Het pakket Belastingplan 2025 is op 14 november 2024 door de Tweede Kamer aangenomen. Nu moet de Eerste Kamer zich nog buigen over het Belastingplan.
De omstreden btw-verhoging op sport, cultuur en media per 1 januari 2026 die in het Belastingplan 2025 staat, is aangenomen in de Tweede Kamer en ook de Eerste Kamer zal instemmen met deze wijzigingen. Dit alleen onder de harde voorwaarde van minister Heinen van Financiën dat de maatregel in het voorjaar van 2025 wordt teruggedraaid door een alternatieve dekking te vinden, dus voordat de hogere btw per 2026 van kracht wordt.
Bij het Pakket Belastingplan 2025 zijn een groot aantal moties en amendementen ingediend. Zie stemmingen Pakket Belastingplan 2025 (Tweede Kamer).
Vrije ruimte omhoog
Een amendement betreft het uitbreiden van de vrije ruimte in de werkkostenregeling. Dit amendement is aangenomen.
De vrije ruimte in de werkkostenregeling bedraagt nu 1,92% tot een loonsom van € 400.000 en 1,18% voor het loon boven € 400.000.
Het amendement stelt voor om per 1 januari 2025 het percentage van de eerste schijf van de vrije ruimte te verhogen van 1,92% naar 2%. Daarnaast wordt voorgesteld om per 1 januari 2027 het percentage van de eerste schijf van de vrije ruimte te verhogen van 2% naar 2,16%.
In de toelichting bij het amendement staat het volgende:
“Door uitbreiding van de vrije ruimte in de Werkkostenregeling kunnen mkb-werkgevers bijvoorbeeld makkelijker een gezonde lunch, sportabonnement of thuiswerkvergoeding aanbieden. Indiener kiest voor een verhoging in de eerste schijf van de Werkkostenregeling, tot een loonsom van €400.000. Structureel leidt dit tot een voordeel voor werkgevers van ongeveer €960 per jaar, waarvan het voordeel voornamelijk bij het mkb ligt.
Als dekking is gekozen voor het verlagen van de heffingskorting groen beleggen en de vrijstelling groen beleggen in Box 3. Indiener is van mening dat dit past bij de ambitie van dit kabinet om het aantal fiscale regelingen te verminderen.”
Het verhogen van de eerste schijf van de vrije ruimte van de WKR van 1,92% naar 2% per 2025 kost volgens de indieners van het amendement € 20 miljoen per jaar. Vanaf 2027 wordt met dit amendement het percentage in de eerste schijf verder verhoogd tot 2,16%, wat volgens de indieners leidt tot een totale budgettaire derving van € 59 miljoen per jaar.
Verhoging budget voor WBSO
Daarnaast is onder meer een amendement aangenomen over een structurele verhoging van het budget voor de WBSO.
Indieners beogen met dit amendement het budget voor de Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO) structureel te verhogen met €100 miljoen.
Indieners stellen drie parameteraanpassingen voor:
- De aftrek voor starters in de WBSO te verhogen naar 50%. Indieners beogen hiermee vooral start-ups met innovatieve ideeën aan te jagen.
- Het tarief van de eerste schijf te verhogen naar 36%. In Nederland wordt het meest gebruik gemaakt van de WBSO voor kleinere investeringen. We stellen daarom voor dit verder te stimuleren.
- De eerste schijf verruimen van €350.000 naar €380.000. De schijfgrens is al jarenlang niet geïndexeerd, terwijl de kosten van investeringen wel zijn gestegen.
De structurele dekking voor dit amendement wordt gevonden in de verhoging van de Aof-premie met 0,04%. Indieners roepen de Minister daartoe op bij het slaan van de jaarlijkse regeling waarin deze tarieven zijn opgenomen, voor 2025 de verhoging mee te nemen.
Ook een amendement over de overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting voor werkende alleenverdieners is aangenomen.
Aangenomen moties
Ook is er onder meer een motie aangenomen over bij de aanpassing van het belastingstelsel een rechtsvergelijkend onderzoek te doen per maatregel.
De motie over de regelingen in de loon- en inkomstenbelasting ten aanzien van het onbelast verstrekken van extraterritoriale kosten voor ingekomen werknemers versoberen is aangehouden.
De motie over burgers en ondernemers duidelijk maken dat elektrisch rijden vanaf 2026 aantrekkelijk blijft vergeleken met rijden op benzine is ook aangenomen.
Daarnaast is de motie over een scheiding tussen wetgeving die mee moet lopen in het strakke behandelschema van het Belastingplan en wetgeving met een langere behandeltijd aangenomen.
Behandeling in Eerste Kamer
Nu moet de Eerste Kamer aan de slag met het pakket Belastingplan 2025.
Het behandelschema in de Eerste Kamer is als volgt:
dinsdag 5 november 2024 | Technische briefing Raad van State |
maandag 18 november 2024 | Technische briefing |
dinsdag 19 november 2024 | Procedure |
dinsdag 26 november 2024 | Inbreng voor het verslag |
vrijdag 29 november 2024 | Ontvangst Nota n.a.v. het verslag |
dinsdag 3 december 2024 | Inbreng voor het tweede verslag |
vrijdag 6 december 2024 | Ontvangst Nota n.a.v. het tweede verslag |
maandag 9 en dinsdag 10 december 2024 | Plenaire behandeling |
dinsdag 17 december 2024 | Stemmingen wetsvoorstellen |
De stemmingen op het pakket Belastingplan 2025 vinden dus volgens planning plaats op dinsdag 17 december 2024.