De SER ging op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken op onderzoek. De Verkenning Diversiteit Arbeidsrelaties en Arbeidsomstandigheden verscheen op 13 december 2019.
In de Arbowet en Arbeidstijdenwet staat dat veiligheidsmaatregelen zoals beschermende kleding of toegang tot een bedrijfsarts voor alle werkenden gelden, ongeacht de vorm van het arbeidscontract. De praktijk is vaak anders.
Het type arbeidsrelatie is van invloed op de arbeidsomstandigheden. Flexwerkers (uitzendkrachten, oproep- en invalkrachten) doen vaker gevaarlijk of fysiek zwaar werk dan werknemers in vaste dienst. Maar vaste werknemers hebben vaker veel en emotioneel zwaar werk.
Wat feiten uit het onderzoek:
- Flexwerkers geven aan minder toegang te hebben tot de bedrijfsarts.
- Flexwerkers werken vaker met gevaarlijke stoffen.
- Meer dan de helft van de uitzend-, oproep en invalkrachten zegt regelmatig fysiek zwaar werk te doen.
- Uitzendkrachten en oproep- en invalkrachten zeggen vaker gevaarlijk werk te doen. Zij zijn ook vaker slachtoffer van een arbeidsongeval.
- Vaste werknemers hebben vaker te maken met veel werk en emotioneel zwaar werk.
Aanbevelingen
SER komt met de volgende aanbevelingen om arbo-verschillen tussen vast, flex en zzp te verkleinen:
- Werkgevers en werknemers beter bewust maken van hun arbo-rechten en plichten.
- Arboregels beter naleven binnen bedrijf.
- Gezamenlijke arbo-afspraken maken voor alle werkenden in organisatie of sector.
- Meer aandacht voor arbo in de reguliere zorg, bijvoorbeeld huisarts.
- Goede handhaving door de Inspectie SZW.
- Meer onderzoek naar de oorzaken van de verschillen in arbeidsomstandigheden.
Bekijk de infographic Verschillen in arbeidsomstandigheden tussen vast, flex en zzp
Vier feiten over flexwerk en arbo
1 Arbowetgeving maakt geen verschil tussen werkenden
Het stelsel voor gezond en veilig werken is erop gericht om álle werkenden een gelijk beschermingsniveau te bieden. Het maakt geen verschil tussen mensen met een vast contract, flexwerkers en zzp’ers. Op papier is de bescherming dus goed geregeld. Maar in de praktijk loopt het nog weleens anders.
2 Werkgever en werkende samen verantwoordelijk voor goede arbeidsomstandigheden
Zowel voor werkgevers als voor werkenden is het soms onduidelijk wie welke verantwoordelijkheid heeft als het gaat om de arbeidsomstandigheden. Dat speelt bijvoorbeeld bij detachering van werknemers. Maar ook bij grote projecten waar meerdere partners samenwerken. Deze onduidelijkheid moet volgens de SER worden opgelost door betere informatievoorziening en bewustwording.
De werkgever heeft een zorgplicht ten opzichte van de mensen die voor hem werken. Tegelijkertijd heeft de werkende ook een eigen verantwoordelijkheid als het gaat om naleving van de arbowetgeving.
3 Handhaving en naleving arbo-afspraken moeten beter
Het stelsel van gezond en veilig werken functioneert niet zonder goede handhaving. De Inspectie SZW moet de arboregels adequaat kunnen handhaven voor alle werkenden. Daarnaast wil de SER dat bestaande arbo-afspraken beter worden nageleefd. In sectoren en bedrijven kunnen collectieve afspraken worden gemaakt over goede arbeidsomstandigheden. Ook kunnen werkenden eerder en vaker worden betrokken bij de medezeggenschap.
4 Verder onderzoek naar verschillen in arbeidsomstandigheden
Er zijn grote verschillen in arbeidsomstandigheden tussen verschillende groepen werkenden. Maar het is niet altijd duidelijk waarom die verschillen er zijn. Daarom beveelt de SER aan om nader onderzoek te doen naar de oorzaken van de verschillen tussen arbeidsrelaties. Denk aan de aard van het werk, de ervaren verantwoordelijkheden en de sociaal-economische positie van werkenden.
Ook is meer onderzoek nodig naar de arbeidsomstandigheden van groepen werkenden die nu vaak onder de radar blijven, zoals platformwerkers, migranten die tijdelijk in Nederland werken en mensen met combinatiebanen. Meer inzicht is voorwaarde voor een betere aanpak van de verschillen.