Afgelopen najaar heeft het vorige kabinet 3,2 miljard euro uitgetrokken om de energiebelasting voor 2022 te verlagen. Daarnaast heeft het kabinet extra middelen ingezet voor huishoudens die
het meest in de knel komen door deze prijsstijgingen, middels het introduceren van een eenmalige energietoeslag door gemeenten met een richtbedrag van 200 euro per huishouden. Na
besluitvorming over dit pakket zijn de prijzen blijven stijgen. Daarom heeft het kabinet besloten tot een pakket aanvullende maatregelen van 2,8 miljard euro. Onderdeel daarvan is een verhoging
van de energietoeslag.
Energietoeslag
Het kabinet stelt voor om het richtbedrag van de energietoeslag te verhogen naar 800 euro en heeft hier 480 miljoen euro extra voor beschikbaar gesteld. De exacte hoogte van de energietoeslag is afhankelijk van gemeentelijk beleid. Het kabinet kan daarmee niet alle gevolgen van stijgende prijzen voor iedereen compenseren, maar dit pakket helpt wel om de gevolgen voor mensen te verzachten, met name voor huishoudens die het nu al moeilijk hebben.
Energierekening
Uiteindelijk zijn de gevolgen van de stijgende energieprijzen afhankelijk van het energieverbruik en verschillen daarom sterk per huishouden. Sommige huishoudens hebben een vast tarief en
merken daarom weinig van de hogere leveringstarieven.
Als wordt gerekend met de leveringstarieven van 1 januari 2022 (onder de aanname dat deze tarieven het hele jaar gelden en dat alle huishoudens deze met deze tariefstijging te maken krijgen) en daadwerkelijke verbruikscijfers, is de prijsstijging voor de doelgroep van de energietoeslag gemiddeld 1050 euro.
Het verlaagde btw-tarief zorgt bij gemiddeld verbruik voor een daling van de energierekening van circa 140 euro en bij deze groep voor een daling van de energierekening met circa 120 euro.
Bij een energietoeslag van in totaal 800 euro resteert een stijging van de energierekening met circa 130 euro op jaarbasis bij de doelgroep van de energietoeslag.
Energiebesparing
Bovenop de compensatie kunnen huishoudens de energierekening verminderen door energie te besparen. Het kabinet stelt daarom voor om de 150 mln. euro voor energiebesparingsmaatregelen
aan te vullen door middelen die in het Coalitieakkoord zijn gereserveerd voor energiebesparing van huishoudens (160 mln. euro) sneller in te zetten.
Contact met gemeente
Mochten er huishoudens zijn die ondanks de energietoeslag alsnog in de problemen komen, dan is het advies contact op te nemen met hun gemeente. De gemeente kan deze groep helpen met verschillende regelingen. De ontwikkeling van de energieprijzen blijft door de oorlog in Oekraïne hoogst onzeker. Het kabinet houdt daarom de situatie en specifiek de gevolgen voor de laagste inkomens scherp in de gaten. Gezien de huidige omstandigheden en het collectieve welvaartsverlies, kan het kabinet de effecten van de stijgende energierekening echter niet voor iedereen compenseren.
Indexatie minimumloon
Gevraagd wordt onder meer wat het koopkrachteffect op verschillende groepen zou zijn als bij de indexatie van het minimumloon komende juli 2022 het minimumloon met 4 procent zou worden verhoogd.
Artikel 14 lid 1 t/m 4 van de Wet op het minimumloon en de minimumvakantiebijslag (Wml) schrijft voor hoe het wettelijk minimumloon elk halfjaar wordt geïndexeerd. Hiermee wordt
geborgd dat het wettelijk minimumloon in de pas blijft lopen met de rest van het loongebouw.
