Dit wetsvoorstel moet in samenhang worden bezien met de invoering van de vervangende regeling hiervoor: de Subsidieregeling STAP-budget (Stimulans van de Arbeidsmarktpositie) voor natuurlijke personen met een band met de Nederlandse arbeidsmarkt.
Inwerkingtreding nog onbekend
Vanwege de samenhang tussen de afschaffing van de fiscale aftrek voor scholingsuitgaven en de invoering van het STAP-budget vindt de inwerkingtreding van de in het wetsvoorstel opgenomen wijzigingen plaats op het moment waarop de Subsidieregeling STAP-budget in werking treedt.
De inwerkingtredingsdatum van die subsidieregeling is nog niet bekend. De nagestreefde inwerkingtreding van de Subsidieregeling STAP-budget per 1 januari 2020 blijkt in ieder geval niet haalbaar.
Leven lang ontwikkelen
Dit wetsvoorstel maakt onderdeel uit van het bredere kabinetsbeleid rondom een leven lang ontwikkelen (LLO) dat erop gericht is te stimuleren dat iedereen in Nederland de kans krijgt om meer regie te nemen op de eigen ontwikkeling tijdens ieders loopbaan. Het kabinet is van mening dat de fiscale aftrek van scholingsuitgaven voor dat doel geen geschikt instrument (meer) is.
Scholingsaftrek
De fiscale aftrek van scholingsuitgaven is een regeling op grond waarvan een belastingplichtige die geen recht heeft op studiefinanciering de kosten voor een opleiding of studie met het oog op het verwerven van inkomen uit werk en woning in aftrek kan brengen op zijn inkomen als persoonsgebonden aftrekpost.
Koppeling met Subsidieregeling STAP-budget
De afschaffing van de fiscale aftrek van scholingsuitgaven is dus gekoppeld aan de invoering van de Subsidieregeling STAP-budget, waardoor in ieder geval in 2020 nog gebruikgemaakt kan worden van de fiscale aftrek van scholingsuitgaven.
De overweging om het wetsvoorstel toch onderdeel te maken van het pakket Belastingplan 2020 en de inwerkingtreding bij koninklijk besluit te regelen is dat mensen hierdoor bij hun scholingskeuze rekening kunnen houden met de voorgenomen wijzigingen in de tegemoetkomingen in de kosten van scholing vanuit de rijksoverheid.
Geen overgangsrecht toekomstige scholingsuitgaven
Volgens het kabinet is voldoende tijdig bekend dat de fiscale aftrek van scholingsuitgaven komt te vervallen. Daarom is in dit wetsvoorstel geen overgangsrecht opgenomen voor scholingsuitgaven die gedaan worden in belastingjaren na de afschaffing van de fiscale aftrek van scholingsuitgaven, ondanks dat voor deze uitgaven wellicht eerder verplichtingen zijn aangegaan.
Voor scholingsuitgaven die in die belastingjaren gedaan worden, bestaat dan ook geen recht meer op de fiscale aftrek van scholingsuitgaven. Dit geldt ook voor de kosten van bijvoorbeeld meerjarige opleidingen waarvan de betalingen deels plaatsvinden na de afschaffing van de fiscale aftrek van scholingsuitgaven.
Voor scholingsuitgaven die gedaan worden na de afschaffing van de fiscale aftrek van scholingsuitgaven kan mogelijk in aanmerking worden gekomen voor een bijdrage vanuit de vervangende Subsidieregeling STAP-budget.
Wel overgangsrecht bij terugontvangen bedrag
Naast de situatie van toekomstige scholingsuitgaven is het mogelijk dat iemand al scholingsuitgaven in aftrek heeft gebracht en na afschaffing van deze fiscale aftrekmogelijkheid, voor deze uitgaven een bedrag terugontvangt. In dat geval blijkt na de afschaffing dat iemand in een eerder jaar ten onrechte fiscale aftrek van scholingsuitgaven heeft gekregen, omdat de uitgaven niet meer blijken te drukken.
Voorstel is om voor deze situatie de bestaande systematiek van de Wet IB 2001 te continueren waardoor in een dergelijke situatie een bijtelling bij het inkomen moet (blijven) plaatsvinden ter grootte van het terugontvangen bedrag. Hiervoor is in het wetsvoorstel overgangsrecht opgenomen.