
235.000 deelnemers zijn inmiddels al overgestapt, verdeeld over vijf pensioenfondsen en een aantal verzekeraars en premiepensioeninstellingen (PPI). Uiteindelijk stapt naar verwachting circa 95% van alle pensioendeelnemers de komende anderhalf jaar over. Dat schrijft minister Van Hijum van SZW in de voortgangsrapportage pensioenen.
Zorgvuldige en soepele overgang
Minister Eddy van Hijum: “Dit gaat over de bestaanszekerheid van miljoenen gepensioneerden en toekomstig gepensioneerden. De overgang naar het nieuwe stelsel moeten we heel zorgvuldig doen, en daarom nemen we daar tot 2028 de tijd voor. De sector werkt hard om een soepele overgang mogelijk te maken. De afgelopen vijftien jaar stegen de pensioenen niet of nauwelijks mee met de prijzen en vroegen jongeren zich af of er straks nog wel wat over was voor hen. Deze onzekerheid heeft gezorgd voor veel onvrede. Nu steeds meer fondsen over gaan op de nieuwe regels is het van groot belang dat mensen goed worden geïnformeerd en betrokken. En dat mensen de voordelen van het nieuwe stelsel ook echt gaan merken.”
Informatievoorziening deelnemers
Het vertrouwen van deelnemers in pensioen is de afgelopen drie maanden licht gestegen, zo blijkt uit onderzoek. Toch zijn er vragen en zorgen zijn van deelnemers over de overgang naar het nieuwe stelsel. Minister van Hijum neemt aanvullende maatregelen om te zorgen dat deelnemers goed worden betrokken bij de overgang. Fondsen moeten uitleggen waarom ze niet hebben gekozen om in het oude stelsel te blijven en waarom de overgang in het belang van de deelnemers is.
Ook wordt de regelgeving aangescherpt zodat deelnemers een realistisch beeld hebben van hoeveel pensioen ze krijgen. Daarnaast moet de pensioensector aan de slag om van elkaar te leren hoe je het goede gesprek met de deelnemers aangaat.
Verloop pensioentransitie
Er zijn 13 fondsen die hun invaardatum hebben opgeschoven ten opzichte van de vorige voortgangsrapportage. Vaak wordt hiervoor gekozen vanwege praktische zaken, zoals de beschikbare capaciteit bij de uitvoerder of toezichthouder, het beschikbaar zijn van een accountantsverklaring of vertraging in het waarderen van het vastgoed.
Er gaan 36 fondsen over op het nieuwe pensioenstelsel per 1 januari 2026, gevolgd door 15 fondsen op 1 juli 2026. Het grootste aantal fondsen (51) verwacht over te gaan op 1 januari 2027. Op 1 juli 2027 volgen er nog 12 fondsen en op 1 januari 2028 gaan de laatste 17 fondsen over. 270.000 deelnemers die zijn verdeeld over 32 pensioenfondsen gaan uiteindelijk niet over.
Bij fondsen die niet overgaan is geen nieuwe pensioenopbouw door werkenden meer mogelijk in de oude regeling. Bij de helft van de fondsen die het betreft is dat echter nu al het geval.
Overgang bij verzekeraars blijft achter
De meeste regelingen bij een verzekeraar of PPI worden pas in 2026 of 2027 omgezet, met het zwaartepunt in het laatste jaar. De regeringscommissaris Transitie Pensioenen signaleert dat dit problemen kan opleveren en adviseert het omzetten van verzekerde regeling meer te spreiden. Minister van Hijum gaat daarom in gesprek met verzekeraars, sociale partners en adviseurs om concrete afspraken over een gecoördineerde aanpak te maken.
Uiterste datum om over te gaan
Nu staat er in de wet dat alle pensioenuitvoerders over moeten zijn voor 1 januari 2027. De regering wil de pensioenuitvoerders een jaar extra de tijd geven voor een zorgvuldige overgang. Het wetsvoorstel dat dit regelt is recent aangenomen door de Tweede Kamer en ligt nu voor in de Eerste Kamer.
De regeringscommissaris geeft in haar advies aan geen aanleiding te zien om de uiterste transitiedatum verder te verschuiven dan 1 januari 2028. Daarbij waarschuwt zij in haar advies dat uitstel niet gratis is, maar ook financiële risico’s met zich meebrengt.

Informatievoorziening deelnemers
Kamerbrief Voortgangsrapportage monitoring Wet toekomst pensioenen – zomer 2025