Voor veel werknemers geldt, vaak op basis van een cao, een pensioenontslagbeding waardoor hun arbeidsovereenkomst eindigt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd. Door de temporisering van de verhoging van de AOW-leeftijd vanaf 1 januari 2020 eindigt de overeenkomst dan eerder.
Hoewel in de meeste cao’s een pensioenontslagbeding is opgenomen, bieden veel cao’s daarnaast de mogelijkheid dat werknemer en werkgever afspraken maken om na een pensioenontslag door te werken. Ook wanneer dit niet in de cao is geregeld kunnen werknemer en werkgever dit – als zij dit allebei willen – afspreken.
Nadeel
Een aantal groepen ondervindt nadeel van het besluit om de AOW-leeftijd minder snel te laten stijgen. Zo zijn er werknemers die te maken krijgen met een eerdere beëindiging van hun arbeidsovereenkomst terwijl zij willen werken tot de oorspronkelijke AOW-datum. Wanneer zij niet werken tot de aanvankelijke AOW-datum, al dan niet bij dezelfde werkgever, missen zij pensioenopbouw.
Eigen verantwoordelijkheid
De minister heeft met sociale partners, verenigd in de Stichting van de Arbeid, hierover gesproken. Werkgevers en werknemers in de Stichting stellen dat het wel of niet kunnen doorwerken tot de oorspronkelijke AOW-datum de verantwoordelijkheid is van cao-partijen dan wel individuele werkgevers en werknemers. De Stichting doet dan ook geen (algemene) aanbeveling om in cao’s te regelen dat werknemers die dat willen mogen doorwerken tot de aanvankelijke AOW-datum. De Stichting van de Arbeid constateert overigens dat in veel cao’s afspraken zijn gemaakt over de mogelijkheid om door te werken na AOW-leeftijd.
Geen wettelijk recht
Er is geen wettelijk recht op het mogen (door)werken na de AOW-gerechtigde leeftijd. Koolmees onderschrijft dan ook dat het wel of niet mogen doorwerken tot de oorspronkelijke AOW-datum een zaak is van cao-partijen, waar ook de Stichting niet over gaat. Dat in veel cao’s een pensioenontslagbeding is opgenomen en een wettelijk recht op doorwerken ontbreekt, is begrijpelijk om een natuurlijk moment te behouden waarop de arbeidsovereenkomst eindigt. Het is vervolgens aan partijen om afspraken te maken over het werken na de AOW-gerechtigde leeftijd.
Pensioenontslagbeding
De noodzaak voor het opnemen van een pensioenontslagbeding in de cao is sinds de inwerkingtreding van het nieuwe ontslagrecht in de Wet werk en zekerheid per 1 januari 2015 minder groot geworden. Daarin is namelijk geregeld dat de werkgever de arbeidsovereenkomst zonder preventieve toets kan opzeggen in verband met of na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd. Hierdoor is het aantrekkelijker geworden om pas tegen het moment dat de werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt te overwegen of er wordt doorgewerkt na deze leeftijd.
Niet altijd nadeel
Niet in alle gevallen is sprake van nadelige gevolgen. Het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd hoeft geen belemmering te zijn om nog pensioen op te bouwen, dit kan ook na de AOW-gerechtigde leeftijd. Wanneer een pensioenontslagbeding geldt en de werknemer niet bij de oude werkgever kan doorwerken, zou pensioenopbouw bij een andere werkgever kunnen plaatsvinden waar wel na de AOW-gerechtigde leeftijd gewerkt kan worden. De fiscale facilitering van pensioenopbouw (omkeerregel) stopt niet op de AOW-gerechtigde leeftijd. Er kan tot maximaal 5 jaar na de AOW-gerechtigde leeftijd pensioen worden opgebouwd.
Motie
In een motie is verzocht om ofwel via overleg met sociale partners ofwel via overgangsrecht ervoor te zorgen dat werknemers die dat willen kunnen doorwerken tot de oorspronkelijke AOW-datum. De minister heeft bezwaren tegen het wettelijk regelen hiervan, en gaat daar dus niet toe over.
Verzamelbrief pensioenonderwerpen