In het Besluit inkomstenverhouding is vanaf 1 januari 2023 geregeld wat een inkomstenverhouding (IKV) is en wanneer deze start en eindigt. In veel gevallen blijven de regels over de IKV hetzelfde, maar er zijn ook een aantal wijzigingen.
Met ingang van 1 januari 2023 moet je een werknemer in meer situaties in een nieuwe inkomstenverhouding of in afzonderlijke inkomstenverhoudingen in de aangifte loonheffingen opnemen. Gelden voor uitzendbedrijven dezelfde regels voor het gebruik van een IKV?
In principe gelden dezelfde regels, maar er zijn een aantal bijzonderheden.
De bijzonderheden hebben betrekking op verschillende situaties.
Uitzendbeding
De IKV bij uitzendkrachten waarop het uitzendbeding van toepassing is (artikel 7:691, derde lid, Burgerlijk Wetboek (fase A/1-2), vangt aan op de eerste werkdag in plaats van op de dag van aanvang van de uitzendovereenkomst, indien artikel 9 van de cao uitzendkrachten van toepassing is, tenzij anders overeengekomen.
De IKV van de uitzendovereenkomst met uitzendbeding eindigt bij het voortduren van de arbeidsovereenkomst, op de zondag van de laatste week waarin de werknemer arbeid heeft verricht indien na de laatst gewerkte dag in een aangiftetijdvak, in de twee daaropvolgende aangiftetijdvakken op grond van deze arbeidsovereenkomst niet is gewerkt.
Tijdelijke uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding
Een werknemer werkt op een uitzendovereenkomst voor bepaalde tijd zonder uitzendbeding. Wanneer moet de IKV worden beëindigd?
De IKV moet worden beëindigd bij het einde van de overeenkomst voor bepaalde tijd. Eindigt
bijvoorbeeld de uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding met ingang van 27 oktober, dan moet
de IKV op 26 oktober worden beëindigd; de laatste dag van de overeenkomst is dan 26 oktober
23.59 uur.
De IKV loopt dus door als de loondoorbetalingsplicht tijdens de uitzendovereenkomst is uitgesloten
als de uitzendkracht niet werkt, tot het einde van de in de overeenkomst bepaalde tijd. Dan is er immers nog een arbeidsovereenkomst, met alle daaruit voortvloeiende rechten. Er wordt alleen geen loon doorbetaald als er tijdelijk geen werk beschikbaar is.
Vaste uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding
Een werknemer werkt op een uitzendovereenkomst voor onbepaalde tijd zonder uitzendbeding. Wanneer moet de IKV worden beëindigd?
De IKV moet worden beëindigd bij het einde van de arbeidsovereenkomst. Eindigt de uitzendovereenkomst met ingang van 27 oktober, dan moet de IKV op 26 oktober worden
beëindigd; als laatste dag van de overeenkomst wordt dan genoemd 26 oktober.
De IKV loopt door als de loondoorbetalingsplicht tijdens de uitzendovereenkomst is uitgesloten als
de uitzendkracht niet werkt.
Nieuwe fase uitzendovereenkomst
Moet bij het ingaan van een nieuwe fase in de uitzendovereenkomst (fase A, B, C, resp. 1-2, 3 en 413) een nieuwe IKV worden gemaakt?
Als de arbeidsovereenkomst blijft doorlopen, is een nieuwe IKV niet aan de orde bij het ingaan van
een nieuwe fase in de uitzendovereenkomst. Wel vermeldt de werkgever in de rubriek ‘code fase indeling F&Z’ de toepasselijke code behorende bij de fase van de uitzendovereenkomst.
Indien een nieuwe arbeidsovereenkomst wordt opgemaakt, moet je wel een nieuwe IKV maken. Fase C is bijvoorbeeld de overgang naar een vast contract, en dus wordt een nieuwe IKV gemaakt.
Uitzendovereenkomst met uitzendbeding
Een werknemer werkt op een uitzendovereenkomst met uitzendbeding (fase A/1-2). Wanneer moet de IKV worden beëindigd?
De uitzendovereenkomst met uitzendbeding eindigt als de opdrachtgever (inlener) het uitzendbeding inroept bij het einde van de opdracht, of bij inroepen door de werknemer, of bij de ziekmelding door de werknemer. Op dat moment moet ook de IKV worden beëindigd.
Twee aangiftetijdvakken
Als een uitzendovereenkomst met uitzendbeding loopt, dan moet de IKV altijd worden beëindigd
als de werknemer geen werkzaamheden meer heeft verricht gedurende twee aangiftetijdvakken, gerekend vanaf de laatst gewerkte dag. De einddatum van de IKV is de datum van de eerste zondag na de laatste gewerkte dag.
Voorbeeld twee aangiftetijdvakken:
Een uitzendkracht heeft voor het laatst gewerkt op 7 april. Daarna heeft de uitzendkracht niet meer gewerkt. De arbeidsovereenkomst loopt door. De termijn van twee aangiftetijdvakken gaat tellen vanaf 1 mei (voor maandaangevers) of (stel:) vanaf 20 april (voor vierwekenaangevers).
