
Minister Van Hijum van SZW biedt de Tweede Kamer de Regeling tot verlenging en wijziging van de SLIM-regeling naar aanleiding van de evaluatie van deze regeling (Verlenging SLIM-regeling) in verband met het stimuleren van een leerrijke werkomgeving in het mkb aan.
De SLIM-regeling stimuleert een leerrijke werkomgeving in het mkb. Het is een subsidie voor activiteiten gericht op leren en ontwikkelen. De subsidie kan worden aangevraagd door individuele mkb-ondernemingen of door samenwerkingsverbanden tussen ten minste twee mkb-ondernemingen.
Evaluatie
Recent is een tussenevaluatie uitgevoerd. Hierin is zowel een beoordeling van het monitor- en declaratieproces van de regeling, als de eerste bevindingen over de effecten, doeltreffendheid en doelmatigheid van de SLIM-regeling gegeven. De resultaten zijn overwegend positief.
Administratieve lasten verminderen
Een belangrijk aandachtspunt de administratieve lasten voor ondernemers. In dat kader zijn enkele aanpassingen aan de SLIM-regeling doorgevoerd. Het uitgangspunt is om deze lasten zo laag mogelijk te houden.
In lijn met de Aanwijzingen voor subsidieverstrekking, ook wel bekend als het Uniform Subsidiekader (hierna: USK), worden verleende subsidies van minder dan € 25.000 vanaf nu ambtshalve vastgesteld. Er hoeft geen verzoek tot vaststelling meer te worden ingediend door de aanvrager. Ook hoeft er geen evaluatieverslag te worden gemaakt. Wel zal de subsidieaanvrager, indien hij onderdeel uitmaakt van een steekproef, moeten aantonen dat het initiatief waarvoor subsidie is verleend, is uitgevoerd en aan de overige subsidieverplichtingen is voldaan. In de beschikking tot subsidieverlening zal worden bepaald op welke manier hij dit moet doen.
Daarnaast wordt het USK ook gevolgd voor wat betreft het bijhouden van een administratie. Dit is voor subsidies onder de € 25.000 niet langer vereist. Dit zal de administratieve last voor ondernemers aanzienlijk verminderen.
Verder wordt er voortaan meer met vaste formats gewerkt, welke beschikbaar zijn op de website van de uitvoerder van de SLIM-regeling. Ook geldt een kortere beslistermijn, waardoor ondernemers eerder weten of zij de subsidie daadwerkelijk krijgen.
Voorschotverlening
Het USK gaat bij subsidies tot een bedrag van € 25.000 uit van het verstrekken van een volledig voorschot bij verlening van de subsidie. Aangezien de SLIM-regeling pas sinds januari 2023 werkt met voorschotverlening en er vanuit andere subsidies voor Leven Lang Ontwikkelen reële risico’s naar voren zijn gekomen voor het aanwenden van verstrekte subsidiegelden voor andere doelen dan beoogd, is ervoor gekozen om bij subsidies die zijn verleend aan individuele mkbondernemingen, waar op grond van de SLIM-regeling altijd minder dan € 25.000 aan subsidie zal worden verleend, de helft van het verleende subsidiebedrag als voorschot te verlenen. Dit sluit aan bij het huidige voorschotpercentage. De resterende helft zal na afloop met ambtshalve vaststelling worden overgemaakt of verrekend.
Mochten de ervaringen met de SLIM-regeling voldoende vertrouwen geven die niet tot te grote risico’s tot misbruik of oneigenlijk gebruik leiden, kan dit percentage gewijzigd worden. Dit geeft de uitvoerder ook de tijd om de activiteiten voor handhaving goed in te richten. Ook voor subsidieaanvragen van samenwerkingsverbanden zal het voortaan mogelijk zijn om op het moment van subsidieverlening al een voorschot te ontvangen. De hoogte van het voorschot is afhankelijk van de duur en de hoogte van de verleende subsidie.
Bij verlening van de subsidie zal een voorschot worden verleend dat gelijk wordt uitbetaald en, indien het initiatief langer dan twaalf maanden duurt, voor een deel bij verlening en voor een deel na het indienen van het tussentijdse voortgangsverslag. Het resterende gedeelte wordt bij de vaststelling voldaan. Vanwege de bevoorschotting wordt het voortaan verplicht om bij de subsidieaanvraag een bewijs te overleggen waaruit blijkt dat het in de aanvraag opgenomen bankrekeningnummer op naam staat van de subsidieaanvrager.
Subsidiepercentage
Uiteindelijk is besloten dat het subsidiepercentage, dus datgene wat van de subsidiabele kosten voor SLIM-activiteiten wordt vergoed, zal worden verlaagd voor kleine mkb-ondernemingen. Dit is met deze wijziging gelijk voor alle type ondernemingen en bedraagt voortaan 60%. Dit ziet overigens alleen op de subsidiabele kosten en niet op de vergoeding voor externe kosten, directe loonkosten en de accountantsverklaring.
Voor kleine ondernemingen zal dit zeker gevolgen hebben, maar er is ervoor gekozen om een groter bereik van de SLIM-subsidie te laten prevaleren.
Aangepaste subsidiabele activiteiten
Vanwege gewijzigd beleid zullen twee eerdere subsidiabele activiteiten niet langer voor SLIM-subsidie in aanmerking komen.
Dat geldt allereerst voor praktijkleerplaatsen ten behoeve van een beroepsopleiding of een deel daarvan in de derde leerweg bij een erkend leerbedrijf. Nu kunnen ondernemers voor het beschikbaar stellen van zo’n praktijkleerplaats een subsidie krijgen van maximaal € 2.700 ter vergoeding van de benodigde opleiding voor de medewerker, zoals begeleidingskosten, kosten voor productiviteitsverlies of (voor zover van toepassing) verletkosten.
