
De Kennisgroep internationaal belastingrecht van de Belastingdienst heeft een vraag beantwoord over artikel 15, derde lid, belastingverdrag Nederland-België 2001. Een fiets- en voetveer kwalificeert als schip.
Een werknemer werkt 6 maanden per jaar in een dienstbetrekking voor een Nederlandse particuliere werkgever en woont in België. De werknemer vaart met een veerboot, geëxploiteerd door de Nederlandse werkgever, over de grensmaas tussen België en Nederland. Het betreft een fiets- en voetveer. Hij werkt 50% van zijn tijd in Nederland en 50% in België.
Belastingverdrag Nederland-België
Kwalificeert het fiets- en voetveer als ‘schip’ in de zin van artikel 15, derde lid van het verdrag tussen Nederland en België.
Ja, het fiets- en voetveer kwalificeert als schip in de zin van artikel 15, derde lid van het verdrag tussen Nederland en België. Dat het veer steeds maar een korte afstand aflegt is niet relevant.
Toepassing van genoemd artikel heeft tot gevolg dat het loon van de werknemer belast is in Nederland omdat de werkelijke leiding van de onderneming in Nederland is gelegen.
Het belastingverdrag Nederland-België 2001 wijst de heffing over het loon van werknemer toe aan Nederland. Er is sprake van een beloning die de werknemer ontvangt voor een dienstbetrekking uitgeoefend aan boord van een schip (art. 15, par. 3 belastingverdrag Nederland-België 2001).
Veerboot = schip
De veerboot is als een schip aan te merken en de veerboot vervoert goederen/mensen. Er is sprake van exploitatie van een schip. Dat het schip maar een korte afstand aflegt, maakt dat niet anders.
Nederland heeft heffingsrecht
De beloning is belast in de staat waar de werkelijke leiding van de onderneming is gelegen die dat schip exploiteert. De werkelijke leiding van de onderneming die het schip exploiteert is gelegen in Nederland. Het heffingsrecht komt dan aan Nederland toe.