Heeft de uitzendkracht op 30 juni (maandaangifte) of 14 juni (vierwekenaangifte) nog altijd niet gewerkt in deze uitzendovereenkomst, dan moet de IKV worden beëindigd. De einddatum van de IKV is 12 april, de zondag na de laatste gewerkte dag.
Nieuwe IKV bij nieuwe opdracht uitzendkracht?
Moet een uitzendbedrijf een nieuwe IKV gebruiken voor een uitzendkracht die binnen twee aangiftetijdvakken na de laatste werkdag weer aan het werk gaat en in fase A/1-2 zit?
Het uitzendbedrijf moet een nieuwe IKV maken voor werknemers met uitzendbeding die in een nieuwe opdracht aan het werk gaan: dus voor hetzelfde uitzendbedrijf bij een andere opdrachtgever/inlener, of voor een nieuwe opdracht bij dezelfde opdrachtgever.
Elke opdracht is namelijk een nieuwe uitzendovereenkomst en dus ook een nieuwe IKV. De IKV van de vorige uitzendovereenkomst moet worden beëindigd.
Ook als de vorige IKV nog niet is beëindigd moet bij een nieuwe uitzendovereenkomst toch een nieuwe IKV worden gebruikt omdat er een nieuwe uitzendovereenkomst wordt aangegaan.
Oorspronkelijke uitzendovereenkomst
Gaat de werknemer bij dezelfde opdrachtgever/inlener binnen deze twee aangiftetijdvakken na de
laatste gewerkte dag weer aan het werk op basis van de oorspronkelijke uitzendovereenkomst, dan
kan dezelfde IKV worden gebruikt en hoeft geen nieuwe IKV te worden gemaakt.
Als het een nieuwe opdracht betreft bij dezelfde of een andere inlener dan is wel een nieuwe IKV vereist, omdat er dan een nieuwe uitzendovereenkomst start.
ERD ZW en twee uitzendovereenkomsten met beding
Een werkgever heeft met een uitzendkracht twee uitzendovereenkomsten met uitzendbeding. Hij is eigenrisicodrager voor de ZW. De werknemer valt wegens ziekte uit in een van de uitzendovereenkomsten; in de andere blijft hij werkzaam. Hoeveel IKV’s moeten worden gebruikt?
De werkgever moet voor de beide uitzendovereenkomsten met dezelfde uitzendkracht opgave doen
in twee afzonderlijke IKV’s. De IKV van de uitzendovereenkomst waarin wordt doorgewerkt blijft in
stand.
De werkgever blijft aangifte doen van het loon uit die arbeidsovereenkomst in de bestaande
IKV.
De IKV van de arbeidsovereenkomst met uitzendbeding waarvan de werknemer de werkzaamheden wegens ziekte niet meer kan uitoefenen wordt door de werkgever beëindigd als de inlener geacht wordt het uitzendbeding in te roepen (zoals bepaald in de cao voor uitzendarbeid).
Aanvulling op de uitkering
De werkgever betaalt als eigenrisicodrager vervolgens een ZW-uitkering en aanvulling. Voor de
ZW-uitkering moet een nieuwe IKV worden gebruikt. Een aanvulling op de uitkering ZW na einde
van de arbeidsovereenkomst is loon uit vroegere dienstbetrekking en wordt ook in een separate
IKV aangegeven.
Als de uitzendkracht na de ziekteperiode weer gaat werken dan is dat een nieuwe uitzendovereenkomst. De vorige is immers beëindigd door het automatisch inroepen van het uitzendbeding op grond van de cao.
Uitzendkracht met uitzendbeding na ziekte weer aan het werk
Moet een uitzendbedrijf een nieuwe IKV gebruiken voor een uitzendkracht met uitzendbeding als deze na ziekte weer aan het werk gaat en in fase A/1-2 zit?
Bij ziekte van een uitzendkracht met uitzendbeding van artikel 7:691, tweede lid, Burgerlijk Wetboek wordt op grond van de cao de uitzendovereenkomst met uitzendbeding direct na de ziekmelding geacht met onmiddellijke ingang van rechtswege te zijn beëindigd op verzoek van de opdrachtgever. Dus in dat geval eindigt de uitzendovereenkomst direct na de ziekmelding en daarmee de IKV. Het uitzendbedrijf moet daarom als einddatum IKV doorgeven de dag van de ziekmelding waarop het uitzendbeding is geacht te zijn ingeroepen.
Nieuwe uitzendovereenkomst
Als de uitzendkracht na afloop van de ziekteperiode weer aan het werk gaat, is sprake van een nieuwe uitzendovereenkomst, ook als het dezelfde opdracht bij dezelfde inlener betreft. De werkgever moet een nieuwe IKV gebruiken voor de nieuwe uitzendovereenkomst, ongeacht of de uitzendkracht bij dezelfde inlener aan de slag gaat of bij een andere inlener.
De vorige uitzendovereenkomst is immers door het uitzendbeding wegens de ziekte geëindigd volgens de
bepalingen van de uitzend-cao. Zou de uitzendovereenkomst niet eindigen bij ziekte, dan heeft de uitzendkracht geen recht op een ZW-uitkering, maar op loondoorbetaling door het uitzendbedrijf.