De staatssecretaris van Fiscaliteit stuurt het rapport ‘Onderzoek Digitalisering BPM aangifte’ van de Dienst Wegverkeer (RDW) en de Belastingdienst naar de Tweede Kamer en gaat in op de uitkomsten van het onderzoek en de verwachte effecten van het beleid. Het digitale portaal kan op zijn vroegst in de tweede helft van 2026 operationeel zijn, aldus de staatssecretaris.
Digitaal portaal
De uitkomsten van het onderzoek zijn positief. De RDW en de Belastingdienst zijn gezamenlijk in staat om een digitaal portaal in te richten waarin zowel de aanvraag voor de inschrijving van een motorrijtuig in het kentekenregister als de aangifte en betaling voor de verschuldigde bpm wordt gedaan. Er worden vooralsnog twee fases onderscheiden.
Twee fasen
In de eerste fase staat de integratie van het bpm-aangifteformulier centraal in het al aanwezige proces voor aanvraag van de inschrijving van een motorrijtuig. In fase 2 wordt het taxatierapport verder gedigitaliseerd.
De voorgenomen digitalisering van de bpm-aangifte kent al na realisatie van fase 1 al een aantal belangrijke voordelen. Zo zal hiermee worden bijgedragen aan een verbeterde en efficiëntere dienstverlening aan de burger en ondernemer.
Minder administratieve lasten
Met het digitaliseren van de bpm-aangifte en het integreren met de aanvraag van de inschrijving van een motorrijtuig worden de administratieve lasten verminderd en het afronden van het proces tot inschrijving van een motorrijtuig in het kentekenregister versneld. De belastingplichtige kan de aangifte voor de bpm immers digitaal aanleveren in plaats van op papier via de post.
Ook kan de belastingplichtige ermee volstaan om de gegevens één keer aan te leveren in het gezamenlijke portaal in plaats van deze tweemaal separaat aan te leveren bij zowel de RDW als de Belastingdienst.
Veiligere communicatie
Met de digitalisering wordt invulling gegeven aan een langgekoesterde wens in de autobranche. Ook wordt met de realisatie van fase 1 bijgedragen aan een veiligere communicatie door de Belastingdienst met de belastingplichtige.
De belastingplichtige kan bijvoorbeeld de betaling van de verschuldigde bpm aan de Belastingdienst voldoen met behulp van kenmerken die binnen de beveiligde omgeving van het portaal beschikbaar worden gesteld. Die mogelijkheid kent de bpm op dit moment niet.
Uitval voorkomen in aangifteproces
Integratie van de bpm-aangifte in de aanvraag voor de inschrijving van een motorrijtuig draagt ook bij aan het voorkomen van uitval in het aangifteproces van de Belastingdienst. Bij realisatie van fase 1 voorziet het portaal er namelijk in dat een verzoek om inschrijving in het kentekenregister bij de RDW automatisch aan de vóórkant is gekoppeld met de aangifte voor de bpm bij de Belastingdienst.
Op dit moment is het verzoek om inschrijving in het kentekenregister bij de RDW technisch en fysiek gescheiden van de aangifte voor de bpm bij de Belastingdienst. Beide verzoeken moeten door de uitvoeringsorganisaties aan de achterkant van het proces met elkaar worden gematcht. Fouten in de registratie daarbij kunnen leiden tot uitval die handmatig moet worden opgelost.
Geen gevolgen voor verdeling bevoegdheden
Met de invoering van een gezamenlijk portaal kan dit probleem zich niet meer voordoen. Het gezamenlijke portaal heeft geen gevolgen voor de verdeling van de bevoegdheden tussen de RDW en de Belastingdienst. De RDW blijft gegevens verwerken in het kentekenregister en de Belastingdienst blijft verantwoordelijk voor het heffen en innen van de bpm.
Zelfde voertuigbeeld
Een gezamenlijk portaal zorgt ervoor dat de RDW en de Belastingdienst hetzelfde voertuigbeeld hebben. Hiermee wordt het onmogelijk om voor eenzelfde motorrijtuig bij de RDW foto’s in te dienen zonder enige schade en bij de Belastingdienst juist foto’s met ernstige schade.
Het aanleveren van verschillende voertuigbeelden is vanzelfsprekend niet toegestaan, het voorkomen ervan gaat op dit moment echter niet automatisch. Inspanningen zijn nodig om te voorkomen dat motorrijtuigen zonder nader onderzoek door de RDW worden ingeschreven (verkeersveiligheid), terwijl de Belastingdienst toestaat dat de bpm wordt verminderd op basis van schade (fiscaliteit).
Met het gezamenlijke portaal worden deze elkaar versterkende processen beter met elkaar verbonden. Realisatie van fase 2 is echter wel noodzakelijk om met name de Belastingdienst in de gelegenheid te stellen om hier op een effectieve manier gebruik van te kunnen maken.
Uitvoeringstoets
De Belastingdienst en de RDW wordt nog verzocht om een Uitvoeringstoets uit te voeren naar aanleiding van de regelgeving die ten behoeve van de digitalisering van de bpm-aangifte wordt voorbereid. Deze uitvoeringstoetsen zullen inzicht verschaffen over het tijdpad waarbinnen de digitalisering van de bpmaangifte realiseerbaar is.
Op z’n vroegst tweede helft 2026
Duidelijk is al wel dat na definitieve besluitvorming en oplevering van het nieuwe RDW Erkenningenstelsel in juli 2025, beide organisaties zeker een jaar nodig hebben voor de ontwikkeling en implementatie. Daarmee zal het digitale portaal op zijn vroegst in de tweede helft van 2026 operationeel kunnen zijn.
Kamerbrief bij eindrapport over de digitalisering van de aangifte voor de bpm