In het Belastingplan 2022, onderdeel Inkomstenbeleid wordt ingegaan op de lastenmaatregelen voor burgers uit het wetsvoorstel Belastingplan 2022.
De coronacrisis heeft in 2020 geleid tot een zeer grote economische neergang. De overheid heeft met omvangrijke steunpakketten de economie ondersteund om een zwaardere economische
teruggang te voorkomen. Door deze steunpakketten worden burgers ondersteund in hun inkomen en draagt de overheid bij aan het behoud van banen. In 2021 en 2022 herstelt de economie zich
naar verwachting weer.
Koopkrachtbeeld
Ondanks de coronacrisis is het koopkrachtbeeld neutraal tot positief. Het kabinet zorgt wel met een paar maatregelen dat de koopkrachtontwikkeling gelijkmatiger wordt verdeeld.
Arbeidskorting langzamer afbouwen
In het wetsvoorstel Belastingplan 2022 wordt daartoe voorgesteld de arbeidskorting langzamer af te bouwen. Daarmee wordt het verschil tussen een- en tweeverdieners verkleind.
Daarnaast worden er een aantal maatregelen buiten de fiscaliteit genomen, die niet in dit wetsvoorstel zijn opgenomen. Zo worden het kindgebonden budget en de zorgtoeslag verhoogd, en de temporisering van de afbouw van de dubbele algemene heffingskorting (AHK) in de bijstand doorgetrokken. De maatregelen zorgen ervoor dat er een evenwichtig koopkrachtbeeld resteert.
Nibud: somber beeld koopkracht 2022
Vanuit de portemonnee gezien wordt 2022 een somber jaar voor mensen die moeilijk rond kunnen komen. Dit concludeert het Nibud na bestudering van de Miljoenennota.
Ondanks stevige groei economie, nauwelijks stijging koopkracht
Veel huishoudens gaan er niet of nauwelijks op vooruit, aldus de koopkrachtberekeningen die het Nibud heeft gemaakt op basis van de Miljoenennota.
Het belastingtarief in de eerste belastingschijf daalt licht en bijna alle heffingskortingen stijgen. Verder dalen de aftrekposten voor de hoogste inkomens en voor zelfstandigen. Daarnaast stijgen de huurtoeslag en het kindgebonden budget. De maximale zorgtoeslag stijgt ook, maar gaat voor hogere inkomens juist iets omlaag. De hoogte van de kinderbijslag verandert niet.
Factoren als lonen, prijsstijgingen en overheidsbeleid hebben invloed op de koopkracht. De Nederlandse economie is sterk uit de coronacrisis gekomen, en deze aantrekkende economie heeft ook invloed op de prijzen.
Het Nibud heeft gerekend met een verwachte inflatie van 1,8 procent. Als de prijzen van producten en diensten in 2022 meer dan dit percentage stijgen, dan heeft dat een negatieve invloed op de koopkracht.
De verwachting is dat de cao-lonen volgend jaar met 2,2 procent zullen stijgen.
Het Nibud heeft bij het doorrekenen van de koopkracht ook gekeken naar wat er gebeurt bij mensen die geen hoger loon krijgen in 2022. Voor hen zal de koopkracht dalen, gemiddeld met zo’n 1 procent. Dat het goed gaat met de economie, merken huishoudens dus niet direct in hun portemonnee.
Koopkrachtveranderingen voor 2022 – Koopkrachtplaatjes voor 117 voorbeeldhuishoudens
Koopkracht 2021-2022: de belangrijkste veranderingen
Verlaging IACK
In het Belastingplan 2022 wordt voorgesteld het maximumbedrag van de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) per 2022 te verlagen met € 395. Deze maatregel dient ter gedeeltelijke dekking van de uitgaven die voortvloeien uit het wetsvoorstel Wet betaald ouderschapsverlof dat op 20 april 2021 is aangenomen door de Tweede Kamer.
In dat wetsvoorstel is een taakstellende ombuiging vanaf 2022 van € 130 miljoen op de IACK aangekondigd. Zowel het betaald ouderschapsverlof als de IACK richt zich op werkende ouders
waardoor intensivering en ombuiging bij elkaar aansluiten.
Het maximumbedrag van de IACK wordt naast de per 1 januari 2022 voorgestelde verlaging op grond van het Belastingplan 2021 per 1 januari 2022 verhoogd met € 77. Per saldo is voor 2022 sprake van een beleidsmatige verlaging van het maximumbedrag van de IACK van € 318.
Aanpassingen van heffingskortingen hebben over het algemeen een doel dat direct wordt gerealiseerd door de maatregel. Daarmee zijn de voorgestelde aanpassing van de arbeidskorting
en IACK doeltreffend.
Overzicht IB-parameters voor belastingplichtigen jonger dan de AOW-leeftijd
De hierna opgenomen tabel geeft een overzicht van de belangrijkste parameters binnen box 1 van de inkomstenbelasting in 2021 en 2022. De bedragen voor 2022 zijn voor zover van
toepassing geïndexeerd met de tabelcorrectiefactor zoals die geldt voor 2022, te weten 1,013.
Tabel 1.
Tarief schijf 1 – 2021: 37,10% – 2022: 37,07%
Tarief schijf 2 – 2021: 49,50% – 2022: 49,50%
Grens schijf 1 – 2021: € 68.507 – 2022: € 69.398
AHK: maximaal – 2021: € 2.837 – 2022: € 2.874
AHK: afbouwpunt – 2021: € 21.043 – 2022: € 21.317
AHK: afbouwpercentage – 2021: 5,977% –2022: 5,977%
Arbeidskorting: bedrag grens 1 – 2021: € 463 –2022: € 470
Arbeidskorting: bedrag grens 2 – 2021: € 3.837 – 2022: € 3.887
Arbeidskorting: bedrag grens 3 – 2021: € 4.205 – 2022:€ 4.260
Arbeidskorting: bedrag grens 4 – 2021: € 0 – 2022: € 0
Arbeidskorting: afbouwpunt* – 2021: € 35.652 – 2022: € 36.649
Arbeidskorting: afbouwpercentage -6,00% – 2022: -5,86%
Zelfstandigenaftrek – 2021:€ 6.670 – 2022: € 6.310
IACK: maximaal – 2021: € 2.815 – 2022: € 2.534
IACK: inkomensgrens – 2021: € 5.153 – 2022: € 5.219
IACK: opbouwpercentage – 2021: 11,45% – 2022: 11,45%
Jonggehandicaptenkorting – 2021: € 761 – 2022:€ 771
*Het afbouwpunt van de arbeidskorting is gekoppeld aan het wettelijk minimumloon (wml) en is pas definitief na vaststelling van het wml in november 2021.