoogte van het vakantiegeld wordt berekend over het loon dat de werknemer heeft verdiend in het afgelopen jaar. Andere betalingen, zoals winstuitkering en eindejaarsuitkering, tellen niet mee voor de berekening van jouw vakantiegeld. Maar wat gebeurt er wanneer iemand regelmatig overwerkt en die uren ook krijgt uitbetaald?
Sinds 2018 moeten werkgevers voor overwerk ook gemiddeld het minimumloon betalen. Dit betekent dat zij dus vakantiegeld over deze extra uren moet betalen. Het vakantiegeld wordt berekend over de volle waarde van de overuren, en dus ook over de eventuele overwerktoeslag.