Afwijken van gebruikelijke indexatiewijze
Art. 14 lid 5 Wml voorziet in een mogelijkheid af te wijken van de gebruikelijke indexatiewijze indien sprake is van ofwel een bovenmatige loonontwikkeling zodanig dat hiervan schade voor de
werkgelegenheid kan worden verwacht ofwel van een zodanige oploop van het beroep op sociale zekerheidsregelingen dat daardoor een betekenende premie- of belastingdrukverhoging
noodzakelijk is. Op dit moment is van geen van beide ontwikkelingen sprake.
Het aanpassen van deze voorgeschreven indexatiewijze gesuggereerd, vergt daarom wetswijziging. Gelet op de doorlooptijd van een wetswijziging zijn de voorgestelde alternatieve indexatiewijzen per 1 juli 2022 naar verwachting niet haalbaar. Daarmee is het alleen haalbaar om het wettelijk minimumloon per 1 juli 2022 te indexeren op de wijze die art. 14 lid 1 t/m 4 Wml voorschrijft en bestaat geen aanleiding om het indexatiebesluit voor te leggen aan de Tweede Kamer.
Kan het minimumloon per 1 juli extra worden verhoogd om mensen met een laag inkomen te helpen? De heer Klaver van GroenLinks pleit hiervoor in een debat van 23 maart in de Tweede Kamer. Dit heeft complexe gevolgen, zegt minister Van Gennip, bijvoorbeeld voor de belastingen en de uitkeringen. Daarom is het moeilijk uitvoerbaar.
Minister Van Gennip zegt het volgende in het debat:
“Er is onder andere gevraagd of de verhoging van het wettelijk minimumloon niet naar voren kan en of we het verder kunnen verhogen. Het coalitieakkoord gaat natuurlijk uit van 7,5%. Daarnaast zit daar ook het minimumuurloon in, die 36-urige en 40-urige werkweek. Dat helpt ook al enorm. Waar we ons even van bewust moeten zijn, is dat het minimumloon doorwerkt in alle sociale regelingen. Ik noem in dit verband de fiscaliteit en de toeslagen. Daarmee is het behoorlijk complex. Dat betekent dat de invoering tijd kost. Dus we kunnen dat niet per 1 juli van dit jaar verhogen. Dat is gewoon echt onmogelijk.”
Combinatie van maatregelen
Het kabinet deelt de mening dat koopkrachtcompensatie het liefst gericht moet plaatsvinden. Bijna alle huishoudens in Nederland ondervinden effecten van de stijgende energierekening of stijgende brandstofprijzen, maar vooral huishoudens met lage- en middeninkomens kunnen hierdoor in de knel komen. Daarbij geldt echter dat er niet of nauwelijks instrumenten zijn die gericht aangrijpen op de hoge energieprijzen en tegelijk gericht zijn op bepaalde inkomensgroepen. Het pakket bevat daarom een combinatie van specifieke (op inkomensgroepen gerichte) én generieke (op verbruik gerichte) maatregelen om zo goed als mogelijk aan te sluiten bij de problematiek.
Zorgtoeslag verhogen
Het kabinet heeft een verhoging van de zorgtoeslag onderzocht als optie om huishoudens tegemoet te komen. Bij de uitvoeringstoets bleek dat een generieke verhoging van de zorgtoeslag
mogelijk is per 1 januari 2023. Een eenmalige verhoging is eventueel eerder mogelijk, maar vergt een grote inspanning van de uitvoering. Bovendien kan deze verhoging minder snel uitgevoerd
worden dan het verhogen van het richtbedrag van gemeentelijke regeling, het verlagen van de btw op energie of het verlagen van de accijns.
Het verhogen van de zorgtoeslag valt inhoudelijk ook minder samen met de groep die er in koopkracht het meest op achteruit gaat. Juist huishoudens met slecht geïsoleerde huizen (en dus
een hoge energierekening) profiteren van de btw-verlaging op energie, en juist mensen die veel last hebben van de hoge brandstofprijzen hebben voordeel van de accijnsverlaging.
Extra koopkrachtmaatregelen: hogere energietoeslag, lagere btw en accijns
Antwoorden op Kamervragen over compensatie energieprijzen en koopkracht