Minister Van Gennip van SZW informeert de Tweede Kamer over het onderzoek of de koopkracht kan worden vergroot door de kinderbijslag te verhogen.
Het verhogen van de kinderbijslag werd tijdens het debat op 12 juli 2022 als een optie genoemd om de koopkracht te verbeteren van huishoudens die moeilijk rondkomen door stijgende prijzen van energie en boodschappen.
Geen passend instrument
In het debat heeft de minister aangegeven dat dit geen passend instrument is om gericht lage en middeninkomens te ondersteunen. De kinderbijslag bereikt alle ouders, dus ook ouders met een hoger inkomen voor wie de hogere (energie)prijzen niet direct leiden tot problemen. Ook geldt een verhoging in elk geval voor meerdere kwartalen, omdat een wetswijziging nodig is om het bedrag weer te verlagen (normaal duurt een wetstraject minimaal 18 maanden).
Niet uitvoerbaar
Daarnaast heeft Van Gennip met de Tweede Kamer gedeeld dat het voor de uitvoering niet mogelijk is om de kinderbijslag op korte termijn, en tijdelijk, te verhogen. Samen met de Sociale Verzekeringsbank (SVB) heeft zij er nogmaals naar gekeken. De conclusie is dat een verhoging van de kinderbijslag in 2022 niet uitvoerbaar is. Vanwege de kwartaalsystematiek van de kinderbijslag moeten wijzigingen voor 1 juli zijn verwerkt om nog in 2022 tot uitbetaling te kunnen komen.
Structurele verbetering laagste inkomens
Het kabinet heeft in de augustusbesluitvorming gekeken naar mogelijkheden om de inkomenspositie van kwetsbare huishoudens en middeninkomens structureel te verbeteren. Hierbij neemt het kabinet het advies van het CPB ter harte om te kijken naar structurele inkomensverbetering voor de huishoudens met de laagste inkomens om zo hun weerbaarheid tegen economische schokken te verbeteren.
De Tweede Kamer wordt met Prinsjesdag geïnformeerd over de beleidsvoornemens voor 2023.