Gebleken is dat de NOW-regeling nogmaals op een aantal punten gewijzigd en aangevuld moet worden. Daartoe strekt deze wijzigingsregeling. Dit is de derde wijziging van de NOW sinds de inwerkingtreding.
De wijzigingen betreffen:
1 Overgang van onderneming
De referentie-omzet is de omzet over het kalenderjaar 2019, gedeeld door vier.
In afwijking hiervan is de referentie-omzet die is gerealiseerd in de periode tot en met 29 februari 2020, gedeeld door het aantal maanden waarvan de omzet in aanmerking wordt genomen, vermenigvuldigd met drie, gerekend vanaf de eerste volledige kalendermaand vanaf:
- de aanvang van de bedrijfsuitoefening, indien sprake is van een werkgever waarvan de bedrijfsuitoefening na 1 januari 2019 is aangevangen; of
- de overgang, indien de werkgever na 1 januari 2019 een economische eenheid heeft overgenomen.
De aanvrager van een NOW-subsidie kan – bij een overname na 1 januari 2019, maar uiterlijk op 1 februari 2020 – de kalendermaanden vanaf het moment van de overgang hanteren voor de omzetvergelijking, omgerekend naar de omzet over drie maanden.
De bepaling voor startende bedrijven is beperkt gewijzigd door de referentie-omzet te laten starten vanaf de eerste kalendermaand op de dag van de aanvang van de bedrijfsuitoefening, in plaats van de dag na aanvang van de bedrijfsuitoefening. Dit heeft tot gevolg dat ondernemingen die starten op 1 februari 2020 ook nog kunnen profiteren van deze alternatieve berekeningswijze voor de referentie-omzet. Een bedrijf moet wel uiterlijk op 1 februari 2020 zijn gestart, omdat er anders geen relevante refertemaand voor de omzet voorhanden is.
2 Loonsombepaling
Geregeld wordt dat de loonsom van maart t/m mei gehanteerd kan worden bij de subsidievaststelling. Met deze wijziging wordt het mogelijk gemaakt dat een werkgever niet onnodig benadeeld wordt doordat zijn loonsom in de subsidieperiode (maart t/m mei) hoger is dan de loonsom in de referentiemaand (januari).
Deze wijziging zorgt ervoor dat werkgevers de loonsom van maart t/m mei kunnen hanteren bij de subsidievaststelling, mits de loonsom in de periode maart t/m mei 2020 hoger is dan driemaal de loonsom van januari. In deze rekenmethode wordt de hoogte van de loonsom in de maanden april en mei altijd gemaximeerd op het niveau van maart.
De loonsom van april en mei worden gebaseerd op de loongegevens zoals vastgesteld op 19 juli 2020.
3 Extra periode salaris uit loonsom filteren
Geregeld wordt dat extra periode salaris uit de loonsom kan worden gefilterd tijdens zowel de referentieperiode als de subsidieperiode.
De regeling wordt aangepast om te voorkomen dat werkgevers alleen vanwege de betaling van een dertiende maand in januari een aanzienlijk deel van de NOW-subsidie moeten terugbetalen bij vaststelling. Het blijkt niet mogelijk om andere incidentele betalingen uit de loonsom te filteren zoals eenmalige bonussen. Daarvoor kan de loonsom dan ook niet worden geschoond.
4 Accountantsverklaring
Om zoveel mogelijk werkgevers vooraf helderheid te geven of een accountantsverklaring is vereist is bepaald dat bedrijven die een voorschot hebben ontvangen van € 100.000 of meer een accountantsverklaring moeten overleggen.
Bij de bedragen van € 100.000 voor het voorschot en € 125.000 voor het vaststellingsbedrag wordt uitgegaan van het bedrag van de individuele rechtspersoon/natuurlijke persoon of het concern indien er sprake is van een concern. Hierbij wordt niet per loonheffingennummer gekeken.
De meerderheid van de bedrijven heeft waarschijnlijk geen verklaring van een accountant nodig, omdat sprake is van een voorschot onder de € 100.000 of een subsidiebedrag onder de € 125.000. Dat betekent echter niet dat er bij hen geen controle plaatsvindt.
Organisaties zal altijd bij het verzoek tot vaststelling gevraagd worden een aantal bevestigingen te doen dat zij hun aanvraag naar waarheid hebben ingevuld en dat zij onder meer verklaren dat er geen sprake is van misbruik en oneigenlijk gebruik van subsidiegelden en onderneming zich bewust is van extra controles in geval van (vermoeden van) misbruik en oneigenlijk gebruik. Daarnaast zal bij het verzoek om vaststelling van een subsidie met een voorschot boven de € 20.000 of een vaststelling boven de € 25.000 een verklaring van een derde overlegd moeten worden mits geen accountantsverklaring overlegd hoeft te worden.
Vooralsnog is uitgegaan van een termijn van 24 weken waarbinnen een werkgever een verzoek om vaststelling van de subsidie moet doen en waarbinnen ook de accountantsverklaring moet zijn verstrekt. In de regeling wordt de termijn voor vaststelling verlengd naar 38 weken voor aanvragen waarvoor een verklaring van een accountant wordt meegestuurd.
5 Verlenging aanvraagtijdvak
Het aanvraagtijdvak voor de eerste tranche van de NOW wordt langer opengesteld: tot en met 5 juni 2020.
Deze regeling introduceert twee nieuwe mogelijkheden voor aanvragers van een tegemoetkoming op grond van de NOW:
- de mogelijkheid om voor de berekening van de loonsom ook te kijken naar de maanden maart, april en mei en
- de mogelijkheid om bij een overgang van onderneming de omzet op een afwijkende manier te bepalen.
Hierdoor kunnen werkgevers die in eerste instantie niet in aanmerking kwamen voor een tegemoetkoming op grond van de NOW mogelijk alsnog succesvol een aanvraag doen.
6 Wijziging moment subsidievaststelling
De regeling schrijft voor dat een aanvraag om vaststelling van de subsidie wordt gedaan binnen 24 weken na afloop van het gekozen omzettijdvak. Hieruit kon worden afgeleid dat verzoeken om vaststelling per 1 juni 2020 ingediend konden worden. Inmiddels is duidelijk dat het, mede gelet op de verlenging van de NOW met een tweede aanvraagtijdvak, niet mogelijk is om eerder dan 7 oktober 2020 verzoeken om subsidievaststelling in behandeling te nemen (18 weken later dan 1 juni). Daarom wordt geregeld dat een werkgever een aanvraag om subsidievaststelling kan doen na 6 oktober 2020.
De indieningstermijn van 24 weken voor de aanvraag begint vanaf die datum te lopen. De werkgevers waarvoor geldt dat hun omzettijdvak per 31 mei of 30 juni eindigde, krijgen dan ook langer de tijd om een aanvraag om vaststelling van subsidie voor te bereiden.