
Het referentiemaandloon dient niet langer als basis voor het minimumloon waarop de werknemer uit hoofde van een dienstbetrekking recht heeft maar wordt nog wel gebruikt voor het vaststellen van de hoogte en indexatie van diverse uitkeringen.
Het wettelijk minimumloon gaat per 1 januari 2024 omhoog met 3,75%. Het wettelijk bruto minimumuurloon voor werknemers van 21 jaar en ouder bedraagt dan € 13,27 per uur. Het gaat om een reguliere indexatie, elk half jaar stijgt het minimumloon mee met de cao-lonen. Tegelijk voert het kabinet per 1 januari 2024 een nieuwe wet in voor het minimumuurloon.
Eén uniform minimumuurloon
De invoering van het wettelijk minimumuurloon betekent dat er geen wettelijk voorgeschreven minimum dag-, week- en maandlonen meer zijn. Daarvoor in de plaats komt één uniform minimumuurloon, waar alle werknemers in Nederland recht op hebben. Het maandloon van een minimumloonverdiener wordt straks bepaald door het feitelijke aantal uren dat is gewerkt. Nu is het nog zo dat minimumloonverdieners die 40 uur werken een lager uurloon hebben dan mensen die 36 uur werken. Aan die ongelijkheid komt een einde.
De invoering van het minimumuurloon kan vragen om aanpassingen van salarisadministraties, arbeidsovereenkomsten en cao’s. Het Kennisdocument wettelijk minimumuurloon 2024 kan werkgevers, salarisadministrateurs en cao-partijen op weg helpen bij de voorbereidingen op de invoering van het wettelijk minimumuurloon.
Vast bedrag per maand berekenen
Een vast bedrag per maand op basis van het minimumuurloon bereken je door het totaal aantal
(te verwachten) arbeidsuren van de werknemer in het betreffende kalenderjaar te delen door 12
en dat te vermenigvuldigen met het geldende minimumuurloon.
Je kunt de volgende basisformule gebruiken:
vast bedrag per maand = (aantal arbeidsuren in betreffende kalenderjaar / 12) * minimumuurloon
Voorbeeld 40-urige werkweek:
Aantal werkbare dagen in 2024 (ma, di, wo, do, vr): 262
Aantal arbeidsuren per werkdag: 40 / 5 = 8
Aantal arbeidsuren in 2024: 262 * 8 = 2096
Wettelijk minimumuurloon: € 13,27
vast bedrag per maand = ( aantal arbeidsuren in een kalenderjaar / 12 ) * minimumuurloon
vast bedrag per maand = (2096 / 12) * € 13,27
vast bedrag per maand = (174 2/3) * € 13,27
vast bedrag per maand per 1 januari 2024 bij 40-urige werkweek = € 2.317,83
Bij een 36-urige werkweek gaat het op basis van deze formule om: € 2.086,04 per 1 januari 2024.
Bij een 38-urige werkweek gaat het op basis van deze formule om: € 2.201,94 per 1 januari 2024.
Aanpassing minimumloon
Minister Van Gennip van SZW informeert in een brief over de halfjaarlijkse aanpassing van het wettelijk minimumloon per 1 januari 2024 en invoering van het wettelijk minimumuurloon.
Het eerstvolgende moment dat het minimumloon wordt geïndexeerd is op 1 januari 2024. Deze indexatie valt samen met de invoering van het wettelijk minimumuurloon. Hierbij wordt de indexatiewijze toegepast zoals voorgeschreven in artikel 14, eerste lid, van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag.
De als bijlage toegevoegde regeling bij de Kamerbrief voorziet in deze indexatie en de bekendmaking van het wettelijk minimumuurloon en wordt spoedig aan de Staatscourant aangeboden voor publicatie.
De Regeling tot indexatie van het wettelijk minimumloon en bekendmaking van het wettelijk minimumuurloon per 1 januari 2024 is op 16 oktober 2023 in de Staatscourant gepubliceerd.
De bedragen, genoemd in artikel 8, eerste lid, onder a en b, van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag worden met ingang van 1 januari 2024 als volgt vastgesteld:
Artikel 8, eerste lid, komt te luiden:
- Het minimumloon bedraagt:
a. voor de toepassing van deze wet: per uur € 13,27;
b. voor de toepassing van wetten die ten aanzien van de berekening van uitkeringen of tegemoetkomingen naar deze wet verwijzen: over elke uitbetalingstermijn van een maand € 2.069,40.
Aanpassingspercentage bedraagt 3,75%
In artikel 14, eerste tot en met derde lid van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML) wordt de aanpassing van het minimumloon geregeld. Hierbij wordt uitgegaan van het gemiddelde van de procentuele ontwikkeling van de contractlonen in de marktsector, de gepremieerde en gesubsidieerde sector en bij de overheid, zoals dat door het CPB wordt berekend.
De uitkomst van de berekening is 3,745 procent en vormt het onafgeronde aanpassingsperentage. Het (onafgeronde) minimumloon, zoals berekend voor de aanpassing per 1 juli 2023 wordt verhoogd met dit percentage.
Minimumuurloon: € 13,27 per uur
Na de (wettelijke) afronding wordt het bruto wettelijke minimumuurloon per 1 januari 2024 vastgesteld op € 13,27 per uur.
In totaal neemt het brutominimumuurloon voor personen van 21 jaar en ouder (na afronding) als gevolg van de indexatie per 1 januari 2024 toe met 3,75 procent ten opzichte van het uurbedrag dat op 1 juli 2023 gold op basis van een 36-urige werkweek.
Referentiemaandloon: € 2.069,40
Het referentiemaandloon bedraagt per 1 januari 2024 bruto € 2.069,40 per maand.
Benadrukt wordt dat door de inwerkingtreding van de Wet invoering minimumuurloon per 1 januari 2024 het referentiemaandloon van artikel 8, eerste lid, onderdeel b, van de WML niet langer als basis dient voor het minimumloon waarop de werknemer uit hoofde van een dienstbetrekking recht heeft.
Gebruikt voor hoogte en indexatie uitkeringen
Het referentiemaandloon wordt nog wel gebruikt voor het vaststellen van de hoogte en indexatie van diverse uitkeringen. Het referentiemaandloon wordt op grond van de wet afgerond op een veelvoud van 60 cent. Ten opzichte van juli 2023 stijgt het referentiemaandloon met 3,73 procent.
Minimumjeugdlonen
De met het wettelijk minimumuurloon corresponderende wettelijke minimumjeugdlonen zijn geregeld in het Besluit minimumjeugdloon.
Leeftijd | Staffeling | Per uur |
21 jaar en ouder | 100,0% | € 13,27 |
20 jaar | 80,0% | € 10,62 |
19 jaar | 60,0% | € 7,96 |
18 jaar | 50.0% | € 6,64 |
17 jaar | 39,5% | € 5,24 |
16 jaar | 34,5% | € 4,58 |
15 jaar | 30,0% | € 3,98 |
Voor werknemers die werkzaam zijn op basis van een arbeidsovereenkomst die is aangegaan in verband met de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) gelden alternatieve staffels, die zijn vastgesteld in het Besluit minimumjeugdloon. Voor leerlingen in de bbl in de leeftijd van 15 tot en met 17 jaar en 21 jaar gelden bovenstaande bedragen.
Leerlingen in de bbl
Voor leerlingen in de bbl in de leeftijd van 18 tot en met 20 jaar gelden de volgende wettelijke minimumjeugdlonen:
Leeftijd | Staffeling | Per uur |
20 jaar | 61,5% | € 8,16 |
19 jaar | 52,5% | € 6,97 |
18 jaar | 45,5% | € 6,04 |