Voor de loonsom wordt van het socialeverzekeringsloon (SV-loon) uit tegenwoordige dienstbetrekkingen uitgegaan.
Ook aanvullende lasten en kosten zoals werkgeverspremies en werknemersbijdragen aan pensioen en de opbouw van vakantiebijslag worden gecompenseerd.
Ter bespoediging van de aanvraagprocedure is gekozen voor een opslag voor werkgeverslasten van 30% voor alle gevallen.
Als loon wordt maximaal twee keer het maximumdagloon per maand per individuele werknemer in aanmerking genomen.
Loon boven € 9.538 per maand komt daarom niet voor subsidie in aanmerking, waarmee ook mogelijkheden voor misbruik en oneigenlijk gebruik worden tegengegaan.
Percentage omzetdaling
De subsidie wordt gerelateerd aan het percentage van de omzetdaling. Het percentage van 90% van de totale loonsom is een maximumpercentage dat zal worden uitbetaald bij een omzetdaling van 100%.
Is de omzetdaling lager, dan zal de subsidie evenredig lager worden vastgesteld.
In de keuze voor het percentage van 90% tot maximaal twee keer het maximumdagloon per maand per individuele werknemer, komt tot uitdrukking dat het kabinet een afweging heeft gemaakt tussen de verantwoordelijkheid van de overheid om bedrijven in deze bijzondere situatie tegemoet te komen én het beroep dat de overheid doet op het bedrijfsleven om onder deze bijzondere omstandigheden ook zelf verantwoordelijkheid te dragen ten dienste van bredere maatschappelijk belangen. Daarnaast blijft het op deze manier voor werkgevers altijd gunstiger om waar dat mogelijk is omzet te blijven genereren.
Driemaandsperiode
De omzetdaling van minimaal 20% moet zich voordoen over een driemaandsperiode waarvan de startdatum valt op de eerste dag van de maanden maart, april of mei 2020.
De omzet in deze meetperiode wordt vergeleken met de omzet van januari tot en met december 2019, gedeeld door vier.
Als een werkgever op 1 januari 2019 nog niet bestond, geldt een afwijkende omzetbepaling.
Met een meetperiode van drie maanden voor de omzetdaling wordt voorkomen dat een vrij beperkte en kortdurende daling van de omzet al in aanmerking komt voor een subsidie uit hoofde van de NOW.
Niet representatief
Het kan toch voorkomen dat de gebruikte tijdvakken voor 2019 niet representatief zijn, bijvoorbeeld door groei van de onderneming of seizoenspatronen. Gegeven de benodigde eenvoud van de regeling, die noodzakelijk is om op zeer korte termijn zeer veel aanvragen te kunnen behandelen, is een correctie daarvoor niet mogelijk.
Meetbaar en controleerbaar
Er is voor gekozen om de afname van omzet als uitgangspunt te nemen omdat een lagere omzet betekent dat er minder geld beschikbaar is om salarissen te betalen. Daarnaast is omzetdaling een criterium dat meetbaar en controleerbaar is.
Eén rechtspersoon/natuurlijk persoon
Voor werkgevers die bestaan uit één rechtspersoon of natuurlijk persoon gaat het om de (verwachte) omzetdaling op het niveau van de natuurlijke persoon of rechtspersoon.
Als sprake is van een samenstelling van rechtspersonen geldt de omzetdaling op concernniveau; daarmee wordt zo goed mogelijk aangesloten bij het verband tussen de omzetdaling en inzet van personeel en bij wat het in jaarrekeningenrecht gebruikelijk is.
Verkregen subsidies en andere bijdragen uit publieke middelen, zoals bijvoorbeeld het geval is bij scholen en culturele instellingen, worden gelijkgesteld met omzet.
Voorbeeld 1. Omzetdaling
Een werkgever had een omzet in 2019 van gemiddeld € 100.000 per maand, ofwel € 1.200.000 over het gehele jaar.
In de periode van 1 maart tot en met 31 mei 2020 – in dit voorbeeld de periode waarover de werkgever heeft aangegeven zijn omzetdaling berekend wil hebben – is zijn omzet gemiddeld € 70.000 per maand, ofwel € 210.000 over de gehele periode.
In dit geval is de omzetdaling:
(€ 1.200.000 / 4) – € 210.000 = 0,30 = 30%
(€ 1.200.000 / 4)
Voorbeeld 2. Omzetdaling (referentie-omzet)
Een werkgever start zijn onderneming op 17 juli 2019. Zijn in aanmerking te nemen omzet vanaf 1
augustus 2019 tot en met 29 februari 2020 bedraagt in totaal € 140.000.
In de maanden april tot en met juni 2020 – in dit voorbeeld de periode waarover de werkgever heeft aangegeven zijn omzetdaling berekend wil hebben – is zijn omzet gemiddeld € 10.000 per maand, ofwel € 30.000 over de gehele periode.
In dit geval wordt de omzet over deze 7 maanden (augustus 2019 tot en met februari
2020) naar rato omgezet naar 3 maanden (€ 140.000 / 7 x 3 = € 60.000). Dat is de referentie-omzet.
De omzetdaling is dan:
€ 60.000 – € 30.000 = 0,50 = 50%
€ 60.000
Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid
Kamerbrief Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid