De bv kan kiezen om het leasebedrag voor eigen rekening te nemen of door te belasten aan de werknemer (dga). De fiets blijft dus in eigendom van de werkgever (de BV) of eventueel de leasemaatschappij.
Het ter beschikking stellen van een fiets is niet nieuw. In het verleden moest de bijtelling voor privégebruik worden berekend door het aantal privékilometers te vermenigvuldigen met de kostprijs per kilometer van de fiets. Per 1 januari 2020 is dit eenvoudiger en is het privévoordeel te berekenen aan de hand van een bijtellingspercentage, net zoals bij de auto van de zaak.
Bijtelling
De bijtelling bij het ter beschikking stellen van een fiets bedraagt 7 procent van de cataloguswaarde en eventuele accessoires van de fiets (inclusief btw). Gezien de relatief lage cataloguswaarde (in vergelijking met een auto) en de lage bijtelling blijven de nettokosten voor de dga of werknemer beperkt tot een paar euro per maand.
De werkgever mag er ook voor kiezen de bijtelling voor zijn rekening te nemen. De werkgever kan hiervoor de vrije ruimte in de werkkostenregeling gebruiken. In dat geval hoeft de werknemer geen belasting te betalen.
Voorbeeld
Voor een fiets van €4.000, geldt een bijtelling van €280 op jaarbasis voor het privé gebruik. Bij het hoogste IB-tarief (voor het deel van het inkomen boven de €68.507 is het tarief in 2020: 49,50%) kost de bijtelling maandelijks €11,55. Dat is nog geen €140 euro per jaar.
Voor de werkgever zijn de kosten van de fiets (onderhoud, verzekering, reparatie e.d.) aftrekbaar. De aanschafprijs moet geactiveerd worden op de balans en de jaarlijkse afschrijving is dan ook aftrekbaar.
Bij een elektrische fiets geldt dat de werkgever de elektriciteitskosten van het thuis opladen onbelast mag vergoeden (intermediaire kosten). De aanschaf van bijvoorbeeld een speed pedelec is fiscaal extra interessant omdat hiervoor nog fiscale subsidieregelingen gelden. Door deze regelingen te combineren kan het belastingvoordeel oplopen naar meer dan 40 procent van de aanschafprijs.
Zakelijk gebruik
De fiets moet ook (mede) zakelijk gebruikt worden. Denk hierbij aan gebruik voor woon-werkverkeer of misschien zelfs aan ritten met of naar zakelijke relaties.
Voor de zakelijke (waaronder woon-werk) gereden kilometers bestaat geen recht meer op de aftrek van €0,19 per kilometer. Daarmee is de fiets van de zaak vanuit fiscale optiek relatief vooral aantrekkelijk voor werknemers met een korte woon-werkafstand.
De fiets van de zaak staat los van de auto van de zaak. Een dga/werknemer kan beide regelingen tegelijk gebruiken.
Bron: HLB