De rechter vindt dat het niet aannemelijk is geworden dat de Staat onrechtmatig heeft gehandeld en wijst daarom de vordering van de man af.
Pensioen van ABP
De gepensioneerde man ontvangt een pensioen van het ABP. Door de voorgeschreven risicovrije rekenrente kon het ABP het pensioen van de man vanaf het najaar van 2008 tot 2021 niet meer indexeren. Dit terwijl het vermogen van ABP in die periode aanzienlijk is gegroeid.
Waarom lage risicovrije rekenrente i.p.v. hogere marktrente?
Volgens de man heeft de Staat de pensioenfondsen ten onrechte voorgeschreven om bij het berekenen van hun financiële ruimte voor indexatie uit te gaan van een (lage) risicovrije rekenrente in plaats van een hogere marktrente. De man vindt dat de Staat de Europese Pensioenrichtlijn op deze manier niet correct heeft geïmplementeerd en stelt de Staat aansprakelijk. Hij vordert ruim 26.000 euro van de Staat.
Voorschriften in Pensioenrichtlijn
De voorzieningenrechter wijst de vordering van man af. In de Pensioenrichtlijn staan voorschriften over de berekening van de maximale toegestane rente. Dit impliceert dat er ook ruimte is voor een lagere rente, oordeelt de voorzieningenrechter. Ook schrijft de Pensioenrichtlijn voor dat het lidstaten is toegestaan om zelf nadere regels te stellen die ten koste kunnen gaan van (eventuele) ruimte voor indexatie.
Risicovrije rekenrente voorschrijven mag
Het is in dit kort geding onvoldoende aannemelijk geworden dat de Staat geen risicovrije rekenrente mocht voorschrijven. De overige bezwaren van de man maken ook niet dat de voorzieningenrechter de Staat kan verplichten de door de man gestelde indexatieschade aan hem te vergoeden.
Uitspraak Rechtbank Den Haag, 28 juni 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:9268