Stelt de werkgever gelijktijdig meer dan een auto ter beschikking aan een werknemer? Eerder vermeldden wij dat de bijtelling vanaf 2021 op een andere manier moet worden berekend. Door diverse praktijkvragen heeft de Belastingdienst besloten om deze wijziging uit te stellen tot 2022.
Bijtelling gewijzigd bij meerdere auto’s van de zaak werknemer
Wanneer de werkgever meerdere auto’s tegelijkertijd ter beschikking stelt aan de werknemer, geldt de bijtelling voor de auto(‘s) waarmee de werknemer op kalenderjaarbasis meer dan 500 privékilometers rijdt. Daarnaast houd je rekening met het aantal rijbewijzen binnen het gezin.
Is de werknemer alleenstaand? Of is er binnen het gezin maar één persoon met een rijbewijs? Dan hoef je maar voor één auto bij te tellen.
Zijn er twee rijbewijzen binnen het gezin, dan tel je voor twee auto’s bij. Zijn er meer rijbewijzen binnen het gezin, dan tel je voor evenveel auto’s bij als er rijbewijzen zijn.
In 2021 – auto’s met de hoogste cataloguswaarde
Heeft de werknemer meerdere auto’s van de zaak, maar hoef je niet voor alle auto’s bij te tellen? Tot en met 2021 tel je, zoals je gewend bent, bij voor de auto(‘s) met de hoogste cataloguswaarde.
Per 2022 – auto(‘s) met de hoogste bijtelling
Per 1 januari 2022 gaat de bijtelling wél veranderen. Heeft de werknemer meerdere auto’s van de zaak, maar hoef je niet voor alle auto’s bij te tellen? Dan tel je vanaf dat moment bij voor de auto(‘s) met de hoogste bijtelling.