Uit de rapportage cao-afspraken over 2018 blijkt dat Nederland in dat jaar 651 reguliere cao’s kende, waaronder 176 bedrijfstak-cao’s. In totaal vielen in dat jaar 5.133.700 werknemers onder een cao, waarvan 824.700 via een avv (algemeen verbindend voorschrift). De minister verwacht dat het beeld over het jaar 2019 hiervan niet veel zal afwijken. De meeste werknemers vallen dus onder een cao.
Wat betreft de Picnic-uitspraak staat de mogelijkheid van hoger beroep nog open.
De minister is niet bang dat er, vanwege het feit dat een bedrijf niet onder een cao valt en de rest van de branche wel, een race naar de bodem ontstaat wat betreft de arbeidsvoorwaarden voor werknemers in de supermarktbranche.
Koolmees geeft verder aan dat het niet zijn rol als minister is om mediator te zijn het cao-conflict tussen de vakbeweging en Picnic.
Geen goede zaak
De bewindsman vindt het geen goede zaak als bedrijven puur en alleen om de loonkosten te drukken zichzelf opknippen om de verplichte toepassing van een cao te ontwijken. Koolmees vindt het sowieso geen goede zaak als bedrijven gebruik maken van allerlei juridische constructies om onder verplichtingen op het gebied van het arbeidsrecht uit te komen.
Bedrijfstak-cao
Verdeling van activiteiten over verschillende bv’s komt voor. Daar kunnen allerlei op zichzelf legitieme redenen aan ten grondslag liggen. Gevolg kán zijn dat de individuele bv’s niet meer, of niet meer allemaal onder een bedrijfstak-cao vallen. Dat hangt af van de werkingssfeer van een cao en of de betreffende bv’s wel of niet onder die werkingssfeer vallen.
Het alleen opknippen van een bedrijf om zodoende de toepassing van een bedrijfstak-cao te voorkomen vindt de minister niet goed. Op die manier kan sprake zijn van oneigenlijke neerwaartse concurrentie op arbeidsvoorwaarden en dat probeert de minister nu juist te voorkomen door het algemeen verbindend verklaren van bedrijfstak-cao’s.
Werkingssfeer
Het formuleren van de werkingssfeer van een cao is een zaak van de werkgevers- en werknemersorganisaties die gezamenlijk de cao afsluiten. Het is uiteindelijk aan hen om de werkingssfeer zo te formuleren dat bedrijven uit de bedrijfstak waar de cao op ziet, ook onder die werkingssfeer vallen.
Er bestaat altijd een risico dat er bedrijven zijn die via constructies proberen zich aan de verplichtingen te onttrekken die zijn vastgelegd in een bedrijfstak-cao. Het beleid van de minister is erop gericht om dit zo veel als mogelijk te voorkomen.
Sociale partners kunnen zelf het beste beoordelen wat voor soort werkzaamheden in een bepaalde bedrijfstak thuishoren. Zij kunnen voor die bedrijfstak een cao afsluiten die al die werkzaamheden omvat.
Naleven
Met het instrument avv kan Koolmees er vervolgens voor zorgen dat alle werkgevers in die bedrijfstak de arbeidsvoorwaarden moeten naleven. Als cao-partijen gegronde vermoedens hebben dat een werkgever deze cao-bepalingen niet naleeft, kunnen zij de Inspectie SZW verzoeken om daarnaar een onderzoek in te stellen.
Beantwoording Kamervragen over supermarkt-cao