
De minister bereidt een wijziging van de Arbowet voor waarmee het onder voorwaarden en voor bepaalde functies en functiegroepen bij bedrijven die onder het Besluit risico’s zware ongevallen 2015 vallen, mogelijk wordt op alcohol en drugs te testen.
Alcohol en drugs beïnvloeden het handelen van mensen en het gebruik van deze middelen vormt een bedreiging voor de veiligheid op de werkvloer. Werkenden die tijdens hun werk onder invloed zijn van alcohol en drugs hebben een verhoogd risico om betrokken te raken bij een ongeval dat grote gevolgen kan hebben voor de werknemer zelf én voor andere personen en gebouwen op en zelfs buiten het bedrijfsterrein.
Een goed alcohol- en drugsbeleid, met aandacht voor preventie, het gesprek op de werkvloer en waar nodig hulp en begeleiding, kan bijdragen aan het beperken van deze risico’s. Het afnemen van een alcohol- of drugstest kan vervolgens als sluitstuk deel uitmaken van dit beleid.
Hoewel de minister zich realiseert dat het afnemen van dergelijke testen een ernstige inbreuk vormt op de privacy en de lichamelijke integriteit van werkenden, acht zij de maatregel van testen in
specifieke situaties en onder stringente voorwaarden gezien de risico’s proportioneel.
Maatregelen aangekondigd
Vanwege deze risico’s heeft de toenmalig staatssecretaris Van Ark op 16 januari 2020 maatregelen aangekondigd om het afnemen van testen op alcohol en drugs op de werkplek, alleen in vóóraf vastgelegde specifieke risicovolle situaties, voor specifieke functies en functiegroepen mogelijk te maken. Door de inzet van capaciteit voor werkzaamheden in verband met de beheersing van de gevolgen van Covid, is dit traject tijdelijk stopgezet. In het Commissiedebat van 24 juni 2021 heeft minister Koolmees toegezegd de Tweede Kamer na de zomer te informeren over het vervolg van het wetstraject.
Met deze brief geeft de minister invulling aan deze toezegging en meldt zij dat het wetgevingstraject dat moet leiden tot een wettelijke regeling in de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) voor het afnemen van testen op alcohol en drugs bij bedrijven die vallen onder het Besluit risico’s zware ongevallen 2015 (Brzo 2015), inmiddels weer is opgestart.
Inhoud wetgevingstraject
In Nederland zijn circa 400 bedrijven die onder het Brzo 2015 vallen, variërend van complexe chemische industrie tot relatief eenvoudige opslagbedrijven voor bepaalde typen gevaarlijke stoffen. In lijn met het voorstel van de toenmalig staatssecretarissen, richt Van Gennip zich op Brzo-bedrijven, omdat de risico’s op een zwaar ongeval door het werken met en de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen bij het verlies van controle over de processen, binnen deze categorie van bedrijven evident zijn. Bij deze bedrijven bestaat bovendien een duidelijk beeld van de specifieke veiligheidsfuncties en -groepen, waarbij deze risico’s zich kunnen voordoen.
Concreet betekent dit dat de minister nu een wijziging van de Arbowet voorbereidt. Daarmee wordt het mogelijk om onder stringente voorwaarden en voor specifieke functies en functiegroepen bij Brzo-bedrijven op alcohol en drugs te testen.
Uitgangspunt van de voorgestane wettelijke regeling is dat de werkgever een goed AD-beleid (alcohol en drugs) binnen zijn/haar bedrijf heeft geïmplementeerd. Dit beleid vormt een noodzakelijke voorwaarde voor het mogen testen.
Najaar 2022
In het wetsvoorstel gaat Van Gennip ook in op de rol van de ondernemingsraad bij het al dan niet initiëren van de mogelijkheid binnen een bedrijf om alcohol- en drugstesten toe te staan. Het streven is het wetsvoorstel in het najaar van 2022 aan te bieden voor internetconsultatie.
Nader onderzoek
Op dit moment analyseren TNO en het Trimbos-instituut in opdracht van het ministerie van SZW bestaande data met betrekking tot werk en gebruik van alcohol en drugs. Dit onderzoek is binnenkort gereed. Op basis van dit onderzoek zal de minister opdracht geven tot aanvullend onderzoek naar de omvang van de problematiek en de effectiviteit van alcohol- en drugstesten en nadat dergelijke testen zijn toegestaan worden ook de eerste ervaringen bij het Brzo-bedrijven met het testen meegenomen.
Bestaande instrumenten
Er zijn al diverse instrumenten waarover de werkgevers beschikken om een gezond en veilig werkklimaat te realiseren:
- Een werkgever heeft de mogelijkheid om op grond van het instructierecht ordevoorschriften uit te vaardigen waaraan een werknemer moet voldoen. Hierbij kan ook gedacht worden aan een verbod op gebruik van alcohol en drugs op de werkvloer en/of voorafgaand aan de werkzaamheden.
- Ook kan de werkgever een medewerker die onder invloed is, de toegang ontzeggen.
- Verder kan de werkgever rechtspositionele maatregelen treffen (een waarschuwing, financiële maatregel, ontslag, ontbinding).
- Bij (para) medische beroepen is ook tuchtrecht van toepassing. Op basis van de Wegenverkeerswet 1994, de Scheepsvaartverkeerswet, de Wet zeevarenden, de Spoorwegwet, de Wet lokaal spoor en de Wet luchtvaart is het afnemen van sommige tests voor bepaalde beroepen nu al toegestaan. Ook de Wet ambtenaren defensie bevat deze mogelijkheid.
Goed ADM-beleid
Daarnaast is het hebben en verder versterken van een goed alcohol- en drugs- (en medicijnen-)beleid (ADM-beleid) binnen ondernemingen van groot belang. Met een goed ADM-beleid kan en moet de werkgever zorg dragen voor een veilige en gezonde werkomgeving, waarbij het de gezondheid en veiligheid van de werknemer centraal staat (artikel 3 van de Arbeidsomstandighedenwet).
In dit beleid, moet voldoende aandacht zijn voor preventie en het gesprek op de werkvloer. Medewerkers die een alcohol- of drugsprobleem blijken te hebben, moeten tijdig en adequaat worden geholpen om daarvan af te komen.
Een veilige werkomgeving is van groot belang. Het onder invloed zijn van alcohol of drugs hoort niet thuis op de werkvloer. De minister vindt het belangrijk dat werkgevers door middel van een goed ADM-beleid daartegen kunnen optreden en werkenden kunnen helpen en begeleiden om te voorkomen dat zij in herhaling vervallen.
Handreiking Alcohol-, drugs- en medicijnbeleid
In opdracht van het ministerie is begin 2021 door het Trimbos-instituut de ‘Handreiking Alcohol-, drugs- en medicijnbeleid’, behorende bij het ‘Format Alcohol-, drugs- en medicijnbeleid (ADM-beleid)’, opgeleverd.
Met de handreiking kunnen en moeten alle werkgevers in gezamenlijkheid met de ondernemingsraad en werknemers, aan de slag om op de werkvloer de problematiek bespreekbaar te maken en aan te pakken en om een goed alcohol-, drugs- en medicijnbeleid in te richten.
Kamerbrief stand van zaken alcohol- en drugtesten op de werkplek