Minister Koolmees van Sociale Zaken heeft de Commissie Regulering van Werk begin november 2018 ingesteld om een onafhankelijk advies uit te brengen voor een toekomstbestendige arbeidsmarkt. De Commissie komt dit najaar met haar advies. Of dit advies echt uiterlijk 1 november 2019 komt is afwachten.
Door verschillende ontwikkelingen en veranderingen op het gebied van technologie, samenleving en economie zijn er nieuwe uitdagingen die de arbeidsmarkt kunnen beïnvloeden. Om ervoor te zorgen dat Nederland ook in de toekomst van een goed werkende arbeidsmarkt kan genieten is het van belang dat er nu al wordt nagedacht over de rol die regels, wetgeving en belastingen hierin spelen.
De Commissie onder leiding van Hans Borstlap begint in deze notitie met de vraag: waarom is werk zo belangrijk? En waarom zijn er regels nodig?
Hans Borstlap:
Het gaat in de polder te vaak over louter instrumenten (moet de loondoorbetaling nu 1 of 2 jaar zijn, of: kan de transitievergoeding niet omlaag?) terwijl de vraag die daarachter dikwijls schuilgaat niet aan de orde komt: hoe kan dit instrument bijdragen aan volwaardig werk?
Vijf denkrichtingen
De commissie heeft vijf denkrichtingen geformuleerd:
- Richt regels op een meer gelijk speelveld voor alle werkenden.
- Bevorder wendbaarheid en duurzame inzetbaarheid van alle werkenden.
- Stimuleer volwaardige participatie op de arbeidsmarkt.
- Maak regels robuust, uitlegbaar, uitvoerbaar en handhaafbaar.
- Stem nieuwe regels af op de verantwoordelijkheid voor goed werkgeverschap/opdrachtgeverschap en goed werknemerschap/opdrachtnemerschap.
Tien stellingen
Daarnaast staan in de Discussinota tien stellingen genoemd die aansluiten op de geformuleerde denkrichtingen:
Stelling 1: Regels rond werk zijn gericht op het bereiken van sociale, economische en maatschappelijke doelen.
Stelling 2: Voor alle werkenden die niet op eigen kracht adequate arbeidsvoorwaarden kunnen
bedingen (ongelijke onderhandelingspositie) dienen vergelijkbare arbeidsrechtelijke regels te gelden.
Stelling 3: Regels rond werk moeten zorgen voor een breed, universeel fundament voor inkomensbescherming van alle werkenden, ongeacht de contractvorm.
Adequate inkomensbescherming tegen grote risico’s is geen optie of privilege, maar een recht en plicht voor alle werkenden en werkgevenden.
Risico’s als arbeidsongeschiktheid, ziekte, ouderdom en een gebrek aan aanpassingsvermogen (noodzakelijke persoonlijke ontwikkeling en scholing) worden in ieder geval door alle werkenden en werkgevenden gedeeld.
Stelling 4: Een meer gelijk speelveld voor werkenden wordt bevorderd door verschillen in fiscale
behandeling van werkenden te beperken.
Stelling 5: Persoonlijke ontwikkeling en scholing ten behoeve van een duurzame inzetbaarheid van alle
werkenden tijdens hun gehele werkzame periode kan niet langer vrijblijvend zijn en is vanzelfsprekend.
Stelling 6: Individuele ontwikkelingsbudgetten zijn perspectiefvol (ook vanwege het bovensectorale
karakter) en verdienen nadere uitwerking.
Stelling 7: Zonder interne flexibiliteit wordt externe flexibiliteit opgeroepen.
Stelling 8: (Meer) werk moet altijd lonen, ook ten opzichte van een uitkering.
Stelling 9: Regels rond werk moeten robuust, uitlegbaar, uitvoerbaar en handhaafbaar zijn.
Stelling 10: Toekomstbestendige regels zijn gericht op het daadwerkelijk invullen van goed werkgeverschap en werknemerschap en van goed opdrachtgeverschap en opdrachtnemerschap
De Commissie komt in haar eindrapport eind dit jaar tot concrete beleidsaanbevelingen om
de regels rond werk beter te laten aansluiten bij de wereld van nu en straks.
Hoe zorgen we voor toekomstbestendig arbeidsrecht, sociale zekerheid en fiscaliteit?
Discussienotitie “In wat voor land willen wij werken” van Commissie Regulering van werk
Zie ook de site Commissie Regulering van werk