De beroepsopleiding derde leerweg blijft, vanwege deze ruime mogelijkheden, een zeer geschikte manier om maatwerktrajecten te realiseren voor volwassenen met werkervaring, werkzoekenden of werkenden die een carrièreswitch willen maken.
Er is nu echter, anders dan bij de start van de SLIM-regeling, een andere subsidie voorhanden met de Subsidieregeling praktijkleren in de derde leerweg die wordt verlengd tot en met 2031. Daarom is dit onderdeel met de voorhanden wijziging uit de SLIM-regeling gehaald.
Ten tweede zal het aparte hoofdstuk voor grootbedrijven uit de sector landbouw, horeca en recreatie komen te vervallen.
Het vervallen van dit hoofdstuk laat onverlet dat deze ondernemers nog als deelnemer van een samenwerkingsverband SLIM-subsidie kunnen ontvangen. Daarnaast zullen initiatieven van een samenwerkingsverband voortaan altijd uit activiteit c (het ondersteunen en begeleiden bij het ontwikkelen of invoeren van een L&O-methode) moeten bestaan.
De intentie van subsidie aan samenwerkingsverbanden is dat dankzij samenwerking initiatieven op grotere schaal ingezet kunnen worden en leren en ontwikkelen niet wordt gestimuleerd in één enkele onderneming maar in bijvoorbeeld een hele regio of hele sector. Dit maakt dat invoering van een methode vereist is. Het effect van de initiatieven kan daarmee veel groter zijn en zorgen voor een sterkere leercultuur in het mkb als geheel. Het gevolg van deze wijziging is ook dat de subsidiabele kosten van een samenwerkingsverband altijd ten minste € 210.000 zullen moeten zijn.
Overige wijzigingen
In de SLIM-regeling wordt voortaan benadrukt dat activiteiten niet subsidiabel zijn wanneer zij alleen ten goede komen aan de bestuurders van een onderneming of degene die de onderneming drijft. Dit expliciteert dat activiteiten niet gericht mogen zijn op de ondernemer zelf, aangezien het doel is om de leercultuur te bevorderen en het dan om een onderneming met meerdere werknemers moet gaan. Dit neemt niet weg dat een ondernemer ook zelf deel mag nemen aan de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd, zolang de onderneming maar andere werkenden heeft die ook deelnemen aan deze activiteiten.
Regels rond loting verduidelijkt
Verder zijn de regels rond loting zodanig verduidelijkt dat per subsidieaanvrager slechts één aanvraag van gelijke strekking in behandeling wordt mee geloot. Dit moet ertoe leiden dat de loting zo eerlijk mogelijk verloopt en iedereen een gelijke kans op toewijzing van SLIM-subsidie krijgt.
Verzoek om uitstel
In de praktijk komt het voor dat subsidieaanvragers meer tijd nodig hebben om het initiatief waarvoor subsidie is verleend, te voltooien. In de SLIM-regeling is daarom nu expliciet de mogelijkheid opgenomen voor de subsidieaanvrager om te verzoeken om uitstel en voor de minister om te bepalen dat het initiatief ook na de maximale looptijd mag zijn afgerond.
Voorwaarde voor dit laatste is wel dat de subsidieaanvrager het niet op tijd kunnen afronden van het initiatief komt door omstandigheden die niet aan de subsidieaanvrager kunnen worden toegerekend. Bovendien kan het uitstel nooit meer bedragen dan drie maanden na de maximale looptijd. Subsidieaanvragers die hun initiatief niet op tijd kunnen afronden, kunnen een verzoek tot uitstel indienen bij de uitvoerder van de SLIM-regeling.
Financieel verslag met controleverklaring
Bij subsidies die € 125.000 of meer bedragen zal een subsidieaanvrager op grond van de Kaderregeling een financieel verslag moeten voegen dat vergezeld gaat van een controleverklaring die is opgesteld door een accountant. Omdat het opstellen van een dergelijke verklaring geld kost en deze kosten voortkomen uit een verplichting die van overheidswege is opgelegd, komen ook de kosten van het opstellen van een controleverklaring voortaan in aanmerking voor vergoeding op grond van de SLIM-regeling. Hierbij geldt dan een vaste vergoeding van € 3.000.
Aan de SLIM-regeling is tot slot een algemene hardheidsclausule toegevoegd om in individuele gevallen een oplossing te kunnen bieden voor situaties die te onevenredig uitvallen voor subsidieaanvragers.
Een overgangsbepaling regelt dat een groot deel van de oude SLIM-regeling van toepassing blijft op bestaande aanvragen en verleningen. Dit heeft met name te maken met de uitvoering die zich in 2025 kan instellen op veranderde aanvragen.
Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Hiermee wordt afgeweken van de vaste verandermomenten en de minimuminvoeringstermijn.
De SLIM-regeling verloopt op 1 januari 2025. Als deze wijzigingsregeling in werking zou treden op het eerstvolgende vaste verandermoment, te weten 1 januari 2025, zou dit te laat zijn, omdat de SLIM-regeling op dat moment al is vervallen. Het is daarom van belang dat deze wijzigingsregeling, die onder meer de verlenging van de SLIM-regeling regelt, nog voor 1 januari 2025 in werking treedt.
Met de aanpassingen in dit artikel is de looptijd van de SLIM-regeling verlengd met de duur van vijf jaar. De SLIM-regeling vervalt nu op 1 januari 2030.